Juffrouw Kikkerbil tegen wil en dank…….

Kijk, als ik er van uit ga, dat we nu aardig wat jonge gezinnen in de buurt hebben wonen, zodat ik minstens een optochtje had verwacht van kinderen met lampionnetjes en daar dus van alles voor in huis heb gehaald, want ik vind dat leuk en er kómt dan niemand, tja dan is het over, hoor! Dan maak ik het volgende jaar zelf wel een snoepreisje naar Sint Maarten!

Dat houdt voor dit jaar wel in, dat we dertig pakjes tattoo-kauwgom over hebben. Wat moeten we dáár nou mee? Er liggen ook nog doosjes rozijntjes. Ik moet maar eens overleggen met de moeders in mijn familie. Ik heb geen verstand van tattoo-kauwgom, maar vond het wel prettig, dat het iets “ingepakts” was. Ik vond vroeger, toen mijn jeugdige volkje langs de deuren ging, niets zo erg als al die aan mekaar geplakte snoeptroep, die ze dan ook nog eens gingen zitten tellen en ruilen en waar iedereen dus al met z’n handen aan had gezeten. Ze zijn er nooit ziek van geworden dus waar zeurde ik over.

Een vader elders in het land vertrouwde zaterdag trouwens een in plastic ingepakt stukje snoep niet, likte er aan en dacht dat het een blokje vaatwasmiddel was. Hij sloeg alarm en de politie onderzocht e.e.a., maar het bleek toch gewoon snoep te zijn. Wel afkomstig uit Duitsland en over het algemeen maken ze daar toch nette spullen, maar misschien smaken ze Duits. Boven het berichtje stond: smaken verschillen en zo is het dus.

En daarom zit ik waarschijnlijk op Sint Maarten op 11 november 2007. Dan hadden ze maar langs moeten komen, de lampionnetjes……..


Briefje……

Er is net een schrijven de deur uitgegaan aan de personeelsvereniging van onze oude werkgever. Mijn man, die nog geholpen heeft die personeelsvereniging op te richten, en ik werkten tientallen jaren voor dezelfde baas, een revalidatiecentrum voor visueel beperkten hier in Apeldoorn. Leuk werk, leuke collega’s, tenminste de meeste, leuke werkomgeving zowel binnen als buiten, we hadden niks te mopperen.

Van de personeelsvereniging zijn we lid gebleven, want dat kon, ook toen we al gestopt waren met werken. Gewoon om niet alle banden te verbreken met collega’s met wie we een goede tijd hadden gehad. En in het begin hebben we nog diverse activiteiten bezocht.

Maar er werd gefuseerd, gereorganiseerd, verbouwd, directies wisselden, er kwamen collega’s bij en er gingen collega’s weg en als we, sporadisch, eens op de oude vernieuwde werklocatie rondliepen, kenden we van de tien mensen, die we tegenkwamen er zeker acht niet meer. En dan moesten de wel bekenden gaan uitleggen wie we waren en zo. Dat was niet erg, zo gaat dat nou eenmaal en beweging in een organisatie is niet verkeerd. Dat gebeurde in onze tijd misschien wel te weinig. Andere tijden.

Maar terug in de onze zijn we tot de conclusie gekomen, dat we ons lidmaatschap gaan opzeggen van de personeelsvereniging. We waren laatst bij de begrafenis van een oud-collega en de “reunie” die toen onstond was eigenlijk veel te gezellig. Er is de vereniging wel eens voorgesteld een sectie op te richten voor de letterlijk oud-collega’s, maar dat kwam niet van de grond. Wij doen het dan maar met begrafenissen.

Bovendien zijn de activiteiten, die de jonkies van tegenwoordig organiseren ook niet altijd geschikt voor ons, hoor, dat is het ook natuurlijk. Een “ijs”-feest op een indoorskibaan, wadlopen, survivaltochten al dan niet op de fiets, een banketbakker, die een workshop “chocola” komt geven. Dat is allemaal niks voor ietwat gezette oma’s die op de lijn moeten letten en zich niet meer op glad ijs wagen.

Hetgeen niet wil zeggen, dat ik achter de geraniums zit, hoor! Ik zit alleen even in een ander circuit met de kleinkindertjes en ’n andere tijdsindeling in huis. Maar ‘k ben ook gemakzuchtiger geworden, dat geef ik ruiterlijk toe. Als iets verder dan een paar kilometer weg is neem je al gauw de auto. En vanwege de tijd zou dat niet hoeven. Want dat is het ook: we hoeven niet meer zo nodig en dat is toch ook wel heel erg lekker…….


Spreuk……

We hadden ’t laatst over tegelwijsheden. ’t Is gelukkig uit de mode nu, maar er was een tijd dat mensen hun toilet volhingen met van die tegeltjes met wijze spreuken er op. Dat gaf wel wat te lezen als je daar toch zat, maar wijzer werd je er niet van. En je kreeg er een stijve nek van als ze áchter je hingen. Bovendien was de humor plaatsgebonden en van minder allooi. Het ging over ‘heren, die de bril omhoog moesten doen, omdat de dames droog wilden zitten’ of ‘dat je alle hoop moest laten varen’ en zo meer. Behalve die bril die omhoog moest, weinig verheffend.

Dan is : ‘niet klagen, maar dragen en bidden om kracht’ wel andere koek. Die spreuk hing geborduurd in de kamer van iemands christelijke tante. Die persoon vertelde over een andere christelijke familie, waar de zoon des huizes weinig uitvoerde, waarop zijn vader hem de spreuk toevoegde: ‘aan het werk en naar de kerk, godverdomme!’. Beide spreuken dus van christelijke oorsprong.

Nee, dan mijn oma! Niet christelijk. Zij had in de hal van haar huis de spreuk hangen: ‘Wie niet als vriend hier binnenhuppelt, wordt er onverwijld weer uitgeknuppeld’. Kijk, dat is duidelijk. Evengoed had ze véél aanloop……


Bosbrand……

We hebben hier al veel bos rond Apeldoorn, maar zaterdag hadden we even er nog een Bos bij. Al campagnevoerend voor zijn Partij verzamelde hij het zaterdagse boodschappenpubliek rond zich op ons Raadhuisplein. Veel mensen namen even ’n fotootje van hem met hun mobieltje want je komt tenslotte niet elke dag zo’n beroemdheid tegen in deze provinciestad.

In de krant stond: ” Even ’n oneliner, een glimlach en wèg was ie weer!”. En zo was het. Hij had nog veel te doen. Ik vraag me dan af of dat gejakker nou veel kiezers oplevert. Als Balkenende even op ’n verhoginkje op het Raadhuisplein komt staan heeft ie net zoveel belangstelling van diezelfde shoppers, want Apeldoorners zijn nieuwsgierig naar bekende koppen. Wat daaruit komt zien of horen ze wel op de televisie of lezen ze in de krant. De aanhang van Rutte komt liever naar Orpheus met ’n hapje en ’n drankje erbij, vooral als het regent.

Het bliksembezoek van Wouter heeft me nog steeds niet overtuigd. Ooit, alweer lang geleden, heeft ie een voorkeursstem van me gekregen, maar nu weet ik het zo net nog niet. Ik vind het stemmen een zeer moeilijke zaak deze keer. De Partij voor (of van?)de Dieren vind ik sympathiek, maar als Wim T.Schippers met z’n gejeuzel begint zetten we de radio even op ‘mute’. Verder denk ik: kijk, er moet veel geregeld worden voor het welzijn van dieren, daar ben ik het helemaal mee eens. Maar een kamerlid beslist toch over wel méér dan dat? Of je moet mensen ook beesten vinden, dan is er nog wel wat te doen natuurlijk.

Over dieren gesproken: wat een prachtige reddingsactie, hè, met die Marrumse paarden! Ik vond het zo’n schitterend gezicht. Ik las dat zes ruiters er voor hadden gezorgd, dat de kudde aan land werd gebracht. Maar hé, dat waren toevallig wél amazones, hè? Zes stoere Friese meiden! Ze hebben een bloemetje gekregen en hun actie is de hele wereld overgegaan, maar van mij mogen ze zó de Kamer in voor de PvdD!

Over de PvdA moet ik nog even nadenken. Tja, als Bos nou te páárd naar Apeldoorn was gekomen…….

****Ik had hier een best wel leuk bewegend plaatje van een dravend paard staan. Ik werd zelf zó moe van dat beest dat ik ’t heb weggehaald. Hij staat weer op stal. Wel zo rustig…..


Sport….

Onze oudste kleinzoon is helemaal gék van voetballen. Hij is net verhuisd en heeft in zijn nieuwe huis een echte voetbalkamer gekregen. Zodra hij uit school is gaat ie buiten “trainen” en of het dan regent, nou, dat maakt hem toevallig niks uit. Hij wil een bikkel worden. Hij kent de clubs, de voetballers, de landen die “goed”zijn en van de zomer met het WK was hij in tranen toen Nederland verloor.

Hij is ook op judo en heeft pas een periode afgesloten waarin hij zijn zwemdiploma’s a en b heeft gehaald. Zijn moeder vond dat hij wel even genoeg sportieve bezigheden had gehad voor een jochie van zes en heeft dus het lidmaatschap van óók nog de plaatselijke voetbalclub even kunnen afhouden. Maar binnenkort gaat het dan toch gebeuren. Hij dacht zelf aan het begin van een glansrijke voetbalcarrière te staan.

Daarom heeft zijn moeder dan ook het eerste couplet van het Wilhelmus voor hem moeten uitprinten. Want dat moet je toch wel kennen als je in het Nederlands elftal komt te spelen, vindt ie.

Hij loopt het dan ook de hele dag te zingen en goed ook. Daar kunnen die voetballers, die maar een beetje staan te mummelen als ons volkslied klinkt voor een interland, nog een voorbeeld aan nemen. Maar hij vertelde mij wel: “Oma, er staat “doet”, maar dat betekent gewoon “dood”, hoor! Maar anders rijmt het niet op “bloed”. Hij heeft die Marnix van Sint Aldegonde al helemaal door met zijn gerijmel. Waar je je als aankomend voetballertje al niet mee bezig moet houden, hè?

Nou ja, als ze hem op die club ook maar leren, dat het een leuk spélletje is, dat voetbal…….


Lego…..

‘k Heb een middagje nostalgie achter de rug. Bij het opruimen op zolder kwamen we een, met een hip jaren-zeventig behangetje beplakte, wasmiddelton tegen vol met Lego en ook nog blokken van een ander bouwsysteem. Die laatste blokken zijn niet zo klein, maar dat Lego-spul, daar zit heel wat tussen waarvan het een wonder is dat het niet is weggeraakt. Zo klein is het.

Ik ben trouwens ook nog 6 playmobil-mannetjes tegengekomen, drie smurfen en een smurfin. De wasmiddeltonnen uit de jaren zeventig zijn dus van een uitstekende kwaliteit en zeer geschikt om dertig jaar lang Lego in te bewaren. Ik heb het voor de dag gehaald omdat onze kleinzoons er wel zo’n beetje aan toe zijn. Ik heb de gootsteen vol gedaan met warm sop en alles is ook weer schoon. Jaren stof er van af gespoeld.

Terug in die ton gaat het niet, want die moet nu maar weg. Hij heeft z’n werk gedaan. Er heeft Omo in gezeten. Zuinig als ik was toen, bewaarde ik die lege grootverpakkingen om er van alles in te doen. In gedachten hoor ik nog het wild geraas waarmee onze jongens die ton omkieperden.

Ik ga het nu maar in een plastic doos doen, denk ik. Dan kunnen ze zien wat er in zit. Want daarom moest die ton ook om vroeger. Als een blokje dat je nodig had helemaal onderin zat was dat lastig. Nou, een nieuwe generatie gebruikers dus! Weer prutsers en knutselaars in opleiding. Leuk spul, Lego, tijdloos ook……

*****Ik las, dat een van de presentatoren van Top Gear, Richard Hammond, die ’n zwaar auto-ongeluk kreeg toen ie zo’n raketauto aan het testen was, het ziekenhuis weer heeft verlaten. Hij had een hersenbeschadiging, maar heeft die helpen herstellen door heel veel met Lego te spelen! Waar dat dus al niet goed voor is! Amazing!


Ontbijtshow……

Ben ik nou erg gek als ik vind, dat een kind gewoon thuis moet ontbijten ’s morgens, voor dat ie naar school gaat? Dat heeft toch niks met mijn ouderwetsigheid te maken? Dat is toch een kwestie van eventueel ’n half uurtje eerder op?

Het zag er heel gezellig uit, hoor, daar niet van: al die kinderen samen aan het ontbijten op school, georganiseerd door de broodsector, die hun product moet promoten. Maar hemel, als dat nou óók al op school moet! Scholen worden letterlijk kostscholen. De kinderen slápen er nog niet en als ze dat wel doen dan is er iets mis met hun bedtijd.

Ze halen nogal wat verantwoordelijkheden weg bij ouders, vind ik. Er zijn, als er weinig tijd is ’s morgens (en daar ben ik dan met m’n half uurtje eerder op!)trouwens genoeg ontbijtdingen die hartstikke makkelijk zijn. Hoeven ze niet met een lege maag de deur uit, zelfs als het moelijke ontbijters zijn, want die heb je ook natuurlijk.

De scholen krijgen wel heel veel op hun bord tegenwoordig. Dingen, die volgens mij heel gewoon thuis thuishoren, waarom heet ’t anders zo, worden elders ondergebracht. En dan liefst op school. Er zijn zelfs scholen waar warm gegeten wordt, waar ze ‘meester’-koks hebben rondlopen. Ik weet, dat ’t soms nodig is zo, omdat er anders kinderen zijn die niet eens een warme maaltijd binnen krijgen.

Maar zou er dan eigenlijk niet iets aan de verantwoordelijkheid van ouders gedaan moeten worden? Cursusje “Wat betekent het om een kind te hebben?” en dat dan verplicht, hè met een certificaat. Lang niet voor alle ouders nodig, dat weet ik ook wel, maar soms zeer in het belang van een kind.

Om het dan maar es even materialistisch te vergelijken: ’n kind is net ’n auto. De beslissing: we nemen d’r een is een emotioneel moment, de rest is een kwestie van onderhoud. Ze mankeren wel eens wat, het kost tijd, moeite en aandacht en nogal wat geld. Alleen inruilen is er niet bij. Als ik lees wat mensen met kinderen uithalen soms, kom ik tot hele cynische gedachten. Dan is zonder ontbijt naar school nog niks eigenlijk…….