Je maintiendrai…..

“Ik zal handhaven…..”. Onze Nederlandse wapenspreuk sinds eeuwen. En daar gaat het over dezer dagen. Dat dat niet gebeurt. Er worden regels opgesteld, maar er wordt te weinig gekeken of die ook worden gevolgd.

Daar zijn allerlei redenen voor. Voornamelijk doordat er aan de ene kant te veel mensen zijn, de oorzaak dat er aan de andere kant geen beginnen aan is voor handhavers. Waar begin je in een volle winkelstraat met toeristen? Want de Nederlanders houden zich voor tachtig procent aan de regels, las ik.

Daar geloof ik trouwens niks van. Anders kwam er geen hele kroeg met besmettingen in het nieuws. En was er niet zo’n verontrustende stijging van het aantal virusslachtoffers dat zich laat testen. Dat komt toch ergens vandaan.

Wij waren gisteren voor het eerst sinds maanden op bezoek bij mijn jarige zus. We gingen er heen met een taxi, die mijn kloris tegen rereduceerde prijs mag bellen als blind persoon met een landelijk pasje , wanneer hij ergens heen wil. Ik mag dan mee als zijn begeleider. Elk nadeel enz……

Er werd ons wel een mondkapje bevolen, want het was openbaar vervoer. Wij houden ons aan de regels dus dat ging op. Ik word er ’n beetje benauwd van, maar wat moet dat moet. Regels zijn regels. Maar….we hadden een chauffeur zonder mondkapje, we waren de enige passagiers en het was een ‘gewone’ taxi.

De chauffeur zei: “Van mij hoeft ’t niet, hoor! Ik ben gezond, u bent gezond, daar gaan we! óp naar Ede. U moet me even de weg wijzen, want de navigatie stuurt me hier de wijk in, dat lijkt me niet goed.” Dat klopte ook. We waren dus ook nog nuttige passagiers. Het werd een heel gezellige rit. De chauffeur was een leuke, humoristische man uit Gouda, die er al heel wat ritten door het hele land op had zitten die dag. “Dat vind ik leuk”, zei hij.

Mijn zus vond het leuk dat we er waren na zoveel tijd en in levende lijve. Ze was blij met de planten voor het balcon en het boek “Vijfenzeventig” van Yvonne Keuls. Want dat werd ze, mijn zus. Het was erg gezellig. Mijn zwager had lekkere soep en broodjes. Niks mis mee allemaal.

Toen we terug gingen naar Apeldoorn troffen we weer een taxi, waarbij we de enigen waren, maar wel met een gemondkapte chauffeur, dus dat was ook voor ons reden om ze maar op te doen. Ik smokkelde een vinger ertussen voor wat meer lucht en de rit was niet zo lang, dus het ging best.

Deze chauffeur was wat minder tot praten te krijgen, maar hij vertelde naar aanleiding van onze naam toch, dat hij kerkorganist was en wel eens een dominee had getroffen die ook zo heette. Nou, dat kan. Muzikanten en iets christelijks zit er bij ons wel in. We weten niet precies waar, maar dat hindert niet. Maar dit was dus een gehandhaafde rit, zeg nou zelf.

Handhaven doen ze in Apeldoorn wel, hoor! Als je in de stad je fiets zomaar ergens neerzet, terwijl overal staat dat je ‘m in de gratis fietsenstalling moet zetten, wordt ie, zelfs als hij met een ketting aan een lantaarnpaal zit, losgeknipt en in die stalling neergezet, waarna je hem pas voor 25 euro weer mee kunt krijgen. Eerst kon je hem gratis weer ophalen, maar dat losknippen en vervoeren kost ook geld, dus dat is veranderd.

Wat wel heel raar is: er staan nu praktisch nieuwe fietsen en zelfs een elektrische ( met accu) die helemaal niet meer werden opgehaald. Dat is toch gek, maar ja, dat is je fiets niet in een GRATIS stalling zetten natuurlijk ook …..


Bolder…..

Er zijn in de buurt kinderen, je mag namelijk nogal jong aan een bijbaantje beginnen in die sector, die reclamefolders rondbrengen. Veel zal zulk werk niet opleveren, maar alle beetjes helpen als je ergens voor aan het sparen bent.

Het zijn behoorlijk wat reclameblaadjes bij elkaar. Maar ze zitten dan meestal wel verzameld in plastic verpakt. Dat bezorgt wel prettig. Dan gaat alles mee in een bolderkar. Die hadden wij vroeger ook voor het vervoer van jeugdig volk in de vakantie. Of voor de boodschappen uit de campingwinkel.

Eigenlijk vind ik dat altijd een leuk gezicht, zo’n bewaard houten karretje met van die rooie randjes en zo’n lange trekstok. Vroeger zaten ze d’r in, die kleuters en nu zijn ze ermee ‘aan het werk’ …..


Burgemeesterlijk…..

We kregen een brief. Van Ton Heerts, onze burgemeester. Hij vroeg of het qua gezondheid goed met ons ging, er geen problemen waren wat de financiën betreft en zei, dat we moesten melden als er iets was waarbij de gemeente hulp of steun zou kunnen bieden. ( Informatie op www.apeldoorn.nl/coronahulp. )

Meer vrijheid per 1 juli betekent dat er wat meer kan. Het is niet meer “blijf thuis”, maar “vermijd drukte”. Fijn, maar spannend, zegt ie. Want het virus ís er nog.” De gemeente heeft er van alles aan gedaan. In de binnenstad zijn looprichtingen aangegeven, geen geparkeerde fietsen overal, want die kunnen in de gratis stalling, geen reclameborden en rekken meer in het winkelgebied, waardoor er meer ruimte komt.( Houen zo! zou ik zeggen. Bedankt namens alle blinden en slechtzienden.)

Iedereen , inwoners en ook toeristen, weer overal welkom in ons mooie Apeldoorn, zegt onze burgervader. Ook op de toeristische plekken hebben ze er van alles aan gedaan. Hij weet dat de mensen het zat zijn en regelmoe, maar het moet. Het is knap vermoeiend, maar het is niet anders.

Tenslotte vraagt burgemeester Heerts of iemand nog ideeën heeft hoe het vol te houden is allemaal. Wat heeft u van mij of de gemeente nodig, vraagt hij. Van alles beloven kan hij niet, maar ’n aanpassing of iets anders doen dan bedacht, daar wordt naar geluisterd. En weer een adresje waar zo’n idee heen kan.

Allemaal in een brief van de burgemeester van Apeldoorn persoonlijk aan elke inwoner van zijn gemeente en hij wenst ons een fijne zomer. Ik hem ook. Het was een mooie brief…..