Toen wij, alweer bijna 11 jaar geleden met pensioen gingen, kreeg ik van iemand een boek. En tot mijn schande weet ik helemaal niet meer van wie, want er was voorin niets geschreven, wat toch gebruikelijk is bij zoiets heugelijks: een datum, naam en ’n aardig wensje of zo. Het was een boek met korte verhalen van gerenommeerde schrijvers en het heet “Op je lauweren”. De verhalen gaan allemaal over de tijd rond en na je pensioen. En veel ervan gaan over de triestheid, die het gevolg is van verlies van werk en status. Het beruchte zwarte gat natuurlijk, kortom de leegheid van het bestaan.
Uit het feit dat ik nu pas, 11 jaar na dato, toekom aan het lezen van dat boek kun je wel opmaken dat het met dat zwarte gat en de leegheid van mijn bestaan goed meevalt. Eigenlijk is het heel leuk om het nú pas te lezen, want je kunt dan beter beoordelen of ’t wel klopt met die verhalen. Nou, soms ’n beetje wel, maar voor het grootste deel helemaal niet. Veel hangt af van het feit of iemand zich ’n beetje heeft voorbereid of dat de knop van de ene op de andere dag rigoureus omging. Die mensen hebben het ’n stuk moeilijker dan de vrolijke Fransen, die gedacht hebben: “Hoi, niks te hoeven, niks te moeten, waar is de krant en is er al koffie?”. Ik ben bang dat wij tot de laatste categorie behoren. Natuurlijk heeft alles ‘in de vorm moeten schudden’. Je ritme wordt anders dan meedraaiend in een dagelijks arbeidsproces. Er is ’n groot verschil tussen ‘werkeloos’ en ‘werkloos’. Wij zijn van het eerste soort en onze jongste dochter helaas per 1 augustus van het tweede.
Haar contract bij de school waar ze op projectbasis werkt is niet verlengd vanwege financiële bezuinigingen. Het nieuwste project is goedgekeurd, maar op degenen die het moeten uitvoeren is bezuinigd. Dat is niet leuk, want ze had het er erg naar haar zin en ze voldeed. Maar ze heeft zich alweer aangemeld bij het zwarte gat van het UWV. Daar was ze al eerder redelijk snel weer uit dus dat hopen we deze keer ook maar weer……..