Wehkamp was weer de eerste met de wintercatalogus. In een handzaam pocketformaat. De zomer is nog geen twee weken oud. Verkopen is vooruitzien. Ik heb de folder even doorgebladerd en vastgesteld dat deze vrouw, in ieder geval wat de kleding betreft, geen doelgroeplid is. Nou geeft dat niet, want ik ben allesbehalve modebewust. Aankleden noem ik ’s morgens: “lappen aan m’n lijf doen”. Dan weet je wel hoe ik over kleren denk. En over mijn lijf.
Bovendien zag ik, dat “de jaren zeventig” weer terug zijn in het modebeeld. Strokenrokken, die in mijn tijd etagerokken heetten, echte júrken, ballerinaschoentjes, queeniehakjes. Dat wekt bij iemand, die jóng was in de jaren zeventig, alleen maar nostalgische gedachten, terwijl je weet, dat je dat soort kleding niet meer zult dragen. Voor alles is een tijd. Dat betekent overigens niet, dat ik donkerblauw met witte bloemetjes draag, hoor! Zo erg is het nou ook weer niet ! Het is alleen, dat het voor mensen van mijn leeftijd lastig is, want er wordt niet op ons gerekend. En dan verval je al gauw in lange broeken met poloshirts, want dat zit lekker.
Weet je wat mij ook opvalt? Dat er eigenlijk geen seizoenen meer bestaan in het kledingaanbod. De blote topjes met spaghettibandjes staan ook in de wintercatalogus. Bikini’s en shorts en zomerschoenen ook. Dat zal wel komen doordat je makkelijk in een vliegtuig stapt tegenwoordig, de zomer tegemoet of achterna. Wat dat betreft is de wereld zo groot als je portemonnee.
Vroeger breide ik wintertruien. Nou, dat hoeft niet meer, want bijna niemand kleedt zich nog tegen de kou. Het enige verschil tussen de seizoenen is lange of korte mouwen. Dat is best verwarrend, want van een kastenbeleid komt ook niks terecht. Wat berg je weg en wat laat je hangen?
Toen mijn moeder over onze kleren ging bepaalde ze zo rond Pasen, als de schoonmaak geweest was, dat het wintergoed werd opgeborgen. In de mottenballen. Als het dan nog koud was kreeg je wel een extra, door je moeder zelf in ribbeltjes gebreid, hemmetje aan.
Erwin Kroll zei laatst, dat de weersomstandigheden vergeleken bij vroeger praktisch niet veranderd zijn. Statistisch bewezen. Waarom lijkt dat dan tóch zo? Ik denk, dat we het door onze verwarmde huizen, nooit meer echt koud hebben. Warm wel, kijk maar naar de vorige week. Poeh, zwéten! Maar toen was ik weer verkouden. Door de airco, ja. Ik hou het niet meer bij, hoor…….
jan
juli 3, 2005 at 5:11pm’t Pocketformaat van de gids trof mij aangenaam. Lekker handzaam bladeren 🙂
els
juli 3, 2005 at 5:20pmInderdaad een “hand”ige zet!
Hansje
juli 3, 2005 at 9:30pmIk ben een laagjes-mens. Kleren in laagjes, van hemmetje tot dikke jas. En ’s winters draag ik enkel wat méér laagjes.