Humoristisch…..

Zoon en ik waren vanmorgen even in de stad. Ons doel was Specsavers. Hij wilde een zonnebril op sterkte en ik moest bij de audicien mijn gehoordingetjes even laten nakijken. We zetten de auto in de parkeergarage en liepen toen langs het (oude) gemeentehuis.

Daar worden nog mensen in de echt verbonden, want dat is leuker voor de foto’s dan het nieuwe stadhuis, dat ze trouwens aan het verbouwen zijn, dus je zult er sowieso als bruidspaar niet terecht kunnen, denk ik.

Op het grote marktplein mag je niet parkeren, maar bruiloftsvierders mogen hun auto wel neerzetten achter dat kleine gemeentehuis. Dan moet je als bruidsstoet inclusief bruid en bruidegom wel even langs de zijkant naar het trapje aan de voorkant lopen om het gebouw binnen te gaan.

Wij liepen dus achter dat groepje feestelijk geklede mensen, zwarte pakken, een prachtige jurk, die door de tantes omhoog werd gehouden vanwege de straatstenen. Ze hadden droog weer en dat was leuk.

Maar er is ook een terras aan de zijkant van het oude gemeentehuis. Daar zitten dan mensen koffie te drinken. Begint er ineens een man te roepen: “Nee, doe het niet! Doe het niet! Eén op de drie gaat ook weer scheiden!” Dat is lachen, vind je niet….! En dat op de grootste dag voor zo’n jong stel. We waren eigenlijk zeer verontwaardigd.

Goedkoop succes voor zo’n terraspotato…..


Vicieuze cirkel…..

Bij het kijken tussen wat vakantiefoto’s vond ik deze, die ik maakte bij een tuinbedrijf in Engeland waar we rondkeken. Ik vroeg me toen af of ze een soort Stonehenge wilden kweken. Waarschijnlijk een kwestie van veel water geven en een rotsvast geloof. Je weet het niet bij die Engelsen.

Dit jaar komen we wel weer in de buurt. Dus dan wil ik toch even kijken of ze al gegroeid zijn…..


Popster…..

Ach, waarom moeten getalenteerde mensen nou zo vroeg doodgaan? Die hebben toch nog van alles te doen en Martine Bijl, die bedoel ik, hield niet eens zo van geraniums. “Dat zijn van die planten, die niet dóód te krijgen zijn, al doe je nog zo je best!”, zei ze. (Dat vind ik nou juist het aardige van ze en je hoeft er natuurlijk niet per se achter te gaan zitten als je niet wilt.)

Maar gisteren hoorde ik, dat ze op Hemelvaartsdag was gestorven. Aan de hersenbloeding die ze vier jaar geleden had. En ze leek zo aardig te herstellen, want ze reed in 2017 alweer auto. En dan nu toch overleden.

Wat ik aan haar waardeerde was natuurlijk haar tekstvaardigheid, haar liefde voor taal en haar vermogen om de programma’s waar ze aan meedeed iets meer ‘chic-heid’ te geven. Als dat een woord is. Ik zag gisteren het programma over haar, dat heel veel mensen zullen hebben bekeken, want het was schrikken, te horen dat ze dood was.

Bovendien had ze, denk ik, herkenbare karaktereigenschappen die haar dicht bij de mensen brachten. Onzekerheid, ‘kan ik dat wel?’, terwijl ze zóveel kon en gelukkig toch ook gedaan heeft. Gewoon zijn, ondanks dat zogeheten goede milieu waar ze uit kwam. Zich onprettig voelen als ze ‘in de schijnwerpers’ moest. Hield ze niet van.

Ik heb een boek, waar ze als poppenmaakster in staat. Dat is zo mooi. Prachtige foto’s ook van Benno Premsela. De poppen die er in staan zijn echte karakters, geen ‘speelpoppen’. Dat zegt ze zelf ook in dat boek. Ik vind ze kunst. En typisch Martine: ze vertelt dan ook even hoe ze ze gemaakt heeft en met wat voor materiaal. Voor de mede-poppenmakers. ” Geen leerboek,” zegt ze, “want hoe ik het doe klopt soms helemaal niet. Dan moet je een ander boek hebben.” Uniek toch? Dat was ze, en 71, wat is dat nou voor ’n leeftijd…..Jammer, jammer, jammer……


Eindelijk…..!

Vanmorgen viel mijn kloris met de deur in huis. Letterlijk. Hij dacht al binnen te zijn, toen ie van buiten kwam, maar de drempel zat er nog tussen. Hij viel op z’n knieën op de deurmat. “Ach,” zei hij “ik heb je altijd al eens ’n keer ten huwelijk willen vragen!”

Hij had zich niet bezeerd en had de deurpost om zich weer overeind te hijsen. Romantisch, hè…..?


Hemelvaartsdag…..

Als je dat woord opschrijft en terugleest is het eigenlijk een begrip, dat je normale verstand te boven gaat. Ook je intelligentie, als je denkt die te bezitten, kan er weinig mee. Die dag vrij, 40 dagen na Pasen en 10 dagen voor Pinksteren, is welkom natuurlijk. Maar voor het ‘waarom’ heb je geloof nodig. En dat is nou net waar het mij aan ontbreekt.

Er is genoeg christelijk over geschreven en gepraat, maar mij helpt dat niet. Sinds ik jaren geleden een revalidatiecliënt op mijn werk een “fijne hemelvaartsdag” heb gewenst en de man op die dag inderdaad ging hemelen, weet ik het al helemaal niet meer. Het zal wel toeval zijn geweest, maar toch.

Dan vind ik, wat ik las over ‘dauwtrappen’ veel leuker en begrijpelijker. Op hemelvaartsdag stonden de mensen bij het vroege ochtendgloren op en dansten blootsvoets op het bedauwde gras. Om het voorjaar en de zomer te vieren, neem ik aan. In gedachten zie ik ze dat doen. Daar schijnt dat woord dauwtrappen vandaan te komen. Dan vaart er niemand ten hemel.

Nou ja, morgen is het vrijdag. Boodschappendag…..


Muziek…..

Het Eurovisie Songfestival heeft niet mijn voorkeur als ik een televisieprogramma wil volgen, maar je kunt er natuurlijk niet omheen als een Nederlander kans heeft om het te winnen. Ik heb er dus flardjes van gezien en de puntentelling. Het is net als met een voetbalwedstrijd: al heb je niks met voetbal dan wil je toch wel weten hoe het loopt met je nationale elftal. Ik heb meer met voetbal dan met een songfestival, maar dat is toeval.

Weet je, ik vind er tegenwoordig zo weinig ‘song’ in zitten. Lawaai, vreemde effecten, gekke uitdossingen en grimassen des te meer. Dat heeft in mijn beleving weinig met muziek te maken. Daarom vind ik het niet vreemd, dat zo’n jongen als Duncan dan wint. Hoewel ik het liedje niet meer kan nazingen. Ik sla het niet op, de muziek van nu. Maar dat heb ik met zogenaamde moderne klassieke muziek ook, hoor. Dus dat ligt aan mij. Vanaf een bepaalde periode wordt het me te moeilijk om te volgen.

Maar leuk is het natuurlijk wel, dat ie gewonnen heeft, Duncan. Het lijkt me een aardige knul. Ziet er goed uit en hij heeft zijn song zelf gemaakt, dat is ook noemenswaardig. De ‘vakjury’ zette hem op de zesde plaats, geloof ik, maar ‘het publiek’ stemde hem naar de eerste plek.

Nou, dat wordt dus volgend jaar een Nederlands feestje. Halsema wil het wel in Amsterdam hebben, maar onder het mom dat niet álles in de Randstad hoeft, hebben o.a. Maastricht en Leeuwarden gezegd, dat het bij hun ook best kan. Leeuwarden voert als lokkertje aan dat ze nèt een leuke, nieuwe burgemeester hebben! Dat je het maar weet. We zien het wel. Het gaat in ieder geval véél geld kosten. Rutte zegt: geen belastinggeld. Dat moet nog blijken natuurlijk.

Wat Duncan zei, toen ie gewonnen had, dat de muziek op de eerste plaats komt, vond ik wel mooi. Of dat bij de organisatie van een “Song”-festival zo is, vraag ik me af, maar dat is mijn wantrouwende inborst…..


Prunus domestica mirabella…..

‘k Heb een pruimenboom gekocht. Zoon Niels heeft ‘m voor me ingegraven. Het leek ons wel leuk om een fruitboompje in de tuin te hebben. Hij wordt niet zo groot dus een ladder zullen we niet nodig hebben voor de pluk. Als ie tenminste zo vriendelijk is om, in september of zo, ook pruimpjes te leveren natuurlijk. We wachten af.

En ik heb met moederdag, behalve allerlei mooi bloemerigs in natura, ook nog een leuke Intratuincadeaupas gekregen dus wie weet komt er nóg wel iets vruchtdragends in ons tuintje. Het hoeft hier geen boomgaard te worden, maar vruchtgebruik lijkt me toch aardig.

We hebben zondag weer iedereen van ons nageslacht gezien en dat was gezellig. Als er afscheid genomen wordt zeggen we vaak : “Nou, tot in de pruimentijd!” Met name als we niet precies weten wanneer we elkaar weer zullen zien. Met oma’s pruimenboom in de tuin heeft dat nu wel een extra dimensie. Als ze maar niet wachten tot september, want dat vinden opa en oma nou ook weer niet nodig…..


Krans…..

We keken naar de dodenherdenking gisteravond op de Dam, waren op tijd stil natuurlijk en er kwam dit jaar nu eens niemand door de straat. Eerbiedige stilte. Je kunt uiteraard zeggen dat het nogal koud was, maar dat is flauw en hopelijk niet de reden. Al die mensen op de Dam waren er tenslotte ook naar toe gekomen. Ik zag wel dat de muzikanten van die toploze handschoenen aanhadden tegen de kou. Ze hadden ook heel wat te blazen. Ik hou erg van hun sonore geluid. Het was sfeervol, vond ik. Al die heel oude mensen die er waren, vergezeld van jonge familie, aan wie ze verteld hebben over hun oorlogservaringen. Die herdenking is zinvol op die manier.

We zagen daarna het programma over Loenen, gemeente Apeldoorn, waar een speciale groep mensen bezig is om de maar liefst 103 ‘onbekende doden’ die op het Ereveld Loenen begraven liggen, via dna-onderzoeken van nabestaanden, die niet weten waar hun geliefde familielid gebleven is wellicht bekend te maken, weer hun naam terug te geven. Dat bleek alleen al in het programma van gisteren vijf keer gelukt te zijn! Het is lang geleden allemaal, maar voor een familie heel belangrijk om iets te weten over hun overgrootvader of oudoom. Geen gat meer in de stamboom. Wel eng gedoe met botten en schedels vanwege dat dna.

Ik heb zelf als Amsterdammer ook veel herinneringen aan de oorlog. Mijn rare schooltijd, onze school was ingenomen door de Duitsers, dus dan hier en dan daar of helemaal geen les. Marcherende Hitlerjugend over ons plein, mijn vader die in een tram zat, die leeggehaald werd en de mannelijke inhoud naar de Euterpestraat vervoerd. ( Nota bene ook weer naar een school, waar ik na de oorlog als middelbare scholier naar toe ging. Toen de straat omgedoopt was tot Gerrit van der Veenstraat, naar de verzetsheld. Veranderd vanwege de dramatische herinneringen die de straatnaam had voor heel veel mensen.) Mijn vader was trouwens ’s avonds weer thuis. Hij was niet bruikbaar voor de Arbeitseinsatz omdat hij vanwege doorgemaakte kinderverlamming slecht liep. Zijn brein hadden ze niet nodig, daar hadden ze er zelf genoeg van. Dat het al met al vijf jaar heeft geduurd voordat de bevrijding kwam, die ik me trouwens ook nog heel goed kan herinneren.

Zoals gezegd, ik vond de herdenking sfeervol. ( Helaas mooier dan in Vught. Waarom dat nou weer moest, dat respectloze geschreeuw?) Maar een kranshanging heet dus een kranslegging. Ik geef toe, het is geen woord ‘kranshanging’, maar er klopt natuurlijk geen hout van wat betreft ‘ legging’. Ik vind trouwens leggings ook niks…..

Fijne bevrijdingsdag…..!


Kinderwagen…..

Weer eens een maf verhaal in de krant. Over een kinderwagen. Als ik denk aan een kinderwagen dan vind ik dat een gesloten babyvervoermiddel met een kap, waar je je kind in legt, zodat het kan slapen tijdens de rit of, zodra het al een beetje kan rondkijken, met een kussentje in de rug beschermd kan zien wat er in de wereld te koop is. Daarna spreek je niet meer over een kinderwagen. Heb je het ouderwets over de wandelwagen (in mijn tijd dan, hè) of nu de buggy. Die zijn er in dure en supersonische uitvoeringen.Maar goed, in het artikel was het dus een kinderwagen volgens de verslaggeefster.

Wat was het geval? Een moeder met een dochter van twee-en-half jaar, beiden goed ter been, gingen naar de Kringloopwinkel. KInderwagen mee, want het loopvermogen van het kind en gemak voor moeder waren van belang uiteraard. Er moest ook even op de bovenverdieping van de winkel gekeken worden en moeder liet de kinderwagen dus onder aan de trap staan. En vergat hem vervolgens mee te nemen.

Nadat de medewerkers drie dagen hadden bekeken of iemand het ding kwam halen, werd vervolgens onderzocht hoe de staat van het vervoermiddel was en vastgesteld dat die zodanig was, dat het voor de winkel onverkoopbaar was. Het ging dus naar de stort. De bedrijfsleider vertelde, dat er wel eens meer spullen werden achtergelaten, die niet op de gebruikelijke manier werden aangeboden. Niks bijzonders dus.

Dat moeder en kind in de winkel waren was op zaterdagmiddag. De vrijdag daarop, dus bijna een week later, wilde ze een wandeling maken met haar dochter en kwam tot de ontdekking dat de opvouwbare wagen ( verrek, dus tóch een wandelwagen/ buggy!) niet in de achterbak van haar auto lag.

Ze ging nadenken en dacht toen: “Oh, vergeten bij de Kringloop! Even ophalen.” Was ie wég! Bóós was ze. “Ze moeten met hun handen van mijn spullen afblijven! Er lag ook nog een dekentje in, waar mijn dochter vanaf haar geboorte op heeft gelegen. Heb ik van mijn oma gekregen en heeft emotionele waarde voor mij. Ook weg!” Tja, de Kringloop, daar houden ze van opruimen.

Bij de Kringloop vinden ze het heel vervelend voor mevrouw, maar ze had beter op haar spullen moeten letten, zeggen ze daar. Logisch toch? Maar ze wil genoegdoening, haalde zelfs haar vriend erbij en maakte veel stampij. Foto in de krant van een boze moeder, die haar kind opdracht had gegeven ook heel boos te kijken. Goed gelukt. En sorry, hoor, ik vind het een prachtverhaal. De Kringloop wil het gebeurde zelfs nog wel eens bepraten, maar alleen als dat rustig kan. Zoiets haalt dan het Apeldoornse katern van De Stentor. Geinig, hè? Er valt hier altijd wat te lachen…..


Paleisrevolutie…..

‘k Las in de krant, dat ze niet weten wat ze met Paleis Soestdijk aanmoeten. De gemeente Baarn, die uiteindelijk het laatste woord heeft in de bestemming van een en ander, heeft o.a. de plannen van de eigenaar, die prijzige huizen wilde gaan bouwen in de tuin, weggestemd.

Baarn heeft natuurlijk leuke herinneringen aan prinsesjes op de fiets naar school en het défilé langs het bordes natuurlijk toen de familie nog compleet was zonder scheidingen en met kinderen, schildwachten bij de oprijlaan, die een militaire groet brachten als de heer des paleizes langsscheurde in een open sportwagen. Tja, de goeie ouwe tijd.

Het is nu toch ook een hotel ? En wij hadden als historische toevoeging dan bedacht, dat je kunt logeren in de Lockheat-kamer of een kamer kunt krijgen in de Greet Hofmansvleugel of zo? De prijzen natuurlijk wel aanpassen, want zo’n naam hoort bij de geschiedenis van de vorige bewoners. Er is vast nog wel meer te bedenken aan historie. Daar zou iemand zich wel eens over kunnen buigen, commercieel gezien. Wordt de exploitatie vast interessanter van.

Overigens vind ik het knap zonde, zoals er gerommeld moet worden met Paleis Soestdijk. Als kinderen zijn we er met onze ouders vaak langs gereden en dan keek je toch je ogen uit. Zoals het daar lag, vanaf de weg goed zichtbaar voor iedereen, mooi wit. Wie daar woonde moést wel heel gelukkig zijn. Dat viel nogal tegen, heb ik begrepen…..