Met kleine oogjes in de klas…….

Onze oudste kleinzoon van acht is normaal al voetbalgek, maar dezer dagen is het natuurlijk helemaal het enige waarover ie praat! Hij mag van z’n moeder, die tot zijn geluk zelf ook redelijk besmet is met het virus (anders ben je geen leider van een jeugdelftal en volgend jaar waarschijnlijk zelfs trainer) natuurlijk de late wedstrijden, die pas om kwart voor negen beginnen, niet zien, maar de wedstrijden van zes uur wel. Eigenlijk vindt hij dat maar niks, want volgens hem zijn de “late” wedstrijden veel interessanter. Maar de juffen op school klagen toch al, dat er nogal wat kleine oogjes zijn in de klas.

Gisteravond paste ik op hem en z’n kleine broer, omdat hun moeder naar een ouderraadvergadering moest. Toen ik kwam was de eerste wedstrijd nog aan de gang en, nadat ik z’n broer naar bed had gebracht, keken we die samen uit. En toen begon ie te slijmen. “Ach, oma, toe, mag ik de andere wedstrijd ook zien? Please, please, please!!”. Ja, hij kan er wat van. Maar natuurlijk hield ik voet bij stuk, wat dacht je! Ik ben een ouderwetse moeder, die sowieso vindt dat kinderen vandaag de dag te laat naar bed gaan. Maar ja, tijden veranderen dus bedtijden misschien ook wel, weet je veel.

Mijn kleinzoon had een aardigheidje bedacht. Hij had een oranje ballon, die deel uitmaakte van de oranjeversiering, want voetbalfamilies maken d’r werk van, hoor, en die ging hij “hooghouden”. Vijf minuten lang. Als ie binnen die tijd de grond zou raken, dan ging ie meteen naar boven. Echt waar beloofd, maar anders….Dáár hadden we ’t trouwens nog helemaal niet over gehad, over dat “anders”, maar ja. “Ik kan het heel goed, hoor!”, waarschuwde hij nog. Inderdaad hield hij het een paar minuten vol, maar hij verstapte zich en het ding kwam op de grond. Hij slaakte een oerkreet, maar heel sportief: hij ging meteen naar boven.

Daar hebben we uiteraard nog even heel ernstig over het voetbal gepraat, de kansen doorgenomen van het Nederlands Elftal, de opstelling enzovoort en dat alles gedurende het wassen, plassen en tandenpoetsen. Dat noem ik multifunctioneel, daar kan ie nog veel plezier van hebben binnen zijn elftal. Daarna was hij snel onder zeil.

Vanavond komt hij hier Nederland-Frankrijk kijken. Ja, dat wordt een late wedstrijd, maar het is vrijdag en op zaterdag zijn kleine voetbaloogjes niet zo erg………


Match of the Day…..

Op de BBC kijken we vaak naar het sportprogramma “Match of the Day”. Gary Lineker, zelf gerenommeerd voetballer geweest, presenteert dat meestal en doet dat met veel humor. Net als hier zitten er dan als gasten trainers bij of voetballers. Ik heb vaak moeite om die lui te volgen, omdat ze een soort Engels spreken dat je hier niet leert op school. Het is maar goed dat het maar over één onderwerp gaat: voetbal. Dat scheelt dan weer in het kunnen volgen van het verhaal.

Gisteravond keken we uitsluitend en alleen om ons Nederlands Elftal te horen bejubelen natuurlijk. Nou en dat deden ze met boter en suiker, hoor! Met nog een flinke dot slagroom er op ook. Ze prezen het elftal regelrecht de voetbalhemel in. Ze waren fantástic! Koit, Ven Nistelroi, Vendersar, en dan Ven Pursie d’r nog even in, Ven Besten was a wonderful coach. En de Italians waren een shadow van wat ze waren. We hebben genoten. Van de wedstrijd, maar ook van zulk commentaar van over de grens. Van Gelder en consorten hadden we op ’n gegeven moment wel weer even gehad en zo hoor je het ook nog eens van een ander.

Dat de Engelsen zelf niet in het toernooi zitten vind ik nog steeds jammer, hoewel het wel hooligans scheelt, denk ik…….


Stiekeme oranjegekte……

We liepen langs twee pratende vrouwen die met fietsen aan de hand het pad stonden te versperren. Ze gingen ’n beetje aan de kant, terwijl de ene tegen de ander zei: “Ja maar, ik heb ’n vork met ’n kriebeltje! Die moet dan van jou zijn…”. Gebarbecued, dan krijg je dat. Hebben wij gisteren trouwens ook gedaan. Gezellig.

Het voetbal vond ik niet zoveel aan eigenlijk, maar voor vanavond ben ik er helemaal klaar voor. Na vanavond er misschien helemaal klaar méé, maar kom, we houden de moed er maar in. Bij de C1000 kregen we gratis een lijn oranje vlaggetjes mee en die heb ik ( in de achtertuin, het moet niet te opvallend!) langs de heg gehangen. Het bandje zit met één knoopje vast aan weerszijden en is er zó weer af bij tegenvallende resultaten en dat is bij mij al gauw, hoor. Niks gelijk spel, gewónnen moet er worden.

We zijn thans ook in het bezit van de volledige verzameling kaartjes Hollands Helden. Seedorf zat daar, heel zielig, ook nog bij, dus gelukkig hebben we de foto nog. Ook al gratis, die kaarten, bij de staatsloten, waarvan morgen de trekking is. Daar zouden we die vlaggetjes ook nog even voor kunnen laten hangen als er iets te vieren is tenminste. Het moet wel de moeite waard zijn. Voorlopig maar ter aanmoediging. We wachten zowel het een als het ander maar es af. Spannend, hoor……….


Blindvliegen…..

In de krant stond ’n berichtje, dat er in Groningen iemand was gepromoveerd op het onderwerp “Slechtziende kinderen moeten meer sporten”. Deze dame beweerde, dat het deze kinderen minder zou doen afsteken bij hun ziende leeftijdsgenoten. Hun lichaamshouding en conditie zouden hierdoor verbeteren. Alsof er helemaal niets zou gebeuren op dit gebied en dat lijkt me niet het geval. Ook onder ziende kinderen lopen stijve harken rond. Een feit is wel, dat slechtziende en blinde kinderen geen voorbeeld hebben en dat er sowieso op scholen wordt bezuinigd op sportactiviteiten. Maar kommer en kwel is te veel drama.

Dat er wel het een en ander kan mankeren aan het bewegingspatroon van mensen, die niet of slecht zien, is een feit waar je niet omheen kunt. “Hij is een hampel” is de flatteuze uitdrukking, die hier in huis de ronde doet voor iemand, die zich wat onhandig beweegt. Dat is een echte “instituutskreet”. Iedereen weet wat en wie ermee wordt bedoeld en ook dat ’t natuurlijk lang niet voor iedereen geldt. Zoals het ook niet waar is, dat blinden en slechtzienden weinig aan sport zouden doen. Veel zelfs. Lopen, al dan niet hard, fietsen, zwemmen, skiën, goalbal en nog veel meer sporten waar ik nou even zo gauw niet op kom.

Mijn echtgenoot heeft zijn jeugdjaren doorgebracht op ’t blindeninstituut in Huizen. De sportactiviteiten daar werden verzorgd door een ex-militair. IJzeren discipline, maar dat schaadde zijn populariteit niet. Hij liet zijn leerlingen dingen doen, die op ’t randje waren van wat kon. Liet ze hardlopen op een sintelbaan, terwijl hij alleen maar zei: “Kom maar op mijn stem af!”. Dan ging ie aan het eind van de baan staan en riep: “Hier, hier, hier….!!” en oké, er belandde er wel eens een in de struiken omdat die een afwijking naar rechts had en geen rechte lijn kon lopen, maar dat moest dan maar.

Mijn man heeft wel es verteld, dat onze koningin Juliana ’n keer het instituut bezocht in gezelschap van de Deense koningin. Daar hadden ze zelfs het Deense volkslied voor uit hun hoofd moeten leren. Hij kent ’t nóg en in licht aangeschoten toestand wil ie ’t nog wel eens ten gehore brengen : “Der er et yndigt land, der star med brede bøge…”.

De majesteiten kwamen ook een gymnastiekles bekijken. Moesten de jongens het wandrek in tot boven aan toe en er achterwaarts afspringen op een mat. Hadden ze nog nóóit gedaan! Maar ze lieten hun leraar natuurlijk niet afgaan en déden ‘t. Er zijn geen gewonden gevallen en de protesten na afloop werden afgedaan met een “Nou, én..?”.

De mensen van mijn mans “lichting” hebben, dat weten ze, ontzettend veel aan deze man te danken. Hij heeft zijn leerlingen leren dúrven, waardoor ze zich later veel vrijer hebben kunnen bewegen en hun houding beter was. Helaas leeft hij niet meer. Gepromoveerd, ja………


Schapen gaan uit eten……

We zijn in Devon op vakantie geweest en dan heb je wel iets met schapen. Ik vond ze m’n hele leven al leuk, maar nu gaan ze in Apeldoorn ook nog eens zorgen voor het grasonderhoud in een paar stadsparken, las ik. In de wijken De Maten en Woudhuis.

Het is een kudde van maar liefst 250 dieren en het schijnt dat het gebruik van die schapen goed is voor de natuur daar. Want ze verbeteren de bodemstructuur met hun hoeven, ze dragen zaden mee in hun vacht en zorgen er zo voor dat allerlei nieuwe plantensoorten worden verspreid. En ze houden het gras kort natuurlijk en dat is goed voor de gemeentelijke portemonnee, want dat scheelt weer maaibeurten. En vergeet de mest niet.

Bovendien gaan de schapen in augustus ook nog cultureel aan de gang, want dan gaan ze een kunstwerk “uiteten”. Dat zal bestaan uit hoog en laag gras in een patroon dat vanaf boven gezien heel bijzonder zal zijn. Ik hoop dat ’t lukt, want ze zijn verhipte eigenwijs, die schapen en ze zullen toch wel een beetje moeten meewerken aan de kunst en geen verkeerde sprieten consumeren. Maar daar zal wel over nagedacht zijn.

Vertel mij niks over schapen want we woonden vroeger in Bussum in het huis van mijn ouders tegenover een katholieke kerk. Een kerk zonder toren. In plaats daarvan stond in de tuin van de pastorie een houten klokkenstoel met een klok erin, die we menigmaal heidens hebben vervloekt. Wat maakte dat ding een kéét, zeg! Op de meest onmogelijke uren. Er zijn zelfs in huiselijke kring wel eens plannen gesmeed om in dat gestoelte te klimmen en de klepel in te pakken. Maar dat was allemaal gedurfde lolbroekenpraat, want voor zoiets moet je de juiste mensen hebben en wij waren veel te netjes.

De pastoor was een erg aardige man. Een echte herder ook, want rond die vreselijke klok liep een aantal schapen, ’n stuk of vier, vijf. Hij had ook een huishoudster, de pastoor, zo een met een groot wit schort voor en een rechtschapen (!) knotje als kapsel.

Hoewel we dus niet van zijn kerk waren, mochten we zijn schapen een keer lenen, omdat ons gras zo hoog was geworden, dat de maaimachine het niet meer pakte en, niet van agrarische afkomst zijnde, waren we niet zo handig met de zeis. De schapen dachten : “Buurmans gras is altijd groener” en wilden wel mee.

Ze liepen in de schemering al mekkerend met de huishoudster mee over de weg naar de overkant. Zij met haar witte wapperende schort. De schapen werden vastgezet in onze niet zo heel grote tuin met een pin in de grond. De volgende ochtend zagen we dat het had gewerkt als een speer. Het gras was binnen de korste keren kort en alle borders leeg. Het had ze allemaal heerlijk gesmaakt. Ze zagen er voldaan uit, de schaapjes. Dus leer mij ze kennen, zeg! Ik maak me door deze ervaring ernstig zorgen over dat kunstwerk……


Flitsend……

Het klonk gisteravond wel geestig, toen BNR Nieuwsradio tijdens zware onweersbuien de automobilisten verzocht ’t toch vooral te melden als ze ’n flitser zagen. De telefoon moet roodgloeiend hebben gestaan……