Prioriteiten……

geruisloze luchtvaart.....

Wegens mooi weer, gezellige activiteiten buitenshuis dus en een notulenklus voor een vereniging, waarmee ik mijn skills als notulist een beetje op peil houd, ben ik niet zo aan loggen toegekomen. Dat is niet erg, want ik had toch niet zoveel te melden. Dat heb je wel eens: genoeg te doen, maar niet logwaardig.

Over die vereniging mág ik trouwens niet eens loggen, want dat is een vereniging van eigenaars van een serviceflat en wat daar gebeurt gaat een buitenstaander niks aan. Daarover zwijg ik als het graf, daar ben ik heel goed in. En ik ben d’r maar druk mee. ’t Is net werk.

Nou, en we hebben gisteravond gezellig gebarbecued met onze dochter en schoonzoon en hun buren. Boven ons hoofd voeren de luchtballonnen hoog over, want zo’n avond was het ook. Tot laat bij elkaar gezeten alsof het gewoon nog vakantie is, terwijl zij (niet wij) allemaal vroeg hun bed uit moesten voor echt werk. Maar we hebben een motto :”misschien is het wel de laatste zomerdag”.

Je wordt hartstikke wantrouwig, deze zomer. Je gelooft geen weerman/vrouw meer. Eerst zién, dan geloven. Vandaag wordt het 29 graden, hebben ze gezegd, en kijk, dát geloof ik nou weer wel, want dat voel ik hierboven aan mijn snel opwarmende kamertje, vlak onder de pannen.

Ik ga dus nog maar even gauw verder met mijn notulen, want ik wil ze klaar hebben voordat het hier niet meer te harden is en mijn hersens, voor zover aanwezig, smeltverschijnselen beginnen te vertonen. Nou, zie je wel: niks te melden …….


Met de trein…..

crash...

Nou, hier is dat ontsporinkje van vorige week bij Amsterdam toch helemaal niks bij?…..


De langste adem……

volhouders......

Het is onrustig aan het hoogbejaardenfront. We hoorden van de week, dat een echtpaar uit Drenthe het langst getrouwde echtpaar van Nederland was. Maar vanmorgen stond er in de Stentor, dat een echtpaar uit Barchem in de Achterhoek, op 30 mei 1929 getrouwd, het langst gehuwde stel van ons land was.

Er stond een foto bij: kinderen, kleinkinderen en achterkleinkinderen lachend op de achtergrond. Ze konden het nog steeds uitstekend met elkaar vinden allemaal, terwijl ze ook nog eens met z’n allen op hetzelfde kavel woonden. Dat is toch mooi als je dat leest.

Vervolgens las ik in de Telegraaf, dat een echtpaar in Castricum, wonend in een verzorgingshuis, zij is 100 en hij vijf jaar ouder, het langst getrouwd is. En die zagen er ook nog vief uit na ruim een eeuw. Dus hoe zit het nou? Er moet wel even duidelijkheid komen, jongelui! En anders maar een club oprichten of zo…….

langste adem....

*** Update:

Nou, we zijn d’r uit, hoor! Jan van Stroomopwaarts mailde me, dat het ANP had gemeld, dat in de gemeente Oldenzaal het echtpaar Harry en Cor v.d.Ende-Mensink, respectievelijk 100 en 97 jaar oud, op 28 september a.s., 78 jaar getrouwd zullen zijn. Ze wonen, met thuishulp van hun dochter van 72, nog zelfstandig. De burgemeester gaat ze vast en zeker een bloemetje brengen…….


Het containerincident……

incident....

Het was bijzonder gezellig bij de buurtbarbecue, helemaal omdat we zo geboft hebben met het weer. Dat heeft zo moeten zijn. En ik weet nu eindelijk ook wie precies bij welk huis hoort. Er zijn de laatste tijd nogal wat jonge gezinnen in onze buurt komen wonen en dan loop je wel es wat achter. Van een dreigende vergrijzing is hier absoluut geen sprake meer en dat is leuk.

Ik hoorde in het voorbijgaan nog een mooi verhaal, dat de buurtgeschiedenis ingaat als “het container-incident”. We hebben bij de huizen, zoals in vrijwel heel Nederland, denk ik, een grijze en een groene container. De meeste mensen zetten de avond voor de ophaaldag hun bak aan de weg. Zo ook een van onze buurvrouwen, die echter ontdekte, dat een onverlaat er in haar grijze bak nog een zak vuilnis bij had gedaan. Een zeer brutale actie en dat meldde ze verontwaardigd in de buurt. “Nou zeg, moet je nou ook nog in een slaapzak bij je bak gaan liggen om te voorkomen, dat iemand zoiets doet?”. Er zit een code aan de zijkant van de bak en je wordt afgerekend op elke “kiep” van de ophalers. Vandaar.

Toen kwam een overbuurman vertellen dat hij degene was die zo berekenend bezig was geweest. “Ik dacht, daar kan nog wel wat bij”, zei hij. Nou, in zo’n buurtje wonen wij dus. Iemand doet iets a-sociaals en is dan zo sociaal om dat te komen opbiechten. Hij kwam met een bos bloemen, al zingend: “Het spijt me….”( dat schijnt een lied te zijn, ik ben niet zo thuis in het genre!) haar tuinpad oplopen. Nou, op zo’n man kun je toch niet boos blijven? Wat nou duurder is: zo’n “kiep” of een bos bloemen, ik zou het niet weten, maar ik vond het een leuk incident…….!


Retourtje Hoogeveen……

les hautes fagnes

Zo, we zijn d’r weer. En het is toch nog even mooi weer geworden, nietwaar? De Belgische weervrouw Sabine voorspelde gisteren voor België onweer, hagel en zware windstoten, maar die hebben wij niet meer meegemaakt en tot nu toe valt het hier ook erg mee. Vanmiddag een mini-regenbuitje en vanavond nog wat gespetter en het zou aardig zijn als het verder ook nog wat rustig bleef, want we hebben morgen voor het eerst in dertig jaar een buurtbarbecue. Je kunt wel zeggen dat daar lang over is nagedacht, maar we vinden het een leuk initiatief dus wij doen wel mee. Mooi op tijd terug.

We hadden trouwens een leuk vakantiehuis, daar was niks mis mee, behalve dat het een beetje erg gedateerd was gemeubileerd. Nu zijn we zelf ook wel redelijk gedateerd, maar soms krijg je bij zulke huizen wel eens het idee, dat de eigenaar alles dat ie kwijt wil uit zijn dagelijkse omgeving nog zeer geschikt vindt voor het te verhuren vakantiehuis. Maar alles was er, dus daar kun je verder niks van zeggen. Wij slepen tegenwoordig altijd zelf onze Senseo mee, een erg modern apparaat.

Het huis was gelegen tegenover een skipiste, in de zomer een uitgestorven business met alleen een man die een beetje irritant machinaal elke dag een stuk van het gras kwam maaien. Veel houten schuren voor het verhuren van ski-en langlaufspullen, een groot frietkot en enorme reclameborden voor Jupiler-bier. De beheerster van het huis vertelde, dat wij er in de winter maar niet moesten zijn, want dan was het er stervensdruk met luidruchtige jongelui. Maar als je langs deze op de winter gerichte zaken heen kijkt, is het een prachtig gebied, “de Hoge Venen” oftewel “les Hautes Fagnes”. Veel bos, prachtige vergezichten en we hebben een paar avonden een schitterende zonsondergang kunnen bekijken.

We hebben veel huizen gezien, zoals ze ze alleen in België maar mogen verzinnen met torens, boogramen en meer fantasierijks en in kleur. Mooie tuinen ook. Wat ik dan altijd heb als ik weer terug ben thuis: ik wil mijn huis eigenlijk wel geel verven of turquoise, maar dat vindt de welstandscommissie niet zo’n goed idee, denk ik. En dan langs álle ramen bakken met van die hangbloemen, maar dan heb je weer, dat de ramen naar buiten open gaan en je bij elke gietbeurt je bloemetjes staat te onthoofden. Dus ook maar niet. Nou ja, de zomer is ook bijna voorbij. Wij kunnen weer aan de bolchrysanten.

O ja, we hadden trouwens bij ons vakantiehuis ook heel bijzondere buren. Een orthodox-joodse familie compleet met hoofddeksels en pijpenkrullen, allemaal in het zwart tot de kleinste jongetjes aan toe. Dat had ik nog nooit van zo dichtbij gezien. Ze konden trouwens goed voetballen. En lawaai maken. Maar dat kunnen de kinderen hier achter ook, hoor ik……..goal!!!!


Weg….

Het regent, verdorie, maar niet getreurd: we gaan het mooie weer halen! Tot later!


Verstand van kunst…..

Kunstgrepen.....

Als je het weblog van iemand anders nodig hebt om “inspiratie” op te doen voor een verhaaltje, dan is het met je originaliteit even somber gesteld, ik geef het toe. Maar ik zeg altijd eerlijk waarvandaan ik het onderwerp heb gejat en mét een link. Zo ben ik dan wel. Zeekomkommer is deze keer mijn bron. Want ze was naar het Groninger Museum en daar ietwat verward geraakt door het gebouw en de exposities, die elkaar wat in de weg zaten, hetgeen ik me kan voorstellen. En dan ben ik geen kunstenaar en zij wel,dus dat ook nog eens een keer.

Nou ja, het Groninger Museum dus. Ondertussen alweer een aardig aantal jaren geleden waren we daar met een groep collega’s. Met de bus van Apeldoorn naar Groningen. Op een zaterdagmorgen. We meldden ons aan de balie op de afgesproken tijd en toen bleek, dat we niet in de boeken stonden. Foutje in de administratie. Paniek bij de baliemedewerksters, die er prompt Gronings van gingen praten, want er waren geen rondleiders.

Opeens riep een van de meisjes naar een passerende dame: “Oh, mevrouw…..(ik weet geen naam meer, hoor!) deze mensen verwachten een rondleiding, maar er is iets fout gegaan met de afspraak! Wat moeten we doen?”. De mevrouw bleek de conservator van het museum te zijn, die op haar vrije zaterdag alleen maar even iets uit haar kantoor was komen halen, maar heel spontaan zei: “O, maar dan doe ik die rondleiding toch?”.

We waren met een man of dertig en dat is best een grote groep voor een rondleiding, maar ze vertelde zó gedreven en boeiend over het gebouw, over de architect, over de bedoéling van de architect, over de collectie en de mode-tentoonstelling , die er op dat moment was ( ook omgeven met draperieën en voiles, weet ik nog!) dat de groep keurig bij elkaar bleef en zeer onder de indruk was.

Wie zich Pierre Jansen herinnert van vroeger, die lange, magere man met die grote handen, die een kunstprogramma had op de televisie, dat “Kunstgrepen” heette (geen wonder met zulke handen!) is niet “stok”, maar ook niet “piep”. Nou, zo gedreven als die over kunst vertelde, zo deed zij dat ook. En ze had zoveel leuke zijdelingse weetjes! We hebben toch wel zo’n ongelooflijk geluk gehad met die fout in de administratie! Anders waren we misschien als groep uiteengedwarreld door het museum heen, waren er buiten mensen gaan roken, de stad in gegaan, want een museum moet je wel pakken. We zijn met z’n allen gepakt toen, íngepakt kun je wel zeggen! Maar toch, ook nooit meer teruggeweest……


Feng shui in de Ardennen…..

bamboo......

We hebben nog ’n laatste-minuut-vakantie geboekt. Van een week. Vrijdag gaan we weg en dan maar eens kijken of het mooi weer wordt. Thuis lukt het maar niet om de weersverwachting een beetje voor elkaar te krijgen en toen we in Engeland waren laatst lukte dat ook zo aardig, dus we proberen het nog ’n keer. Hebben jullie misschien ook plezier van dan.

We gaan naar de Ardennen, niet zo ver rijden en tóch naar Het Zuiden. Zo doen we dat, je moet het niet overdrijven. Het was niet makkelijk iets te vinden op zo’n korte termijn. Alles zat vol en het huis dat we vonden is eigenlijk iets te groot, maar we houden wel van ruimte.

Het huis heet “Villa Feng Shui”. Dat klinkt veelbelovend: een villa, maar dat hebben we natuurlijk alleen van een plaatje, maar ook nog Feng Shui.

Daar heb ik trouwens een boek over: Feng Shui. Ik heb er ook wel eens wat over geschreven. Ik realiseer me ineens, dat Feng Shui “wind en water” betekent. Nou, dat wordt dus niks met die weersverwachting. We wachten maar af. Eerst maar eens terug naar de natuur. Daar heb ik wel zin in…….


Snoeiharde actie…..

zó mooi hoeft nou ook weer niet......

Cockie, de braafste burger van de Zaanstreek, heeft het over snoeien van overhangende struiken. En gisteren hoorde ik in een promootje van alweer een nieuw tuinprogramma Rob Verlinden zeggen, dat Nederlanders slechte snoeiers zijn( behalve Cockie dus), omdat ze niet dúrven snoeien. Nou, dan heb ik nog wel een verhaal over mensen die daar niet bang voor zijn!

Het revalidatiecentrum voor blinden en slechtzienden waar ik werkte ligt aan een keurige straat waar de mensen hun mooie voortuinen altijd goed onderhouden. Behalve bij een huis aan het einde van de straat, waar destijds een familie woonde, die van een wilde tuin hield. Aan de heg bijvoorbeeld werd niets gedaan en die hing dan ook halverwege het trottoir. Het was ook nog zo’n prikstruik, een cotoneaster of zoiets.

Voor onze klanten erg lastig, want die liepen er tijdens hun mobiliteitslessen nogal eens in vast. Wel een “uit het leven gegrepen” situatie natuurlijk en daar zijn revalidatiecentra gek op, maar wat niet hoeft is onnodig. De instelling schreef dus een vriendelijk briefje naar die mensen met de vraag of ze er voor wilden zorgen dat de heg werd gesnoeid. Dat deden ze niet. Toen werd de gemeente gebeld om hulp en ook die verzocht de bewoners schriftelijk om de heg terug te knippen “tot de erfgrens”( vrij naar de gemeente Oostzaan). Er gingen weken en zelfs maanden voorbij, maar er gebeurde niks. De heg bleef wild.

Toen werden ze binnen de muren van ons centrum ook wild. De revalidanten richtten zelf een comité op, er werd vergaderd, er werd zelfs iemand naar die mensen toegestuurd om te praten, maar niets hielp. Toen werd het tijd voor actie.

Op een donkere avond met net genoeg licht voor een slechtziende (in het Land der Blinden is Eénoog koning, zo je weet) is men de heg gaan knippen. Onder leiding van een slechtziende priester, die bij ons in revalidatie was en ooit nog bouwpastoor was geweest in Afrika, dus beter kun je niet hebben, zeg nou zelf. De volgende ochtend stond er een woedende buurtbewoner bij ons aan de balie, die dreigde met rechtszaken en politie en die het had over “aantasting van de persoonlijke levenssfeer”. Hoe het verder verlopen is, weet ik niet, de krant heeft ’t niet gehaald. Het zal in der minne geschikt zijn, reprimande voor de knippers misschien, hoewel iedereen het een stunt van de eerste orde vond!

Ik geloof wel, dat de mobiliteitslessen een poosje meer aan de óverkant van de straat gegeven zijn. Daar stond trouwens een zeer dikke boom op de stoep. Die omzagen was geen optie…….