Onkruid…..

Onze tuinman, die vorige week voor het eerst dit jaar weer present was, begon meteen op me te mopperen. En waarom dan wel? Nou, ik voer de vogels. Dat doe ik met strooivoer en dat geeft volgens onze tuinkabouter erg veel onkruid in de zomer. Ja, die vogels eten niet met vork en mes, dat is waar. Dat strooivoer doet z’n naam eer aan. Er wordt nogal eens mee rondgestrooid door de dames en heren vogel.

Maar je kunt hier van de grond eten, dus veel vogels doen dat ook. En dan denk ik dat het allemaal wel mee zal vallen met dat onkruid. Er zullen best wel eens wat vergeten zaadjes uitlopen als het, wie weet,  ’n keer warmer wordt, maar daar zal ik dan wel op letten.

Als het aan onze tuinvriend ligt, mag ik alleen maar mezenbolletjes ophangen. Maar dat dóe ik al. Die zitten al jaren  in het menu. Strooivoer, mezenbollen en ’n fijngeplukt oud boterhammetje zo nu en dan. Onze vogelcliëntèle is daar zeer tevreden mee.

Dus pech voor de tuinman. We genieten de hele winter ( en de onwijs koude lente ook nog) van de vogels in onze tuin. Nou ja, eigenwijze ik werpt zich bij deze op als,  in tegenstelling tot de tuinman, onbezoldigd onkruidbestrijder door flink mee te wieden als het zo uitkomt…..


Veranderlijk…..

Dinsdag, je weet wel, toen het zo heerlijk (en verraderlijk) zonnig was hebben wij onze zomergordijnen opgehangen. Om de moed er in te houden dat het heus wel lente zou worden. Die gordijnen zijn wit met gekleurde bloemetjes en ik vind ze heel gezellig. Maar dat die verandering een heel karwei was, dat weten we weer eens. De winterse gordijnen moesten er natuurlijk eerst af en de gewassen zomerse gordijnen moesten eerst nog gestreken worden voordat ze konden hangen.

En het aardige van die als oppepper bedoelde interieurbevlieging was ook nog, dat er aan die gordijnen 63 houten gordijnringen zitten, die niet in de wasmachine kunnen. Die waren er dus af en moesten er weer aangenaaid worden. Ja natuurlijk, er bestaan ‘handiger’ systemen om je raamversiering op te hangen, maar bij ons is het nou eenmaal zo geregeld, dat die houten ringen om houten stokken moeten. Dat staat leuk, maar is veel extra werk. Nou ja, tijd genoeg, hè? En wat zijn nou 63 gordijnringen, ach…..

Kloris helpt altijd met ophangen, want ik ben slecht in iets boven mijn hoofd moeten doen. Heb ik altijd al gehad. Maar kloris vindt het los staan op een keukentrapje weer niks als ie niet precies kan voelen hoe dat dan ook alweer moet met die gordijnen. Heeft hij altijd al gehad. Ik sla dan altijd liefdevol even mijn armen om zijn benen, zodat hij zich wat zekerder voelt. Nou, bij gordijn nummer drie ( er moesten er acht) hoefde dat al niet meer, hoor. Fluitje van een cent.

Zo hebben we dus de lente een beetje in huis gehaald door middel van onze al redelijk ouwe bloemetjesgordijnen. We hebben ook nog een witte hoes gekocht voor over de bank en voordat je die er omheen hebt is de relatietest ook weer es uitgeprobeerd.

Maar ondertussen hebben we met moeite maar minimale kosten weer een andere look. Ouderwets ‘kamertje veranderen’. Dat deden we vroeger véél vaker. Hond, kat en kinderen werden d’r wel eens gek van. “Ze hébben het weer”, werd er dan gezegd. Ach, nu hebben we tussendoor wat vaker koffie gedronken en de zweetdruppels tellen we gewoon even niet. Het was leuk werk…..


Elk nadeel enz…..

Mijn kloris leent zijn leesvoer altijd bij de bibliotheek Aangepast Lezen, die er voor zorgt dat hij altijd op de hoogte blijft van alle boeken die op geluidsband verschijnen.( Dat klinkt nogal ouderwets: geluidsband, maar dat zijn natuurlijk gewoon cd’s.) Zo was hij al heel snel in het bezit van “De Verrekijker”, het boekenweekgeschenk, dat dit jaar geschreven werd door Kees van Kooten.

Maar het voordeeltje, nou, noem het maar gerust een VOORDEEL, dat hij heeft is, dat het werkje voorgelezen wordt door de schrijver zelf. Mijn man zegt, dat het geen voorlezen is,  dat bij andere boeken meestal wel gebeurt. Nee, Kees vertélt. Je hoort ‘m zelfs rommelen met papieren en hij vertelt waar hij mee bezig is. Kloris was zeer enthousiast.

De visueel lezende ontvangers van het boekenweekcadeau hebben dat voordeel dus niet. Tja, hád je maar blind moeten wezen…..


24-uurs toezicht…..

Mijn kloris heeft ’n nogal fluctuerende bloeddruk. Van heel erg hoog tot gewoon, zoals bij zijn leeftijd past. Hij voelt daar op zich weinig van, maar het is natuurlijk wel raar. We gingen er dus mee naar de dokter. Die heeft ‘m nu door de assistente een mysterieus kastje laten omhangen, dat elke 20 minuten zijn bloeddruk meet. Hij moet dat ding 24 uur bij zich houden. Bij alles wat ie doet.

Hij houdt nogal van ‘gadgets’ dus hij vindt ’t best interessant. En nu wordt ook es duidelijk waarvan hij nou precies zo opgewonden raakt, dat die bloeddruk omhoog vliegt. Ben ik wel benieuwd naar. Ik moet als zijn secretaresse al zijn activiteiten noteren en opschrijven wat en van hoe laat tot hoe laat. Toiletbezoek zal wel niet hoeven, dat doe ik niet, hoor. Hij gaat natuurlijk wel met z’n secretaresse naar bed, maar dat doet ie al zoveel jaar, dat zal ‘m geen verhoging geven.

Vanavond gaan we trouwens klaverjassen bij vrienden en nou ben ik benieuwd of je in de curve bij de dokter zal kunnen zien of ie gewonnen of verloren heeft! Dat zou wel grappig zijn. Morgen gaan we, om dezelfde tijd dat hij het kastje gekregen heeft, dat weer inleveren en dan kan er uitgelezen worden hoe zijn bloeddruk zich gedraagt.

Het ding mag niet nat worden dus er kan niet gedoucht worden. Dat staat ook in de instructies die we hebben meegekregen. De assistente vertelde, dat het apparaat door een vorige gebruiker ontregeld was geweest, doordat hij ermee in het zwembad was gesprongen.

Gebrek aan intelligentie? Ja, misschien wel. Maar ik heb het nagelezen: er staat in die bijsluiter echt alleen maar wat over douchen. Over zwemmen hebben ze ’t niet, hoor…..tja…..


’n U-bocht…..

Engelstaligen hebben ’t toch maar makkelijk. Die zitten niet, zoals wij, met dat wel of niet tutoyeren.  ‘Je’ waar het mag en ‘u’ waar het moet.  ‘You’ past overal.

Nou kregen wij van de week een mailtje van een verzekering en daar stond: “Je overzicht staat klaar…”enz.  En toen kwam Neckermann er nog overheen met: “Je bestelling is verzonden…..”enz.  Dat was ook zo, is keurig bezorgd en net zo keurig door ons betaald.

De meeste bedrijven op internet hebben het niet zo met de persoonlijke voornaamwoorden. Ze hebben natuurlijk ook goedkoop, jong personeel, dus het moet  er allemaal ‘vlot’ uitzien in de communicatie, maar dat personeel is geen klant.

Dat amicale gedoe, ik begin d’r ’n beetje een hekel aan te krijgen. Je moet meestal  je geboortedatum vermelden als je iets bestelt ergens om enigszins je betrouwbaarheid vast te kunnen stellen, dus ze weten sowieso hoe oud een klant is. Eigenlijk vind ik een en ander dan onder de noemer ‘respect’ vallen. Het zou er best eens ’n beetje op vooruit kunnen gaan als er wat minder  getutoyeerd zou worden in bepaalde gevallen.

Natuurlijk zou ik het erg raar vinden als mijn kinderen en ook de kleinkinderen ons ineens met ‘u ‘ gingen aanspreken. Maar dat is mijn familie. Dat is een warme connectie.

Dat kan ik van meneer Neckermann niet zeggen…..


Zorgzame gemeente…..

Gisteren kregen we een brief van de gemeente Apeldoorn. Een speciaal aan ons op naam gestelde brief. Rats, rats, gauw openmaken, want ik was natuurlijk hartstikke benieuwd wat voor verandering of bezuiniging ze nu weer voor ons in petto hadden.

Maar nee, het was een aanbod! Of we een senioren-adviseur op bezoek wilden hebben, die ons kon inlichten betreffende allerlei voorzieningen, regelingen en hulp, waar we anders niet van geweten zouden hebben en dus ook geen gebruik van zouden maken. Ik heb de brief goed doorgelezen, want er is van alles. Thuiszorg, huursubsidie, vervoersregelingen, maaltijdvoorziening, activiteiten waar je heen kunt als je niks te doen hebt. En je kunt bij het aanvragen daarvan hulp krijgen. Als je bejaard bent, zoals wij, dan kun je daarvoor in aanmerking komen.

Alle punten langs lopend kwam ik tot de conclusie, dat wij eigenlijk al van alles zelf geregeld hebben. Thuiszorg hoeft niet. We hebben een schoonmaakengeltje, dat al zeven jaar controleert of we de boel een beetje netjes houden en ze klaagt nergens over. Haar man is onze handige Harry en hij heet ook nog eens zo. Ook handig voor een bejaarde, dat vergeet je niet zo makkelijk.

We eten elke dag erg lekker, want mijn zoon houdt van koken en zelf heb ik er ook geen hekel aan dus dat zit wel goed. Geen tafeltje-dek-je nodig. Onze mobiliteit is ook nog goed. We carpoolen. De auto staat zelfs nog op mijn naam. Ik rijd nog naar genoegen van mijn kloris. Nou ja, dat even te korte bochtje in de parkeergarage vorig jaar, maar echt ernstig was dat niet.  En het grote werk laat ik sowieso over aan mijn zoon. Als ie tijd heeft.

Verder vervelen wij ons nooit. Dus activiteiten? Niet nodig. Druk zat. We zijn niet eenzaam ook. Gelukkig.  Op het praktische vlak hebben we de glazenwasser voor de ramen en de tuinman voor de tuin. We hebben op dit moment niks nodig. Ja, lente graag, maar dat is wat anders.

We hoeven niet echt op ’n houtje te bijten al zijn we niet rijk. Genoeg is ook rijk. Geen subsidie nodig. Ik ben me ervan bewust dat dat niet voor iedereen geldt. En als ik het voorgaande overlees hebben we die senioren-raadgever dan ook niet nodig. Dat kon je aangeven op een antwoordformulier dat bij het gemeentelijke schrijven zat. Dat je “geen prijs stelt” op dat bezoek. Dat is niet waar, maar het is in ons geval niet nodig. Ik heb op het formulier op de plek waar je ‘opmerkingen’  kwijt kon dan ook geschreven dat ik het áánbod zeer op prijs stel. En dat is ook zo. Het gevoel, dat je in een gemeente woont waar, zo nodig, voor je gezorgd wordt, is in deze mallotige tijd best goed. Moet je ’t wel willen natuurlijk…..