Omdat onze jongste kleinzoon zondag één jaar wordt, waren we vanmiddag in een speelgoedwinkel van Toys’R Us”( als ik de naam goed heb). Moeilijk om iets te vinden voor een kind van die leeftijd! We hadden al een beetje geïnformeerd bij pa en ma, maar hij bleek al veel speelgoed te hebben. Ook dingen die wij nou net zo aardig vonden om als opa en oma te geven. Het was niet anders, dus nu hebben we iets waarvan we denken, dat hij het nog niet heeft. Ze lezen dit log dus hou ik het nog even voor me tot zondag.
Bij de kassa moest ik even wachten en dan zie je wat er in zo’n korte tijd aan euro’s over de toonbank gaat aan playstations, knuffelbeesten en allerlei spul waarvan ik niet kon ontdekken wat het was. Maar ja, ik ben er ook uit wat speelgoed betreft. Veel van het speelgoed dat ik ken is niet eens meer in de mode. ’n Diabolo? ’n Bromtol? Gewone tollen? Priktollen? Je zult er naar moeten zoeken, denk ik.
Al het speelgoed van tegenwoordig is verantwoord, van felgekleurd plastic, en voorzien van gerinkel, gerammel, getoeter en synthetische stemmetjes en gericht op de ontwikkeling van het kind. Het leert er van, daar ben ik zeker van, maar er is wel erg véél! En of het de fantasie prikkelt, daar twijfel ik wel eens aan.
Mijn moeder had toen onze oudste dochter een kleutertje was een knopendoos. Ik herkende de knopen en wist waar ze van waren geweest en voor Karin was de knopendoos een bron van speelplezier. De ene keer speelde ze, dat het geld was en speelde winkeltje, de andere keer was het eten, ze zocht kleuren bij elkaar, de diverse vormen, leerde de knopen tellen. Het zat allemaal in een Tjoklatblikje met zo’n knielend vrouwtje erop.Je bent “gedateerd” als je dit herkent, hoor!
Ons kind kon ook heel goed spelen met “niks”. Opende deuren, die er niet waren en deed ze ook weer achter zich dicht, we kregen eten uit onzichtbare pannen op denkbeeldige borden en je had het maar lekker te vinden! Veel fantasie had ze! Toch waren onze dochters geen echte poppenmoedertjes, want de Barbies later werden aangekleed door de weelderige hoofdjes er af te trekken, jurk aan en plóp de kop d’r weer op. Nou, dat doe je niet als je een gevoelig poppenmoederhartje hebt, toch? Zo waren ze dan weer wel.
De jongens hadden veel kleine autootjes, Die spaarden we bij het tanken van benzine. Het léken Dinkytoys, maar waren het niet. We hebben ze nog, een beetje verveloos, maar onze oudste kleinzoon vindt ze nog best leuk. We hebben één keer een echte Tonka-auto gehad, waarvoor op de televisie reclame werd gemaakt. Een olifant ging er op staan om de sterkte aan te geven. Dat zouden de heren Pasveer zelf eens even uitproberen. Ze waren zeer teleurgesteld en kwaad op meneer Tonka, omdat hún exemplaar zielig scheefverbogen uit de strijd kwam. Blauw was ie, weet ik nog.
Nou, en toen kwamen de computerspelletjes, het begin van de computercarrière. Er werd driftig gespaard en de broertjes bekostigden samen het eerste exemplaar. En ze spelen nog steeds met computers, ’t is nooit meer overgegaan…….