Vanmorgen las ik dat vrijdag de aloude Oriënt Express tijdens een tocht door Nederland o.a. Deventer en Apeldoorn aandoet. Dan kun je drie minuten lang, want langer staat ie d’r niet, (ja kom zeg, we zijn Parijs niet!) de luxe wagons uit de jaren twintig zien. Zoiets spreekt toch tot de verbeelding, hè? Niet, dat ik ga kijken, hoor, want de mensen die destijds met die boemel reisden zouden zeker niet tot mijn kennissenkring hebben behoord, zal ik maar zeggen. Ik moet trouwens áltijd aan Agatha Christie denken als ik de naam hoor.
Toen ik jong was reisde ik dagelijks met de trein om op mijn werk te komen. Van Bussum naar Amsterdam en weer terug natuurlijk, want m’n moeder kookte niet voor niks. Dat reisje was niet leuk of bijzonder, maar ook niet vervelend. Heel gewoon eigenlijk. Het is vandaag de dag alweer een aardige tijd geleden dat ik in de trein gezeten heb. Het komt er niet zo van als je een auto bij de deur hebt.
Wat we wel altijd kijken is het programma “Rail Away” op de televisie. Vanwege de treinen, het land waar ze rijden, waar ze allemaal langs komen en om de moeite die honderden arbeiders hebben moeten doen om al die kilometers rails neer te leggen. Soms dwars door bergen heen of over enge, hoge spoorbruggen, die ze dan eerst nog moesten bouwen.
Ook de BBC heeft zo’n treinprogramma waarin iemand, aan de hand van een heel oud boek uit de beginjaren van de Britse spoorwegen, door heel Engeland reist om te kijken hoe het nu op de plaatsen is waar de trein toen kwam. Zoiets als wat Geert Mak jaren geleden deed met de voettocht die Jacob van Lennep maakte in 1823 door Nederland.
Maar dat rondje Nederland is natuurlijk peanuts vergeleken met Londen-Parijs-Istanbul, de reis die de Oriënt Express vroeger deed. Er zit morgen, net zoals dat vroeger ook al was natuurlijk, een select reisgezelschap in de trein, las ik. Ze zullen tenminste hun OV-chipkaart wel thuis hebben gelaten……..