Teatime……..

daar wil je toch de tearoomtango wel mee dansen...?

Hoewel ik vind dat ik daar nog niet aan toe ben, was ik vanmiddag in een bejaardenhuis. Mijn man en zijn vriend speelden daar als “strijkje” of liever gezegd “blaasje”, want een saxofoon strijkt wat moeilijk, bij een door het recreatieteam van het huis georganiseerde “high tea”. Ik was mee als chauffeur en hulpje. Ik mocht op zoek naar stopcontacten, plugjes in gaatjes doen, snoeren uitrollen etcetera, want waar mijn ega zijn koffer opent, een riedeltje blaast om te horen of alles het nog doet aan zijn instrument, heeft zijn collega meer werk met het aansluiten van al zijn electronica. Hij speelt toetsen met veel toeters en bellen. Ik ben een pianospeler, ben ook meer een klepopener, snap dus niet waarom het allemaal zo moeilijk moet met die toetsen, maar ik doe mijn best om van nut te zijn.

Toen ze gingen spelen liep onderwijl de zaal vol met bewoners van het huis en kon ik op een stoeltje achteraf leuk de boel bekijken. Véél rollators, veel stokken, veel rolstoelen, maar iedereen had er zin in. Er was gevraagd of de dames zich wilden tooien met een hoed, want het moest Ascot-Engels zijn. Velen hadden dat ook gedaan. Strooien hoeden, lentehoedjes met bloemetjes( en wat een bijpassend weer hadden die!) en je kon zien wie er kerks was, want dat was meer het degelijke soort hoed. Ik ben geen hoedenmens. Vind het altijd vermakelijk om te zien wat voor frutsels de dames bij de Troonrede op hun hoofd hebben, maar vanmiddag vond ik het heel schattig.

Er was veel werk gemaakt van het culinaire gedeelte. Er werd thee gedronken uit beeldige Engelse porceleinen kopjes en gesmikkeld van de sandwiches, muffins, scones, petitfourtjes en bonbonnetjes. De muziek was leuk gedateerd en viel goed in de smaak. Het was gezellig.

We hoorden trouwens ook nog een mooi staaltje van bezuiniging in de zorg, dat Hoogervorst deugd zal doen. Dat prachtige Engelse serviesgoed was bijeengekocht op rommelmarkten voor een prikkie. Na de handafwas, want het kon met al die gouden randjes en tere motiefjes niet in de vaatwasser van het tehuis, ging het in een kist en die werd verhuurd aan andere huizen, die ook zo’n activiteit wilden houden. “We hebben het er al bijna uit!”, zei de mevrouw die deze middag de leiding had. Recreatief en creatief! Wat vanmiddag ook weer eens duidelijk werd was, dat een huis als dit nérgens zou zijn zonder de vrijwilligers, die vanmiddag actief waren en na afloop dus nog aan de afwas moesten…..met de hand……!


Nep……

van roze strikjes hield mijn buurvrouw ook....!

Wij hebben, doordat we nogal eens verhuisd zijn, diverse soorten buren gehad. We hebben gelukkig altijd prima met iedereen kunnen opschieten en hebben met sommigen, al zijn er vele jaren verstreken sinds we op elkaars lip zaten, nog steeds contact. Zo hebben we in Groningen naast mensen gewoond wier grootste passie was om ’s zomers op een camping te verblijven, waar de caravans op kaveltjes van postzegelgrootte dicht opeen naast elkaar stonden.

Je kon je buurman horen snurken en misschien nog wel meer, maar je kon er ook ruiken wanneer je buren de koffie klaar hadden. En dat was gezellig. Alles was gezellig. De bingo, de campingvoetbal ( niet “het”, maar “de”) en het feit, dat de meeste mensen er al járen stonden. Bovendien was het maar een half uurtje rijden van het stenen huis. “Lekker buiten”, zei onze buurvrouw.

We zijn wel eens bij ze op bezoek geweest en hoewel we zelf altijd kampeerders zijn geweest kon ik me hier niets bij voorstellen. Maar deze lieve mensen vonden het ’t einde dus waar hebben wij het dan over? Ik waterde de plantjes als dat nodig was en wij letten een beetje op hun huis.

Naar aanleiding van Neneh’s verzuchting, dat ze foto’s had gemaakt, die echt waar net “nep” leken moet ik over deze buurvrouw van ons nog even wat vertellen! In de tijd, dat de azalea’s bloeiden en in de aanbieding waren, zo omstreeks deze tijd van het jaar, denk ik, had mijn buurvrouw een prachtig exemplaar in haar huiskamer staan.

Ik heb respect voor mensen, die goed zijn met azalea’s, want bij mij laten ze knoppen vallen ondanks dat ik ze toespreek, dompel en bemest. Ze leiden binnen de kortste keren een armzalig bestaan. Cyclamen, ook zoiets. Dat wil niet. Verder wel aardig groen, hoor, die vingers, maar ja, een mens kan niet alles hebben. Enfin, toen ik haar complimenteerde met haar prachtige plant sprak zij: “Ja, móói, hè? Net kunst…..!”.


Heel vervelend……

We deden gistermiddag boodschappen in een supermarkt waar we niet zo heel vaak komen. Daar waren we er getuige van hoe een hoofdcaissière een van haar caissières, een wat oudere lichtgetinte mevrouw, ten overstaan van een behoorlijk aantal klanten voor gek zette, omdat ze zich had vergist en nu haar cheffin nodig had om haar fout in het kassasysteem te kunnen herstellen. De klant om wie het ging had helemaal geen haast en wachtte rustig af dus er was helemaal geen noodzaak om zo de nadruk te leggen op zoiets menselijks als een vergissing. “Je zit wel te klungelen, hè?”, zei de lichtgebleekte bitch. Als dat grappig bedoeld was kwam het bepaald niet zo over. Vervelend mens.

In onze straat zit een warme bakker. Het is een familiebedrijf en het is er altijd druk, want veel mensen zweren bij een ambachtelijk brood. “Mevrouw” helpt als het druk is soms ook in de winkel, waar verder een paar zeer jeugdige minimumloon-winkelmeisjes staan. Ik was er bij, dat mevrouw een van de meisjes ten overstaan van een volle winkel de mantel uitveegde over iets wat ze gedaan of juist nagelaten had. Maar dat dóe je toch niet? Dat machtsvertoon tegenover iemand, die op zo’n moment alleen maar een kleur krijgt, niet weet waar ze kijken moet en geen verweer heeft! Ze is vast klanten kwijtgeraakt, de bakkersvrouw, want het was zeer gênant om er bij te zijn. Vooral dat schijnheilig-klantvriendelijke hoofd daarna “Anders nog iets, mevrouw?”. Ik heb nóg spijt dat ik niet meteen ben weggelopen of in ieder geval iets heb gezegd. Daar had ik dat kind niet mee geholpen, maar het hád gekund: de macht van de klant.Nou ja, ik bak tegenwoordig weer zelf brood. ’n Warme bakster…….


Sporen……

dit treintje met z'n mooie lijntje vind ik meer het neusje van de zalm.....

Vanmorgen hoorden we op de radio, dat er een Thalystrein door Nederland reed met aan boord het neusje van de zalm op schrijversgebied. Ik noem u een Philip Freriks, zo zoetjesaan bekender van Gare du Nord dan van het Journaal, een Youp van ’t Hek, een Nelleke Noordervliet. Zij allen hebben “iets” met Frankrijk. In ieder geval een tweede huis waarschijnlijk. Ze hadden hun zaterdag tot een werkdag gemaakt in het kader van de Boekenweek, want de boekjes moeten verkocht.

De verslaggever in de trein meldde, dat hij in Deventer was aangekomen en daar zou uitstappen, want Deventer is de boekenstad. Met jaarlijks langs de IJssel de grootste boekenbeurs van Europa konden ze daar niet omheen. De mevrouw in de studio leek topografisch niet zo onderlegd, want ze begon al met de reporter te beklagen, dat hij zo vroeg van huis had gemoeten om deze stad in de rimboe te bereiken daar in het hoge Noorden.

Maar wat de man zei toen hij voor het station stond, deed voor mij de deur dicht: “Tja, het is geen Amsterdam hier”. Nee, dit was Deventer, stadsrechten sinds het jaar 956 (daar moest Amsterdam toen nog 344 jaar op wachten) achter welke stad de hekken dichtklappen en zich niets meer bevindt. En ze hadden nog wel het station omgedoopt in Gare du Nord, want ze doen best wel graag mee met de randstad.

De Thalys was maar weer doorgereden richting Nijmegen, want in het hoge Noorden moet je niet te lang wezen. Geen carnaval, geen boekenbal, geen bal aan eigenlijk…….


Idee-fixe……

ra-ra..?

Ons jongste kleinkind wordt aanstaande zondag 1 jaar. Nu is het al moeilijk om voor een kind van die leeftijd iets geschikts te vinden als cadeau, maar vanmorgen zag ik iets zo geweldig leuks, dat ik dacht: “Yessss! Dát is het!”. Ik was erg blij. Maar toen ik een medewerker zocht om mij eens even vlot aan het gevondene te helpen kreeg ik te horen: “Sorry, mevrouw, niet op voorraad! Volgende week komt het weer binnen, belt u dan even”. Ik was zeer teleurgesteld en die man zag dat ook wel, maar er was even niks aan te doen.

Wat moet ik nou? Zondag maar met lege handen gaan en zeggen: “het cadeau komt nog” of denken “dan maar wat anders”. Dat wordt een probleem, want al wat anders is vind ik nu niet meer leuk! Dat heb ik wel vaker: dan heb je een bepaald idee in je hoofd, dat kan niet doorgaan en dat moet dan úit je hoofd. Moeilijk, terwijl ik verder wel bekend sta als flexibel persoon.

Maar ik heb het al met Scrabble. Heb je de letters voor een supermooi intelligent woord en dat kun je dan niet kwijt! Al haal ik met die letters afzonderlijk zelfs meer punten dan nóg vind ik het moeilijk om dat supermooie intelligente woord los te laten en word daar droevig van. En je kunt er niet eens over praten, want dan weten ze meteen wat voor letters je hebt!

Zoals ik ook nu niet kan praten over dat superleuke cadeau, want de ouders van de jarige lezen hier ook. Nou, ik denk, dat ik maar een lief knuffeltje koop voor het jarige knuffeltje, dat zich zijn eerste verjaardag niet eens zal kunnen herinneren. Tegen zijn ouders zeggen we wel: “Wordt volgende week vervolgd…..!”.


Familieroman…..

spic  and span....

Waar je al geen televisieprogramma’s over kunt maken! Al zappend viel ik gisteravond bij Yorin in een wonderlijk Engels programma. Het ging over een gezin: man, vrouw, twee kinderen en een kat, waar (schoon)moeder een weekje kwam vertellen wat er allemaal verkeerd was aan de manier waarop ze hun huishouding voerden. Mama had drie doelen: ten eerste kon het allemaal efficiënter en schoner, ze moesten eens wat aan het huis opknappen en de schoondochter moest zich beter kleden, want dat zag er niet uit.

Ik heb het hele programma ondanks de megareclameblokken toch uitgekeken, want het was psychologisch zeer interessant. De chemie tussen die twee vrouwen, schitterend. Nog Vrouwendag ook gisteren, dus dat kon niet beter. De zoon van de witte tornado liet zich (watje!) die week in een hotel zetten alsof het niet ook zíjn huishouding was!

Schoonmama had een tas vol huishoudhandschoenen, schoonmaakmiddelen, poetsdoeken en aanverwante artikelen bij zich, want ze vond het huis te vies om aan te pakken. De schoondochter was beledigd en dat kon ik me voorstellen. Twee kinderen en een fulltime baan en ze deed echt wel wat in huis, alleen op háár manier en dat was misschien niet zo gestructureerd, nou ja.

Aan de kat had oma een hekel. Ze vond hem lelijk (hij was rommelig-leuk om te zien!)en hij maakte de boel smerig. Ze hield niet van huisdieren in het algemeen. Dan komt het natuurlijk nooit goed. Schoonmama trachtte haar schoonkind huishoudelijk op de rails te zetten, maar die gooide na haar dagtaak de kont tegen de krib en ging om half tien naar bed. Ze klapte helemaal dicht.

Haar schoonmoeder liet als verrassing nieuwe vloerbedekking leggen en daar was ze oprecht erg blij mee. Dat gaf oma moed en ze spitte vervolgens de hele kledingkast van haar schoondochter door en selecteerde alle kleding, die volgens haar niet geschikt was voor ” een moeder met twee kinderen”. Daar was de dochter het bij thuiskomst niet mee eens, maar liet zich op haar vrije dag wel meetronen naar een echte modewinkel om volgens de geciviliceerde smaak van haar schoonmoeder nieuwe kleren te kopen. Hoewel ze daar ook wel weer blij mee was, zei ze zich te voelen als een kleuter die wordt aangekleed. Casual, daar had schoonmama nooit van gehoord. Netjes moest het zijn.

De beide dames waren te beschaafd om slaande ruzie te krijgen, maar verlangden beiden zeer naar het einde van de week. En toen kwam pappie weer thuis, kinderen blij, mama blij, want die had ‘m erg gemist en dientengevolge erg slecht geslapen en oma vertrok weer naar haar, op drie uur rijden (’n mooie afstand) verwijderde, huis. De missie was niet geslaagd, want zoals ze lieten zien in het programma: na een paar weken was de vloerbedekking nog nieuw, maar lag er wel weer wat meer stof en voelde iedereen zich weer prettig in eigen huis.

Wel had de schoondochter nieuwe bekers en bordjes gekocht, die bij de keuken pasten. En de kat had een nieuw bakje en dat had ie nog van oma gekregen ook. En ze maakte op aanraden van haar schoonmoeder de lunchpakketten voor iedereen vantevoren klaar, dat scheelde ’s morgens tijd. De familiebetrekkingen zijn niet geschaad, maar schoonmoeder komt van Venus en schoondochter van Mars of omgekeerd.

Mijn eigen moeder was een best wel originele, humoristische vrouw, maar zeker een met gebruiksaanwijzing soms, en zij heeft ook wel eens wat geprobeerd te veranderen bij ons. Maar dat sloeg meer op de opvoeding van de kinderen. Ze was er een keer en zei tegen onze jongste dochter, drie turven hoog, maar zeer welbespraakt, over rondslingerend speelgoed: “Raap dat eens even op voor je moeder!”. Ons kind antwoordde: “Als mijn moeder vindt, dat ik dat op moet ruimen, zal ze me dat zélf wel vragen”. Niet echt brutaal, maar toch zat oma in de hoogste boom. Wij stonden ons achter de keukendeur onzichtbaar te bescheuren en toen we tevoorschijn kwamen zei oma: “Daar gaan jullie nog wat mee beleven, met dat kind!”. Hebben we ook, veel leuks. Dit was het kind, dat zei: “Ik ben baas van mezelf!” en dat vonden we eigenlijk een mooi uitgangspunt voor alle vier……!


Leven in de brouwerij……

dit gebrouw levert tenminste nog wat leuks.....!

Er is momenteel veel te doen over de “r” in ons Nederlands. De uitspraak daarvan. Mijn eigen “r “stelt helemaal niks voor. Ik heb diep achter in mijn keel een soort geratel en dan zeggen ze, dat je brouwt oftewel dat je er niks van brouwt, van die “r”. Mijn Friese echtgenoot kan zijn “r” laten rrrrrollen en daar is ie zelf erg trots op, helemaal in vergelijk met de mijne.

Sacha de Boer, wier “r” er helemáál niet uitkomt en die in het Gooise woont, is daar anchorwoman van het Journaal mee geworden en mede verantwoordelijk, samen met “Kinderen voor Kinderen”, voor de verspreiding van haar tongval, waarbij mensen en vooral kinderen dus van de “r “een “j” maken. Sacha de Boej.

Mijn ega heeft Nederlandse les gegeven aan blinde allochtone medelanders. Die moesten dus heel blij zijn met zijn rollende “r”. Maar hij kreeg er op een gegeven moment een collega bij uit het zuiden des lands, die van de “r” een “g” maakte. Met het gevolg, dat toen de cursisten, die tegelijk met het Nederlands ook braille leerden, woorden moesten gaan schrijven, die opschreven zoals ze die van haar gehoord hadden. Het werd “de auto stagt” en “bgood haal je bij de bakkeg”.

Zo’n klein landje, leg dat maar eens uit…..


Multifunctioneel……

geluidsoverlast.....

Even wat pikants op de vrijdag! In Duitsland stond langs een snelweg een geparkeerde auto, waar een raar zoemend geluid uit kwam. Je kunt niet voorzichtig genoeg zijn tegenwoordig dus de gealarmeerde politieagenten waarschuwden op hun beurt de explosievenopruimingsdienst. Die openden, gehuld in bombestendige kleding, voorzichtig de achterbak. Daar lag tussen pornoblaadjes en andere spannende speeltjes gezellig een vibrator te brommen. Als mensen zich vermaken met dergelijke spullen moeten ze dat zelf weten, maar het is wel slordig zo en zonde van de batterijen. Denk ook een beetje om het milieu, ja!

Zo hoorde ik trouwens laatst een erg geinig verhaal over een oude mevrouw, die, waarschijnlijk via Wehkamp of zo, een “massagestaaf” had besteld. Door zo’n woord word je natuurlijk behoorlijk op het verkeerde bejaarde been gezet. Ik heb ’t nagekeken, maar op het plaatje in de catalogus houdt een vrouw het apparaat naast d’r gezicht en wat denk je dan? Mevrouw masseerde waarschijnlijk hals en appelwangetjes ermee.

Maar op een gegeven moment deed het ding het niet meer. Opsturen naar Wehkamp was ook zo wat dus ze ging ermee naar V & D. De dames achter de balie verschoten van kleur toen ze zagen wat mevrouw uit haar boodschappentas haalde en werden er erg lacherig van. Maar “ja, hoor, mevrouw, hi hi , hij kan nagekeken worden, hi hi, alleen kan dat wel even duren!”. “Hè, vervelend!”, zei de vrouw, “ik gebruik hem iedere dag, weet u…….!”


Betaalgemak….?

chipknippen verplicht.....

Van de week moest ik Lars even oppikken bij het station, omdat hij naar de tandarts moest. Hij heeft ondanks zijn Utrechtse domicilie een Apeldoornse kiezensmid, die hem goed bevalt en daarom aan hem mag blijven sleutelen. Als ik hem even rij dan scheelt hem dat veel tijd en ’n beetje ouderlijke support bij deze vervelende bezoekjes is ook welkom, neem ik aan. Voel ik me toch nog een beetje nuttig.

Nu kon je bij het station altijd bij het parkeerterrein een kaartje trekken, dan ging de boom omhoog, kon je je passagier oppikken, kaartje in de uitrijpaal stoppen en gratis het terrein verlaten. Als je dat tenminste binnen een half uur deed. Ze kennen zichzelf bij NS, vertragingen inbegrepen. Deze week stond ik voor een gloednieuwe paal, maar wat ik ook deed, er kwam geen kaartje uit en de boom ging dus ook niet omhoog. Op de paal stond geen aanduiding waar dat door kwam. “Kapot!”, dacht ik dus, “raar voor zo’n nieuw ding!”, reed achteruit, gelukkig niemand achter mij, keerde de auto en parkeerde aan de overkant van de weg op een ventweggetje. Gelukkig was Lars z’n trein nog niet binnen en was ik op tijd.

Vanmorgen zag ik in de krant een verhaal : “Irritatie bij reizigers over nieuw parkeersysteem”. Ze hebben dus ingevoerd, dat je een chipknip in de parkeerautomaat moet doen en dat daarna de slagboom omhoog gaat. Bij het uitrijden doe je de chipknip er weer in en schrijft het apparaat automatisch het parkeerbedrag van je rekening. De gratis tijd zal ook wel verleden tijd zijn nu. Deze gang van zaken staat op een bord, dat op het parkeerterrein staat, waar je als je van niks weet niet op kunt komen.

Ze hebben vorige week in de spits wat voorlichters bij de poort gezet en dat was het dan. Veel mensen hébben niet eens een chipknip en kunnen daar niet meer parkeren of moeten er een aanschaffen. Er is al oponthoud geweest omdat in de rij iemand stond, die te weinig op z’n chipper had staan en niet kon betalen. Er staan geen betaalautomaten meer op het terrein en met muntgeld kun je helemaal niet meer terecht.

“Cashfree” heet het systeem, dat beheerd wordt door NS. Die naam slaat ook op de voorlichting, want ik spel de krant vrij nauwkeurig, maar had er niet eerder dan vandaag iets over gezien. Nu er klachten zijn. In ieder geval gaan ze nu een bord zetten bij de ingang van het terrein en dat lijkt me handig. En het zal wel zijn, zoals ze ook altijd vermelden bij de veranderingen, die je van de bank voorgeschoteld krijgt:”…om u beter van dienst te kunnen zijn…”, alles voor ons eigen bestwil……….


Het kind van de rekening…..

't feestje viel in het water....!?

Komend weekeinde wordt er in Arnhem een beurs gehouden. Een kinderfeestjesbeurs. Een gat in de markt: kinderfeestjes. Mac Donalds deed al zoiets, inclusief clown en ongezonde hap, maar voor veel kinderen is Mac Donalds al geen feestje meer en te gewoon. Onze oudste kleinzoon was nog zeer pril toen hij al feilloos het logo van MD herkende langs de snelweg, terwijl zijn ouders er echt niet veel kwamen! Dat beklijft kennelijk.

Op die Arnhemse beurs kun je, volgens de aankondiging in de krant, alle inlichtingen krijgen over bioscoopfeestjes, circusfeestjes, survivalfeestjes en verdere feestjes, waarmee je klasgenoten en hun ouders kunt imponeren. Gevulde portemonnee gewenst.

Nu mag je best wel even nadenken over hoe je een kinderverjaardag viert, want het moet hún dag zijn. Deden wij vroeger ook, met veel creativiteit vanwege wat beperkte financiële mogelijkheden, die we liever in het cadeau stopten. Maar poffertjes bakken, kleien, koekjes bakken, tekenen en spelletjes waren ook best leuke activiteiten. Toen we naar Apeldoorn verhuisden hadden we het ongelooflijke geluk, dat we een zwembad hadden in het sportgebouw op ons werk. Als we het maar schoon en opgeruimd achterlieten had onze baas geen bezwaar tegen het gebruik daarvan.

Dus werd er op zaterdag, als de revalidanten naar huis waren, een zwemfeestje georganiseerd. Onze diverse jarigen konden bij hun feestgangers niet meer stuk als er op de uitnodiging behalve “je wordt thuisgebracht” ook stond: “neem je je zwemspullen mee?”. Ze dachten minstens dat pa directeur was van de tent. We huurden wat extra ogen in om het zwemmende volk in de gaten te houden en deze moeder zat op de kant met appels, bananen, chips en frisdrank voor het inwendige vertier. Een patatje tot besluit, want er zat ook nog eens een fritesboer om de hoek daar en het feest was compleet.

Dat zwembadgebruik hoorde bij de secundaire arbeidsvoorwaarden. De huidige werknemers vissen achter het net, want die tijden zijn voorbij. In het gebouw zit nu een sportschool, want de instelling kon de kosten van de sportaccomodatie niet meer dragen en moet zich, als ze zelf sportfaciliteiten nodig heeft voor haar cliënten, schikken naar de mogelijkheden van de sportschool. Zo gaat dat, de franje is er af.

Maar een kinderfeestjesbeurs? Wel aardig is, dat ik in de krant las dat de organisatie ervan zich sterk maakt voor het regelen van vakanties voor kinderen uit minder bedeelde landen, zodat die ook eens een paar weken net zo in de watten kunnen worden gelegd als de Nederlandse koters, voor wie niets te gek is……..