Knaleffecten…..

Zoals ieder jaar lijkt het hier wel weer oorlog in de buurt. Het knalt al de hele dag. Er slenteren allemaal van die knulletjes rond, sommigen met een capuchon op vanwege het stoere imago en ze laten een spoor van harde knallen achter zich en het effect daarvan geeft ze veel plezier. Je zou kunnen zeggen dat het gezond is, dat ze zo lekker ’n hele dag in de buitenlucht doorbrengen, kinderen moeten meer buiten spelen, dat vindt iedereen, maar de lucht die ze nu inademen lijkt me minder heilzaam. Maar kom, van één dag kruitdampen zullen ze geen longziekte oplopen. En als na vanavond dan ook alle vingers en handen er nog aanzitten hebben ze geluk en veel lol gehad.

Van mij hoeft vuurwerk niet zo nodig. Ik vind het zonde van het geld en dan óns geld in het bijzonder natuurlijk. Maar aan de andere kant ga ik vanavond wel naar boven om voor een raam te kijken naar hoe een ander zijn geld verstookt. Een letterlijke vorm van klaploperij, ik geef het maar meteen toe!

In het centrum van Apeldoorn is dit jaar om middernacht een groot feest op het marktplein voor het stadhuis. Met vuurwerk, oliebollen en glühwein. Dat is ook om de horeca te helpen het financiële debacle van 30 april een beetje te boven te komen. Het lijkt me sowieso wel gezellig zo’n oudejaarsfeest, mag best traditie worden! En Londen, Parijs en New York doen het, dus ach, waarom Apeldoorn niet…? Zwarte Suzuki’s worden niet toegelaten……..


Kalenderjaar…….

De ‘derde kerstdag’ was wat eten betreft een beetje ’n rare dag. Dus de afhaalchinees deed goede zaken. Ook het restaurant zat behoorlijk vol. Dan zie je, dat alle uitwonende studentenkinderen en de neven en nichten van de Chinees worden geronseld om mee te helpen. En dat loopt allemaal als een trein, je kunt niet anders constateren. Die trein loopt wel binnen ook, maar daar werken ze ook hard voor.

Wij waren daar dus ook en hadden kennelijk genoeg besteed om een kalender cadeau te krijgen van de zaak. De jongelui waren goed geïnstrueerd om eerst even op de kassabon te kijken, want niet iedereen kreeg er een. Ja, het moet uit de lengte of uit de breedte, ook bij een Chinees. Het was geen kalender om als een pronkstuk in je keuken te hangen. Knálrood, veel goud, kwastjes en frutsels er aan en heel veel Chinese karakters er op. Dat staat leuk, zolang je huis nog ‘kersterig’ is, maar verder niet zo.

Wat wel leuk was: de envelop waar de kalender in zat was aan de buitenkant bedrukt met jaartallen. Dan kon je zien welk dier bij jouw geboortejaar hoorde. Ze gingen maar terug tot 1941, dus niet ver genoeg voor mij, maar ik weet zo wel, dat ik een draak ben.

Er stond ook een karakterbeschrijving bij van de personen, geboren in dat jaar en ik moet zeggen dat het best wel aardig klopt! Tweeduizendtien wordt het jaar van de tijger. Dat je het maar weet. Net als voor de geborenen in 1950, 1962, 1974, 1986 en 1998 stond er over het karakter: “TIGER: You are sensitive, emotional and capable of great love. However, you have a tendency to get carried away and be stubborn about what you think is right; often seen as a “Hothead”or rebel. Your sign shows you would be excellent as a boss, explorer, race car driver, or matador.”

Maar in ieder geval weet ik nu, dank zij de afhaalchinees, dat ik achtereenvolgens een konijn, een paard, een hond en een rat heb gebaard. En inderdaad was de laatste bevalling zo gepiept……


Kerst……

Iedereen bijzonder gezellige dagen gewenst……! Verrek, ik hoor het tikkelen op mijn zolderraam! Dat is dus geen sneeuw, want die hoor je niet vallen. Oei, dat betekent gladdigheid! Iedereen die morgen deze kant of welke kant dan ook op gaat: hóu het gezellig en glij niet uit! Ze hebben het op de Eerste Hulp al druk genoeg……!


Blauwe plek……

Vanmorgen moesten we nog even Mexicaans geprikt worden, omdat we ons vorige week ’n dag vergist hadden, maar ’t kon nog en de dokter zou bij mij nog even kijken of de nieuwe pillen, die ik had voor mijn familiair geërfde verhoogde bloeddruk, het gewenste resultaat hadden opgeleverd en dat was zo. Iedereen blij.

Toen ik mijn mouw nogmaals naar boven schoof, maar nu voor de manchet van de bloeddrukmeter zag de dokter dat ik een flinke blauwe plek op mijn bovenarm had. “Zo…hoe komt u daar aan?” vroeg ie. Ik legde hem uit dat het geen gevalletje huiselijk geweld was, maar dat ik de bocht bij onze piano te kort had genomen. “Dan hebt u dus een hóge piano!” zei hij. ” Ik heb zo nog een leuke tip voor u!” Daarna verzonken wij in de stilte die nodig is voor het beluisteren van de onder- en bovendruk in mijn bloedvaten, waar hij zoals gezegd, tevreden over was.

“Mijn vrouw en ik houden erg van muziek” vertelde hij toen “en vorige week was ik voor het eerst van mijn leven in Brussel. Daar hebben we het Muziekinstrumentenmuseum bezocht. Het is een heel mooi art-nouveau-gebouw met diverse verdiepingen en ze hebben er heel veel instrumenten van over de hele wereld. Ook hele oude. En van foekepot tot trompet, van álles. Het leuke is, dat je een koptelefoon meekrijgt en als je in een op de grond aangebrachte cirkel gaat staan, hóór je het instrument waar je voor staat. Leuk voor uw man ook! Wij vonden het énig!” Hij was helemaal enthousiast!

Daar moeten we op doktersadvies dus maar es heen. Zo ver is Brussel niet en aan zo’n tripje kun je van alles vastknopen. Leuke dokter hebben wij, hè? En zo’n blauwe plek op je arm blijkt dus handig….eh….armig…..


Nee, nee…….

Zo’n sticker als hiernaast staat hebben wij niet op de deur en dus hebben we de eerste kerstgratificatieverzamelaar alweer aan de deur gehad. Dat is het moment dat ik op de piano stapeltjes maak van kleingeld ter waarde van een euro per torentje. Ja, natuurlijk hebben ze het liever wat handzamer, maar ik zeg maar zo: “Geld is geld.” En als je ‘klein’ bij elkaar optelt wordt het vanzelf ‘groot’. Ik laat ze hun wensje wel altijd helemaal opzeggen, dat moet. De meesten noemen de naam van de baas die ze zo voorwereldlijk hun eigen kerstgratificatie bij elkaar laat bedelen, maar er zijn er ook bij die dat niet doen, “Prettige feestdagen” zeggen en je gewoon een kaartje in je hand duwen, waar hij dan opstaat, die naam. Er zijn veel ‘reclamedrukwerkverspreiders’ bij.

In de krant werd gewaarschuwd voor jongens, die zo’n kaartje op de computer zelf even maken en dan langs de deuren gaan, terwijl ze van z’n lang zal ze leven nog nooit één foldertje hebben ‘verspreid’. Van de week liepen we naar de supermarkt en toen lagen er ’n heleboel, verpakt in plastic, in de bosjes. Wel verspreid, daar kun je niks van zeggen.

Een man, die hier in Apeldoorn ook reclamedrukwerk rondbrengt heeft, las ik, zélf een wenskaart laten drukken met zijn foto erop, compleet met z’n rondbrengkarretje, nadat illegale fooi-ophalers hem voor waren geweest. Zijn ‘klanten’ waren zeer verontwaardigd dus het is wel goed gekomen met ‘m, maar toch. Het is oppassen geblazen.

Het is vervelend dat ik de bezorger van de dagelijkse krant eigenlijk niet ken. En dat terwijl ik hém z’n fooi graag gun, hij mag best beloond. De krant is er áltijd (op zondag doet iemand anders de bezorging en op die dag hebben we ‘m al een paar keer niet gekregen!) en hij bezorgt altijd heel vroeg. We horen ‘m wel eens om vijf uur of zo. Dat is voor ons midden in de nacht.

Maar om nou zo vroeg op te staan om uitgebreid kennis te gaan maken en dat alleen omdat ik wil weten of ik de fooi wel aan de goeie geef vind ik wat overdreven. Maar op jongens met flodderige ‘kaartjes’ , scheefgeknipt uit A4-papier moeten we maar extra letten. Ik hou ze in de gaten….als ik durf……


Naastenliefde…..

Onze klaverjasvrienden hadden vorige week voor het eerst een nieuwe hulp. De zus van de onze toevallig. Niks bijzonders, kwestie van relaties. Het is een hele goeie en ze zijn blij met d’r.

Maar ze is zó goed, dat ze bij het ramen wassen aan de buitenkant ook die van de buren deed, omdat ze dacht dat het huis zo groot was. De buurvrouw was erg enthousiast en kwam uitgebreid bedanken. Zo hou je je buren wel te vriend, zeg! We vonden het wel een leuk grapje…..!


Maak je over ons maar geen zorgen…….

Jan van Stroomopwaarts vertelde gisteren over de feestelijke 84e verjaardag van zijn vader. Een leuke dag voor iedereen, las ik. Z’n vader informeerde bij zijn nageslacht of iedereen zich zakelijk gezien redden kon en hij kon tevreden zijn.

Dat deed mij denken aan de pleegmoeder van mijn man, die wij ‘tante’ noemden, hoewel ze dat niet van ons was en die we een paar maal per maand met de kinderen bezochten in het verpleeghuis in Friesland. Het was meestal op zondag dat we vanuit Groningen-stad, waar we toen woonden, die kant op gingen.

Zo gezellig als de vader van Jan het lijkt te hebben had tante het niet. Met zes vrouwen op een slaapzaal, geen privacy en een kastje naast haar bed voor de persoonlijke spullen en dat was het dan. Natuurlijk is het al jaren geleden en je mag hopen dat het huis aangepast is aan de eisen van deze tijd, maar toen kwamen we er eigenlijk nooit vrolijk vandaan.

Tante was erg doof, ze zag bijzonder slecht, lopen was er niet meer bij dus zat ze de hele dag in een rolstoel. Omdat ze al achter in de negentig was kende ze bijna niemand van haar medebewoners, want leeftijdgenoten had ze niet. Ze vond het wel erg leuk als we kwamen. Maar ze had een eigenaardigheidje. Ze wilde elke keer weten wat mijn man verdiende. Omdat de conversatie, in de zaal die daarnaar was genoemd, niet bepaald geruisloos ging met tante en mijn man geen zin had dergelijke vertrouwelijke informatie te delen met de rest van de zondagmiddagvisite die er zat, toeterde hij in haar oor dat we niet te klagen hadden.

Maar daar was ze niet tevreden mee! “Verdien ie dan wel duuzend gulden?” vroeg ze dringend. “Ja hoor, tante, dat is het wel!” bulderde mijn echtgenoot dan terug. Dan sloeg ze haar handen in elkaar, schudde haar grijze koppie en riep: “Hééremetied! Dúúzend gulden!” Ze hoefde zich geen zorgen te maken over ons, dat was gelukkig duidelijk.

En na een uurtje, als de kinderen het wel weer gezien hadden en wij eerlijk gezegd ook, vertrok de familie Caransa weer naar hun villa aan de Groningse Rivièra. Ach, tante…..Ze heeft op twee maanden na de honderd net niet gehaald en daar had ze volgens de dominee op haar begrafenis nog aardig de pest over in gehad ook…..!


Vraagje…..

* Nou ik toch zo melig bezig ben: kan iémand mij vertellen wat de diepere betekenis is achter die stupide reclame van Vodafone met die achterlijke beestenkoppen en hun onverstaanbare conversaties? Waar kinderen bang van worden en bejaarden slapeloze nachten van hebben, omdat er wéér iets is, dat ze niet begrijpen…….