Startrek

de tijd vliegt....

We hebben net ontdekt, dat we als we naar Australië gaan, een dag overslaan. Dan gaat 6 maart letterlijk aan ons voorbij. Dat ging het toch al, want we komen niet even terug om te gaan stemmen, wat we anders wel gedaan zouden hebben. Wel na veel gepieker over de partij waarop.

Het is een gek idee, die tijdzones. We vliegen tegen de tijd in, omdat we over Amerika gaan en het daar dus vroeger is. Ik krijg een beetje een Startrek-gevoel. In die serie zaten ze ook aldoor te rommelen met tijdzones en dan wel meteen met duizenden jaren tegelijk. Dan is dat ene dagje van ons minder spectaculair natuurlijk.

En dan te bedenken dat ik al moeite heb met de zomer- en wintertijd! Er is mij vaak uitgelegd hoe het zat, maar sinds iemand zei:” Onthoud nou maar: vóórjaar….vóóruit!” gaat het beter. De meeste mensen weten alleen maar dat ze een uur korter mogen slapen en zijn overdreven blij met dat ene uurtje langer in het najaar.

Nou, wij vertrekken dus op 5 maart en komen 7 maart in Sydney aan, terwijl we toch “maar” één etmaal in het vliegtuig zitten. Lang genoeg, dacht ik zo. Als ik zie, hoe vermoeid die schaatsers op Schiphol aankwamen na “alleen maar” uit Amerika te zijn gekomen. Maar die hadden wel meer reden om moe te zijn natuurlijk: hard schaatsen en hard feesten. Je kruisband scheurt d’r van af………


Vakantiewerk

Australia, here we come...

Dit wordt een weekje van inpakken, maar nog niet wegwezen. Ik ben een mens van lijstjes maken, dat heb ik m’n hele leven al gehad. Het is gewoon een vorm van gedachten op een rijtje zetten, teneinde niet rond te rennen als een kip zonder kop. Het is dus nodig dat ik dat doe en heeft weinig met vorderende leeftijd te maken, want die noodzaak was er ook al toen ik jong was. Het was toen de enige manier om huishoudelijk een beetje in de pas te blijven.

Het voordeel van vakantielijstjes is, dat je niks vergeet, in ieder geval geen dingen die niet te overkomen zijn. Je schrijft het als je nog niet in de last-minute-rush zit. Maar, morgen over een week gaan we al naar Australië en dat is best gauw. We blijven een maand weg en dat is de langste vakantie, die we ooit hebben gehad.

Dat geeft wat denkwerk i.v.m. administratieve zaken, hoewel de meeste betalingen wel automatisch gaan tegenwoordig, maar we beseften ook ineens, dat de belastingaangifte voor 1 april moet. Nou hebben we daar een hele kiene schoonzoon voor, maar die moet natuurlijk wel de gegevens hebben om zo kien te kunnen zijn!

Ik moet ook de tuin nog even opruimen, want als we terugkomen is die al een stuk minder kaal dan ie nu is en hopelijk heeft dan niet alleen het onkruid z’n best gedaan. Dat mis ik wel als we weg zijn, dat elke dag even kijken wat er nu weer opgekomen is (en wat het ook alweer was!) We hebben maar een kleine tuin, maar er is altijd wel wat te zien. Nou ja: verrassing! Ook leuk.

En ik heb nú al, dat elke keer als ik mijn kleinzoons zie en dat is best vaak, ze alwéér veranderd zijn. Zo gauw groeit dat volkje. Dan is een maand ook lang. Nou vooruit, deze globetrotter gaat nog maar eens kneuterig een wasje regelen, want dat moet ook nog mee volgens mijn lijstje……….


Nachtblind

fluisteren in het donker

Een wat langere autorit, vooral in de avond is best gezellig. In de beslotenheid van zo’n rijdend huisje kun je lekker kletsen in het donker. Omdat je niet kunt reageren op de gezichtsuitdrukkingen van je gesprekspartner, praat je makkelijker. Bovendien is het voor de bestuurder en zijn passagier(s) wel aan te bevelen dat hij zijn blik op de weg houdt. In het donker durven mensen meer te zeggen, daar ben ik van overtuigd. Veel mensen zullen die ervaring hebben. Ik herinner me tenminste gesprekken, die behoorlijk diep gingen, terwijl we in het pikkedonker op zomeravonden in Frankrijk voor de tent zaten. Of letterlijk dichter bij huis gewoon achter op het terras als niemand zin had om licht aan te doen. Als de temperatuur een beetje meewerkt en er een prettig drankje aan te pas komt wordt het altijd laat, het stemvolume daalt, je wilt de sfeer niet verbreken, gouden uren zijn dat.

Mijn blinde man praat altijd in het donker. We hebben bij dezelfde instelling gewerkt en bij vergaderingen kon hij dingen aan de orde stellen, die gevoelig lagen. Hij zag de uitwerking van zijn woorden toch niet op de gezichten van de collega’s, die rood werden of wit wegtrokken. Had ie totaal geen last van, hij ging ijzerenheinig door. En dat was soms erg nodig. Omdat we vaak samen bij die vergaderingen zaten was het genieten voor mij. Later vertelde ik wel hoe iedereen gekeken had, maar dan waren meestal de spijkers met koppen al geslagen!

Lijkt me wel een leuk idee bij moeilijke beslissingen in de Tweede Kamer: de helft van de geachte afgevaardigden de vergadering geblinddoekt bijwonen. Voor de eerlijkheid op toerbeurt. Moet je eens kijken wat dát de besluitvaardigheid zal bevorderen. Gewoon elkaar even niet zién zitten!


Home zweet home…..

verbouwen geeft troep en stof

We zijn druk geweest. De verbouwing bij L-rs is klaar en mooi geworden. Nadat de vloerbedekkers zijn geweest liggen de kamers er maagdelijk bij. Zonde om er van alles in te zetten, maar dat moest natuurlijk toch gebeuren. De ouwelui zijn dus maar even gaan helpen. Het blijft je kind, hè?

Er moesten gordijnen genaaid en opgehangen en de bouwvakkers hadden een ongelooflijke hoeveelheid stof doen opwaaien, dat zich ook op de verdieping waar ze niet eens bezig waren geweest in alle hoeken en gaten had genesteld. Ik ben thuis niet zo’n fanatieke sopper, maar als het de moeite waard is bij iemand anders (en dat wás het bij Lars) dan ben ik niet te houden.

Samen met z’n, weliswaar blinde, maar wel sterke pa, heeft Lars zware bedden en kasten naar boven gesjouwd. Zoiets gaat altijd heel leuk. “Nu een eindje naar die kant, Pa!””Wélke kant?” Want je moet tegen iemand, die het niet ziet, wel even duidelijk maken waar je heen wilt met de handel. Dat doet Lars ook meteen, getraind als hij is: naar rechts, naar links. Die mannen wéten dan ook, dat links links is en rechts rechts, ook als ze tegenover elkaar staan. Veel vrouwen hebben dat niet zo, deze vrouw in ieder geval niet. Als we op straat lopen en er ligt een regenplas, dan zeg ik:”Pas op, daar ligt een plas, iets naar rechts!” Jouke doet dan vanzelf al een stap naar links, omdat hij weet dat ik het wel verkeerd zal hebben gezegd en elf van de tien keer is dat ook zo. Je moet er mee leren leven met zo’n afwijking en hij doet dat al vele jaren.

Vandaag hebben Lars en ik allerlei boodschappen gedaan voor de finishing touch. O.a. planten gehaald, want je huis kan nóg zo mooi geworden zijn, zonder planten is het niks. De pré-verbouwingsplanten hadden vrijwel allemaal het loodje gelegd als gevolg van het ongeregelde huiselijk leven van Lars en zijn groene vrienden de afgelopen maanden. Maar nu komt alles weer goed. De lente komt er aan, het zonnetje schijnt (tussen de buien door) en de vogeltjes fluiten alweer!


versus

bwm
fiat

Laatst schreef ik over het feit, dat je je buren zo weinig ziet in de winter. Nou, ik heb ze allemaal gesproken, hoor, vanmiddag. We kwamen namelijk terug van het doen van de wekelijkse boodschappen toen bleek, dat iemand zijn auto in onze voortuin had geparkeerd. Hij had bij het van rechts komen geen voorrang gekregen en stond met de neus van de auto, of wat daarvan over was, richting onze voordeur. Hij had zo door kunnen rijden. Ik ben hem wel dankbaar, dat hij in de tuin is gestopt, want op rommel zat ik zo vlak voor het weekend nou niet direct te wachten. Ik had trouwens net gestofzuigd.

De schade in de tuin is minimaal, dat is erg netjes gedaan, de mensen zijn nog heel, en ach, verder is het maar blikschade, wel véél blikschade, want geen van de twee auto’s kon op eigen kracht verder. De van rechts komende chauffeur klaagde wel over pijn in z’n heup en wou nog even langs de eerste hulp. Toen kwamen bij de omstanders natuurlijk de verhalen los over whiplashes, die járen later nog problemen gaven enzovoort.

Waar al die mensen zo gauw vandaan komen! Alle voordeuren open, er werd uit ramen gehangen, oma’s die op vrijdag op de kleinkinderen passen en die natuurlijk niet iedere week zoiets moois kunnen bieden, de buurtkinderen die crocusvakantie hebben. Het was bovendien prachtig weer. Als je dan toch moet crashen: idealer omstandigheden kun je niet hebben met een dankbaar publiek, dat met je meeleeft. Gek was wel, dat de enigen, die nog geen contact met elkaar hadden gehad ( hoewel…..?!!) de hoofdrolspelers waren in dit stuk: de automobilisten. Er vormden zich rondom ieder apart
groepjes toeschouwers en ik zag buurmannen heen en weer lopen van de een naar de ander als een soort intermediair. De politie was snel ter plaatse, zoals dat heet. Sprak eerst met de mevrouw, die geen voorrang had verleend. Ze reed in een BMW-cabrio, waar je dus een open auto van kunt maken, maar dan moet je het wel anders doen dan zij het nu deed. Ik moet zeggen, ze had het type auto niet mee bij de beoordeling door de buurt. Ze hád ook geen voorrang gegeven, maar als zíj met het oude Pandaatje had gereden, waarin nu haar slachtoffer reed, had ze op z’n minst het voordeel van de twijfel gehad.

Dat Fiatje stond in onze voortuin erg zielig te wezen. De koplampen eruit, wat ik altijd een naar gezicht vind. Net of iemands ogen er aan draadjes uithangen. De afwikkeling duurde erg lang. Na het verhaal van de mevrouw moest ook nog het verhaal van de jongen van de Panda genoteerd en pas daarna kwam het eindelijk tot een handdruk.Na de afkoelingsperiode. Er kwam een grote wagen van de sleepdienst. Die kleinkinderen van oma hadden écht de dag van hun leven, hoor! Wij zaten natuurlijk eerste rang en wat me opviel : de man van de sleepdienst veegde ook nog eens met een grote bezem al het glas van de plek des onheils en nam het in een emmer mee. Hoefde ik niet eens te doen, hoewel het ónze voortuin was. Maar ik zal wel voorzichtig wieden dit voorjaar!


Zwartwerken

dit toepasselijke plaatje komt van de officieuze strippagina www.xs4all.nl/-rslegt/home.htm

In ’n overdekt winkelcentrum, waar we wel eens komen, zitten op de bankjes die daar staan niet alleen oude mannen, die weinig meer te doen hebben, maar ook jónge mannen van Afrikaanse origine. Ze komen naar het winkelcentrum om dezelfde reden als die oude mannen: ze hebben niks te doen. En het is er allicht gezelliger dan in hun nabij gelegen asielzoekerscentrum. Ze zitten op de voorste rij bij de voorstelling die “Welvarend Nederland” heet.

Volle boodschappentassen, dozen met dure electronica, tassen met merkkleding ( oké, d’r zit ook een winkel van Zeeman….), het trekt allemaal aan ze voorbij. En de meisjes zijn zomaar aan te roepen en die vinden die donkere jongens nog best leuk ook, aan hun reactie te zien. Het is dus helemaal niet gek, dat ze daar zitten, die jongens. Als ze tóch niks anders mogen doen. Zoals werken bijvoorbeeld. In afwachting van hun procedure, die vaak erg lang duurt, leren ze geen Nederlands, want je weet niet of je mag blijven en mogen ze niets zelf verdienen.Dat lijkt me slecht voor de moraal en voor hun imago. Want er zijn inbraken geweest in de buurt. Daar krijgen ze, hoewel het niet hardop wordt gezegd, de schuld van of op z’n minst de twijfel. Niets is bewezen, maar toch.

Ik zag laatst op een middag ’n televisieprogramma over een stichting in een van de grote steden, die Zwart?Werk heet, waar asielzoekers worden ingezet (en dat allemaal clandestien onder grote geheimzinnigheid, handje contantje en geen rekening) om klusjes te doen bij welwillende Nederlanders. Wasmachine aansluiten, zware dingen versjouwen, muurtje verven, dat soort dingen. Waar je dus geen Nederlander voor krijgt zonder huizenhoge nota. Waarom wordt dat niet legaal gemaakt? Sorry, geen vaste baan zolang je geen status hebt, maar wel je eigen geld mogen verdienen. Zoals ze dat in Afrika gewend zijn.

Dan hoeven ze niet met een wollen muts over hun oren getrokken te zitten kleumen in een winkelcentrum. Of ben ik nou gek als ik denk, dat het principe van “je eigen geld verdienen en het niet cadeau krijgen” mensen als de heer Fortuyn de wapens uit handen slaat met hun racistisch gepraat? Het zijn nou eenmaal niet allemaal getalenteerde voetballers, de enige Afrikanen, die wél met gejuich worden binnengehaald. En die al “werk” hebben nog voordat hun verblijfsvergunning zelfs maar is aangevraagd……


Borstbeeld

uit volle borst

Van Nederlanders is bekend, dat ze goed kunnen kankeren. Op van alles en nog wat. De bekeuring, die absoluut niet terecht was, sportlui, die niet doen wat er van ze wordt verwacht, de regering die maatregelen wil nemen, die ons niet welgevallig zijn, de trein die niet op tijd rijdt en niet te vergeten het wéér! Waar zouden onze gesprekken over moeten gaan als we niks te kankeren hadden? Nee, het is wel goed zo. Reactiescripts worden er zeer levendig van.

Ik had een oproep voor een kankeronderzoek. Voor dat doel staat er op het parkeerterrein bij het buurtwinkelcentrum een soort stacaravan, waarin radiologisch onderzoek wordt gedaan bij alle vrouwen uit de wijk, die tussen de 50 en 75 jaar zijn. Ze worden gescand op beginnende borstkanker. Dat gebeurt elke twee jaar.

Ik doe er al jaren aan mee en het is best een gezellig gebeuren. Vrouwen, die elkaar anders groetloos voorbij lopen, omdat ze elkaar alleen maar vagelijk van gezicht kennen, raken aan de praat en soms denk je: “Gôh, die is dus ook de vijftig al voorbij? Ziet er goed uit, zeg! Dat tennissen helpt dus wel….”. Mijn naaste buurvrouw tref ik ook wel eens en we zijn eens de caravan uitgezet omdat we te lang bleven kletsen! Dat borstkankeronderzoek is eigenlijk maar bijzaak. Zo hoort het natuurlijk ook, je gaat er niet van uit dat je wat hebt.

Maar uit de folder, die bij de oproep zat, blijkt, dat er toch bij ruim 10.000 vrouwen per jaar iets wordt geconstateerd en dat is de moeite dus meer dan waard! In onze familie is de aandoening ook bekend, niet direct via de genen , aangetrouwd, maar dat maakt toch, dat je er iets minder onbevangen tegenaan kijkt bij zo’n onderzoek. Mooi, dat we deze preventieve zorg hebben. Mij hoor je daar niet over kankeren!


Kassa!

oud geld

Kom, nog maar eens ’n verhaaltje over een kassa. Daar kom je vrijwel elke dag en je beleeft er toch van alles, nietwaar? En je kunt er in allerlei gemoedstoestanden verzeilen. Van vertedering om een leuk kindje, waar je je even mee kunt bezighouden, terwijl zijn meestal dankbare moeder even de financiën regelt, tot ergernis om een ander kind, dat beslist geen kindje meer is en met de winkelwagen tegen je hielen staat te raggen, terwijl zijn moeder dat kennelijk heel gewoon vindt. Van medelijden met die erg oude mevrouw, die probeert wijs te worden uit al die glimmende muntjes in haar portemonnee en tenslotte dan toch maar betaalt met een biljet, waarop ze nóg meer van die glimmende muntjes terugkrijgt van de steeds vlotter wisselende caissière, tot ongeduld omdat het dan toch wel erg lang duurt allemaal.

Ik pin zoveel mogelijk, zodat ik niet teveel los geld krijg. Maar ook ik had de neiging om als het me te lastig wordt en de rij erg lang is, net als voorheen in het buitenland ( en ik met name in Frankrijk moeite had de kassajuffrouw bij te houden als ze ratelend het eindbedrag noemde), maar met papiergeld te betalen. Nou, dat hebben we gemerkt! Toen we de mandjes, de bakjes, de vaasjes en de doosjes hadden nagelopen bleek, dat Coins for Care wel een héél erg goeie aan ons had!

We wonen op een hoek, bij ons begint ook de postbode z’n ronde en vandaar dat ook de dame met het witte emmertje van Coins for Care bij ons huis begon. Ze was erg blij met de buitenlandse munten, die we in de loop van zeker 25 jaar hadden verzameld. Ik hoop van harte, dat alles nog geldig is! Door alleen al bij ons te beginnen was het emmertje halfvol en loeizwaar!

En dan zat het Engelse en Zwitserse geld er nog niet eens bij, want zulke knieperds zijn we dan wel. Die doen niet mee en daar komen we nog wel eens. Ja kóm, goedheid kent z’n grenzen tenslotte……..


Karnemelksegortepap

Er zijn een paar dingen, die mijn kinderen nooit geproefd hebben in de tijd dat ze wegens internering in het ouderlijk huis veroordeeld waren tot mijn kookkunsten. Dat was alles, dat ik zelf niet lustte en daarom ook niet klaarmaakte. Zoveel macht heeft een moeder. Ze hebben dus nooit de geneugten gesmaakt van karnemelksegortepap ( het opschrijven alleen bezorgt me al rillingen!), koolraap, postelein en gekookte zuurkool. Die weerzin tegen karnemelksegortepap werd later nog eens twintigvoudig versterkt als ze in de zuivelfabriek, waar ik aan de receptie zat, eens per week tijdens het productieproces die zurige lucht verspreidden. Je moest over een loopbrug door de fabriek als je tijdens de pauzes naar de kantine wou. Nou, ik ging met liefde buitenom, een heel eind lopen.

Mijn moeder was niet zo’n toetjes-type.

toetje

Dit was het enige Mona-toetje dat ze kende. Die flessenpap was makkelijk, dus we kregen het vaak. Voor mij dus iets té vaak. Het assortiment dessertjes, dat er tegenwoordig is is natuurlijk ook niet te vergelijken met wat m’n moeder tot haar beschikking had. Ze had ook niet zoveel fantasie op dat gebied.

Koolraap, ook zoiets. Ik vond het afschuwelijk smaken, de lucht tijdens het koken (zonder afzuigkap!) voorspelde al weinig goeds. Bleef trouwens, net als de spruitjeslucht, de hele avond hangen. Op avonden, dat er visite werd verwacht, werd dergelijk voer dus ook niet gekookt.Ook postelein hebben mijn kinderen nooit te eten gekregen, omdat ik me dat herinner als glibberige zooi, waarvan men wél beweerde dat het barstensvol vitaminen en ijzer zat. Dus goed was, maar niet lekker, volgens mij dan. Zuurkool lust ik niet vanwege de constructie. Rauw wel aardig, maar gekóókt! Brrr. Misschien werd er te weinig werk van gemaakt, ik weet het niet.

Wat dat betreft hebben we het tegenwoordig ook een stuk makkelijker. Keuze uit vele buitenlandse keukens en er gaan weken voorbij, dat wij geen aardappel, het bij uitstek Hollandse product, op ons bord krijgen. Dat maakt koken ook veel leuker om te doen. Wij experimenteren wat af, terwijl het klaarmaken van eten voor mijn moeder gewoon een huishoudelijke bezigheid was, opdat man en kinderen niet het loodje legden. Mijn moeder was ook niet van de sausjes en zo. Rechttoe, rechtaan, gezónd, absoluut, maar eten wat de pot schaft!

Als ik nu zie, wat mijn kleine kleinzonen in hun potjes Olvarit hebben zitten! Het meest exotische voedsel vanaf je zesde levensmaand! Háp! En daar gaat de spaghetti bolognese,njammie, njammie! Maar dat is goed voor de multiculturele samenleving waarin ze groot zullen groeien!


Het Mheenpark blijft!

gewoon vanaf een bruggetje in het park....foto gemaakt door Niels Pasveer

Een poosje geleden (zie archief 15 oktober 2001) schreef ik over het mooie park, dat vlak bij ons huis een grote recreatieve functie heeft en dat de gemeente wilde bebouwen met woningen. En waarschijnlijk van een soort, die niet bedoeld is voor mensen, die uit een, ook gepland, af te breken flatgebouw komen. Je hoort het niet zo vaak, dat protesten echt gevolgen hebben. Vooral oudere mensen hoor je nogal eens zeggen, gewend als ze zijn, dat er voor en over hen beslist werd in het verleden: “Nee, ik ben het er niet mee eens, maar ja, wat doe je er aan? Het zal al wel beslist zijn door “de hoge heren”!” En jongeren zijn moeilijk warm te krijgen voor een protest als er geen verfbommetjes of eieren aan te pas mogen komen. En dit ging “maar” over ’n park.

Het is maar goed, dat er mensen zijn die er anders over denken, zoals de Actiegroep Behoud Mheenpark. Die de buurt mobiliseerde en de gemeente hónderden protesten liet toekomen. De actievoerders benaderden wethouders en gemeenteraadleden, nodigden hen uit om daadwerkelijk te komen kijken in het park en zelf bezochten ze de raadsvergaderingen waar uiteindelijk de beslissingen moesten worden genomen. En hun alom aanwezig zijn heeft zin gehad! Er zijn geen optochten met spandoeken aan te pas hoeven komen, want de gemeente heeft haar plannen ten aanzien van het park teruggedraaid. Mede doordat de groep wel accoord is gegaan met het bebouwen van een terrein aan de rand van het park, dat nu nog dienst doet als inzamelplaats van gesorteerd afval en dat moest verdwijnen. Dat zal dus een verbetering zijn, die zinvol is.

Hoewel ik mijn activiteiten slechts heb beperkt tot een adhesiebetuiging op mijn weblog, een protestposter op de voordeur ( en die was wel knálgeel!) en een gedownloade protestbrief aan de gemeente (ik ben geen protesttype in de ware zin des woords!) ben ik de actiegroep zeer dankbaar, dat ze zich mede namens mij en mijn familie, heeft sterk gemaakt om dit prachtige stukje natuur voor onze buurt te behouden. Wát er eventueel verandert zal verbétering zijn. Protesteren heeft dus toch zin! Klasse!