Simpel mind….

* ‘k Moet nog héél veel braintrainen, want mijn kleinzoon zei: “Wil je het muziekje uit? Dan zet je het volume toch uit! Kijk, hier zit het knopje!”. Zoiets kan ik binnenkort dus helemaal zelf bedenken. Mooi, hè….?


Einstein….

Hoewel ik pas vrijdag jarig ben, heb ik toch vandaag al het cadeau gekregen, dat mijn familie bedacht had voor mij. Ik mocht ook zelf mee om het te kopen, want ik moest zeggen welke kleur ik wou. Ik koos ’n witte. Ik kreeg namelijk, tot mijn grote plezier, ’n Nintendo DS spelcomputertje, met het braintrainingsprogramma van dr.Kawashima er bij.

Toen mijn gulle gevers aan ’t afrekenen waren, stond ik er naast dus was wel duidelijk wie d’r in training ging! Ik ben er natuurlijk meteen al druk mee aan het oefenen geweest. Nicole Kidman heb je er vast ook al mee bezig gezien in de televisiereclame. Dus als je me binnenkort betrapt op een intelligente opmerking, dan weet je waar het van komt.

Je kunt er ook de ouderdom van je hersens mee vaststellen door allerlei testjes te doen. Dat is best leuk, maar de uitkomst was dat ik het brein bezit van een 80-jarige. Een zeer grote troost was dat mijn zoon, die het testje daarna deed eveneens 80 is brainwise. En we schelen bodygewijs toch zo’n 34 jaar. Voor mij is er dus nog hoop.

Het ding moet nog wennen aan onze stem, die hij moet opslaan en ook aan je handschrift, want je moet vloeiend schrijven. Ik schrijf een 5 bijvoorbeeld altijd eerst de onderkant en daarna pas het bovenste dwarsstreepje. Dan haal je het pennetje dus van het scherm en ondertussen heeft ie d’r dan al een 3 van gemaakt. Ik zag van Nicole, dat ze de 8 ook anders doet. Op z’n Amerikaans, Wij leren ‘m andersom. Nou ja, dat komt allemaal nog wel. We wennen nog wel aan elkaar.

Er zit ook een sudokuprogramma in en ook dat vind ik leuk. Heel goed voor mijn brein. Nee, ze hebben voorlopig geen kind meer aan mij en dat was waarschijnlijk de bedoeling. Dus: bedankt, hoor, schatjes! Alleen moet ik dat irritante muziekje er nog uit zien te krijgen, maar dat vraag ik wel aan mijn kleinzoon van zeven, want die heeft er ook een. Een zwarte…….


Tonsillen…..

Gossie, nou las ik dat tegenwoordig het knippen van de amandelen bij kinderen in veel gevallen helemaal niet nodig is! Beter is het om bij niet al te ernstige keelklachten eerst maar eens af te wachten. Bovendien is zo’n ‘operatie’ duur. Nou vind ik dát geen reden, hoor. Wat moet dat moet.

Maar wat had het me een stress gescheeld, zeg, als ik in de tijd dat onze kinderen wel eens verkouden waren en dat nog niet eens zó frequent, meen ik me te herinneren, datzelfde advies had gekregen: “Wacht u eerst maar eens even af, mevrouw”. Want ik heb ’t idee, dat het er vroeger gewoon bij hoorde, amandelen knippen. Net zoiets als mazelen. Dat kregen ze nou eenmaal.

En op een gegeven moment was het zo ver. ’t Kind moest worden voorbereid op iets heel vervelends. Leuker kon je het niet maken. Soms konden ze na een paar uur weer mee naar huis, maar soms moesten ze een nachtje blijven. Ik vond het verschrikkelijk en voelde me als moeder heel erg schuldig. Slachtbankgevoel. Ter compensatie haalde ik bákken met ijsjes om het weer goed te maken.

Ik heb maar één ongeknipt kind. De andere drie waren de klos, één zelfs met de neusamandeltjes er bij. Maar die ene ongeknipte heeft wel eens een middenoorontsteking gehad, die ik ook nooit zal vergeten. Het arme kind had zo’n pijn, dat we op zaterdagmiddag bij de specialist thuis mochten komen, waar hij haar heeft behandeld terwijl zijn vrouw haar in de houdgreep hield. Dat gaf toen minstens zoveel ouderlijke stress als al die amandelen bij elkaar.

En je kunt niet eens nagaan of dat amandelen knippen ook werkelijk geholpen heeft, want ze zijn nadien nog best vaak verkouden geweest met keelpijn d’r bij. Mét amandelen was dat misschien nog vaker of erger geweest, maar dat weet je dus niet. Ik ben toch wel blij, dat de inzichten wat veranderd zijn.

Mijn allervroegste herinnering is het knippen van mijn amandelen. Ik was volgens de overleveringen twee-en-half jaar. Ik kan me de kamer herinneren van de dokter, een blauwe lamp, dat ik een dekentje omgeslagen kreeg en dat ik op de arm van mijn vader naar huis werd gedragen. Dat weet ik allemaal nog. Het moet dus een ingrijpende gebeurtenis zijn geweest. De pijn kan ik me niet herinneren en dat is dan wel weer mooi geregeld na zoveel jaar…..


Geldzorgen….

Als je erg veel geld hebt en ook nog kinderen en/of kleinkinderen, kan de combinatie van die twee feiten een groot probleem zijn. Het kan namelijk best zijn, dat die nazaten verkwistend dan wel verbrassend van aard zijn. Of, dat komt ook voor, helemaal geen zin hebben om het familiekapitaal in de toekomst te moeten gaan beheren.

Voor zulke stumpers heeft ABN-Amro, afdeling Private Banking, in Arnhem een Academy Next Generation opgericht. Daar kunnen ze leren om met geld om te gaan. Met véél geld dan. Want het zal je maar gebeuren: je bent gewend, dat álles kan, dat je geen idee hebt van de waarde van geld, dat je geen voorstelling hebt van de manier waarop je familie aan al dat geld is gekomen en hoe het daar verder mee moet. Dan kun je behoorlijk verknipt raken. Kijk maar naar Paris Hilton, dat komt nooit meer goed. Die academie is dus een slim idee. En wie al dat geld van z’n pa niet wil kan er leren, dat het best meevalt, rijk zijn.

Ik las laatst een artikel over mensen die plotseling, door het winnen van een loterij, rijk waren geworden. Daar waren slimme vogels bij, die leuke en verstandige dingen hebben gedaan met hun gewonnen kapitaal. Maar er waren ook mensen dóódongelukkig geworden en er aan onderdoor gegaan omdat hun dagelijks leven zo werd verstoord door hun plotsklapse rijkdom, dat ze daar niet mee om konden gaan.

In het blad “Vrouw”, dat ’s zaterdags altijd bij de Telegraaf zit en dat mijn zoon, van wie het abonnement is, toch niet leest, staat iedere week een verhaal van een vrouw met een geheim, dat ze nog nooit aan iemand heeft verteld. Dat je dat dan uitgerekend aan een Telegraaf-medewerker vertelt vind ik vreemd, maar alla.

Nou ja, een vrouw vertelde dat ze eigenlijk heel rijk was. Heel veel geld gewonnen in een loterij. Maar dat had ze aan niemand verteld, omdat ze niet wilde dat er ook maar iéts veranderde aan haar leven, waar ze heel gelukkig mee was. Drie jonge kinderen, een goeie man, die allemaal een handje meehielpen in huis, een bescheiden woning in een gezellige buurt, een baan in een winkel waar ze dagelijks onder de mensen was en waar ze het erg naar haar zin had. Dat wilde ze allemaal niet op het spel zetten. Bovendien vertrouwde ze haar familie niet helemaal, bang als ze was dat daar wel eens wat aasgieren tussen zouden kunnen zitten.

Je zult de belasting op ’n gegeven moment wel deelgenoot moeten maken, neem ik aan, om niet in de problemen te raken en anders doet big brother dat wel, maar ik vind het wel verstandig, wat ze gedaan heeft. Er wordt toch anders tegen je aan gekeken als je plotseling veel te besteden hebt, lijkt me, je raakt vrienden kwijt en je krijgt er een heleboel bij, van wie je het vriendschapsgehalte maar moeilijk zult kunnen bepalen. Ze hoeft in ieder geval niet naar die academie, ze is een natuurtalentje…..en o ja, ik ben niét jaloers…..


Natuurlijk…..

‘k Las vanmorgen in de krant, dat kinderen de laatste twintig jaar steeds minder interesse hebben gekregen voor de natuur en soms helemaal geen belangstelling. Het kan ze geen moer schelen hoe het gras groeit of waar de melk vandaan komt. Dat blijkt uit een onderzoek van de Vrije Universiteit van Amsterdam bij 325 kinderen tussen de 10 en 13 jaar. Nou vind ik dat niet zo’n heel groot aantal om een heel onderzoek op te baseren eigenlijk. En of er nogal wat randstadkinderen tussen de ondervraagden zitten kan heel wat schelen.

Want gebleken is, dat de woonomgeving er nogal wat toe doet. De ouders ook en niet te vergeten of het kind veel televisie kijkt of uren achter de computer zit. Dat heeft nogal wat invloed op de interesse voor de natuur. Een Teletubbies-landschap is ook groen.

Als je bomen in je straat hebt is dat al heel wat, want er wordt gebouwd op de vierkante centimeter. Als je ouders druk zijn met hun baan, komt er van uitstapjes in de natuur wellicht ook niet zoveel en op school besteden ze veel minder aandacht aan het onderwerp natuur. Zegt dat onderzoek dus.Geen tijd meer voor, de uren moeten gemaakt worden, anders krijgt de school klappen van de minister.

Ik was ook een randstadkind, alleen heette het toen nog gewoon Amsterdam, Rotterdam en Den Haag. En omstreken. Maar bij mij op school zei de meester als het mooi weer was: “Kom, jongens, jassen aan, we gaan naar buiten”. Of met zónder jas, als het heel mooi was.

Ik zat op school in de Watergraafsmeer dus wij liepen langs de Ringdijk en daar zaten we in het gras en dan vertelde meneer over de natuur, waar we bovenop zaten. Over de bloemetjes (de bijtjes liet ie altijd achterwege, hoewel we hem hadden zien knuffelen met de juf van de kleuterschool) en de bomen waar we langskwamen. Dat was leuk en we hebben evengoed allemaal leren lezen, schrijven en rekenen. En nog zoveel meer. Er was dus tijd om er zomaar middagen tussenuit te gaan.

Want we gingen ook schaatsen, als er ijs lag (en voor mijn gevoel lág er gewoon elke winter ijs!) we gingen naar het Scapinoballet, naar het Concertgebouw, we zwommen in het Sportfondsenbad en gingen buiten sporten in het Zeeburgerpark. We hadden schooltuintjes op de Kruislaan.

Getsie, het wordt nou wel érg nostalgisch, hè? Maar ik vind het zo jammer voor kinderen en nog jammerder voor de lesgevers dat er zo weinig ruimte is voor dat soort dingen, letterlijk en figuurlijk. Je kunt nou eenmaal niet álles via de computer. Gras ruiken of grondlucht opsnuiven als je iets aan het zaaien bent.

Dat gehannes met dat teveel aan lesuren of dat tekort aan lesuren, de werkdruk, de vergaderingen, de ouders die óveral bij betrokken moeten worden, want die zijn hard nodig. Ik zie het aan mijn dochters.

Er zou meer gewandeld moeten kunnen worden en in het gras gezeten en het moet mooi weer zijn natuurlijk. Voor punt één is het te gevaarlijk en is er teveel verkeer, bij punt twee moet je zorgen niet in de hondenpoep te gaan zitten en voor punt drie zijn we afhankelijk van de klimaatsverandering. Jullie zijn te laat geboren, kindertjes, start maar weer een mooi computerspelletje……..over de natuur of zo!


Vrijstaat……

Vanmiddag zag ik in de supermarkt hoe een klein meisje haar kleuterleidster ontdekte in de winkel. Juffen moeten natuurlijk ook wel eens boodschappen doen. Het kind was helemaal ondersteboven dat ze haar juf ‘in het wild’ tegenkwam en niet op school.

“Juf, zie je mij wel?” vroeg ze. Juf, die haar aandacht bij hele andere zaken had zei: “Ja, hoor, Daniëlle, daar ben je!”. “Ik kan jou ook zien”, zei het kind. “Nou, gelukkig dan maar, hè?”antwoordde juf. Ze moest natuurlijk wel heel aardig blijven doen, want Dani’s moeder had haar ogen en oren niet voor niks op steeltjes. En een juf, al is ze in haar vrije uren, kan natuurlijk een hoop verpesten aan haar imago. Het meisje blééf haar maar achterna lopen, ook al had juf allang “tot morgen” geroepen.

Toen de moeder aan het afrekenen was klom het kind over hekjes, kroop onder rekken door en luisterde voor geen meter. Juf maakte ondertussen dat ze de winkel uitkwam. Morgen is zij weer aan de beurt om ongezeglijke ettertjes op te voeden…….


Erven….

Een rare afwijking van mij, hoewel ik weet dat veel mensen die hebben, is, dat ik in de krant altijd even de overlijdensadvertenties moet nakijken. Je kunt niet weten of er ’n bekende tussen zit, nietwaar? Dat heeft helemaal niks met mijn gevorderde leeftijd te maken, want ik heb het altijd gehad. En het is geen ramptoerisme of zo, tenminste, dat hoop ik toch zó, maar belangstelling voor de mens en de mij bekende mens in het bijzonder.

Vanmorgen las ik in het overlijdensbericht van een, mij overigens ónbekende, man een opsomming van zijn deugden en dat hij een man was geweest die altijd zichzelf was gebleven. Taai, gauw tevreden en recht door zee in woord en daad.

Nu zijn mensen meestal geneigd om een overledene ’n mooi rapport mee te geven, maar de laatste zin in deze advertentie trof me bijzonder: “Hij gaf zichzelf als erfenis”.

Dat vond ik nou mooi gezegd. Valt ook niet over te ruziën, zo’n erfenis……


Nonchalant……?

In de zondagse Telegraaf stond een artikel over huishoudboekjes. Daar hielden met name vrouwen vroeger in bij wat ze uitgaven. Dus hoe ze hun huishoudgeld besteedden. Ik weet van mijn moeder, dat ze ook zo’n boekje had en dat ze een hele tijd haar uitgaven heeft genoteerd. En dat ze dan heel blij was als het allemaal klopte en ze bijvoorbeeld een bedrag van vier gulden acht en zeventig kon overboeken naar de volgende week, omdat ze dat dan had overgehouden.Ze zal ook wel een vast bedrag aan huishoudgeld hebben gehad, want zo ging dat toen.

Ik kan me niet herinneren dat ooit ook zo te hebben gedaan. Je moet er het type voor zijn. Soms waren er wel eens van die noodzakelijke momenten, dat we even bij elkaar gingen zitten om te kijken wáár het geld nou precies aan was opgegaan, maar echt een boekje bijhouden was er eigenlijk niet bij. Wel hadden we een Brabantia-blikje met gleuven, waaronder vakjes zaten. Daar stond dan bij: huur, brandstof, gas en licht, kleding, diversen. Ik weet het niet meer precies. Of we het ook echt gebruikten op die manier. We hadden niet zoveel en het was meer de tijd van: op is op. Heel overzichtelijk en je leefde daarnaar.

Dat het tegenwoordig zo overzichtelijk is kan ik niet zeggen. We telebankieren niet dat zal het ook zijn, maar de vaste dingen gaan automatisch, de inkomsten ook en afschriften van je financiële capriolen krijg je nauwelijks. En pinnen gaat (te) gemakkelijk. Ik heb soms helemaal geen cent in mijn portmonnee.

Als ik bij de supermarkt de boodschappen langs de scanner heb gehaald, kijk ik misschien met een half oog nog even op de kassabon, omdat ik, wellicht geheel ten onrechte, er wel op vertrouw dat de machine het bij het rechte eind heeft. Sterker nog: als ik het poortje doorga, nadat ik met mijn bonnetje voor het elektronische oog heb gewapperd, dan gooi ik dat meteen weg in de al klaarstaande afvalbak.

Wat een nonchalance! Wil ik dan niet weten waar ons geld blijft? Natuurlijk wel, want als de afschriften van de bank eens ’n keertje, zo eens in de maand of zo, komen, dan spit ik die helemaal door, roep: “Zo, zo, nou, nou!” en berg ze op in het mapje. Maar ja, dan is het allemaal al gebeurd, de pegels zijn foetsie!

Wij kunnen altijd telefonisch ons saldo opvragen en dát doen we nogal eens. Dan zeggen we tegen elkaar: “Valt mee, hè? ” of “Effe kalm aan doen!”. Maar ja, wat is kalm? We zijn al zo kalm. En een huishoudboekje, ik ben bang dat het er niet meer van komt. We zullen zorgen, dat de kinderen geen schulden erven, dat lijkt me onze voornaamste opdracht. Dus we houden wel huis, hoor, maar ja, dat is tegenwoordig ook al zo’n vaag begrip, hè……


Geloofsbelijdenis….

Oké! Hij is d’r weer! De enige échte kwam aan in Kampen en een heel regiment neppers in tal van andere steden en dorpen in Nederland en België. Het blijft niettemin een leuk feest.

Ik heb het portret, dat ik een paar jaar terug eens uit de Varagids knipte en daarna inlijstte, weer op de schouw gezet. Ter versterking van het geloof.

Een ander doet dat misschien met een beeld van de Heilige Antonius of van Maria of zo. Ik doe dat met een beeltenis van de heilige Nicolaas. Ik las laatst ergens, dat ie eigenlijk nooit heilig is verklaard door Rome. Het is een schijnheilige.

Ik vind dat te verwaarlozen. Sint is Sint. En hij is er dus weer…….!


Troost….

Mijn zus uit Australië belde me om te vragen of ik kon zorgen dat er bloemen worden bezorgd bij haar schoondochter, zoon en hun kinderen, die hier niet zover vandaan wonen, omdat zij afgelopen zondag respectievelijk hun vader, schoonvader en opa zijn verloren. Dat is uiteraard voor mij makkelijker te regelen dan voor haar.

Ze stuurt dus bloemen aan de familie om ze te troosten bij hun verlies. En dat vind ik een heel goed idee. Het is eigenlijk vreemd, dat het hier de gewoonte is om bloemen te sturen naar de overledene, die er tenslotte weinig aan heeft voor zover we weten. Ik vind niks zo triest als het zien van een pas gedolven en gesloten graf, waar na een paar dagen de verlepte boeketten symbool liggen te zijn van hoe het de overledene zal vergaan. Letterlijk.

Bij crematoria zie je al helemaal niets van wat er met de bloemen gebeurt. Ik heb wel eens horen vertellen, dat die zó de container ingaan of als dat wel een beetje érg zonde is, dat een bejaardenhuis ze dan krijgt. Dan mogen ze wel niet vergeten om de linten er af te halen.

Nou ja, ik zal zorgen dat ze een prachtig boeket troost ontvangen, want volgens de verhalen was het ook een prachtige vader en een dijk van een opa……