Ik heb eerbied voor úw grijze haren……

‘k Las erover en ik hoorde erover op de radio. Als je een bejaarde behandelt alsof ie ’n kleuter is en er ook op die manier tegen praat, dan kost hem dat zeven jaar van zijn leven. Gaat hij van ellende, intimidatie en frustratie eerder dood. Dat klinkt erg heftig, zeg! Dat mensen, die al dan niet plotseling in een afhankelijke positie verkeren, niet allemaal even mondig zijn, dat lijkt me bekend. Je moet maar net familie hebben die ’n beetje voor je opkomt. Het afhankelijk zijn op zich is voor velen al zo frustrerend dat er niet veel van hen overblijft. Maar daar hoef je niet per se bejaard voor te zijn.

Ik heb lange tijd in ’n revalidatiecentrum gewerkt met en voor mensen die visuele beperkingen hadden (gekregen) . Over hen werden zogeheten cliëntenbesprekingen gehouden. Daar waren ze niet bij. Maar de manier waarop soms (en niet door iedereen, hoor) over hen werd gesproken was wel eens zó denigrerend en respectloos, dat ik me er mateloos aan kon ergeren. Iemand was een “minkukel” als er weinig met hem te beginnen was, of een vrouwtje was “niet erg nozel”(ha,ha, wat was dát leuk gezegd!) of een “scheetje”, wat ik minstens zo gruwelijk vind om over ’n volwassen iemand te zeggen. Dat laatste zei een medewerkster over een oudere man, hoogleraar aan een universiteit geweest, maar helaas zijn gezichtsvermogen verloren.

Luister, voordat daar misverstand over ontstaat: iedereen deed zijn stinkende best om de mensen te helpen hun leven weer op de rails te krijgen met veel deskundigheid, maar dat speciale trekje van hulpverleners heeft me altijd tegengestaan. Natuurlijk kom je in het werken mensen tegen van allerlei rangen en standen, maar hoe je iemand benadert, daar mag geen onderscheid in zijn. Het enige verschil is, dat hij even jouw hulp nodig heeft.

Het was bij onze instelling de gewoonte iedereen bij de voornaam te noemen. Ik had er dan ook geen enkel bezwaar tegen als een joch van 18 mij Els noemde. Het werkte wel ontspannen al had ik, ook toen al, z’n grootmoeder kunnen zijn. Een jonge oma, maar toch. Maar als ik een ouder iemand trof, wachtte ik wel tot diegene tegen me zei: “Noem me Annie asjeblieft en geen mevrouw!”. Dan was het van de hulpvrager uitgegaan en niet andersom. Ik vond dat het zo hoorde en vond het ook prettiger.

Ik heb wel eens ’n stagiaire onder m’n hoede gehad, die standaard zei: “En….hoe gaat het met Willem( of wie ze voor zich had dan) vandaag? Hebben we een beetje goed geslapen?”. Had ze op school geleerd: belangstelling tonen voor het lichamelijk welzijn van de cliënt. Ik had ’t er snel uit, gelukkig. Zeker met hulp van Willem die zei: “Hoezo? Hebben wij het bed gedeeld vannacht……?

4 reacties op “Ik heb eerbied voor úw grijze haren……

  1. Hansje

    oktober 17, 2008 at 10:54pm

    Nu snap ik waarom de kleine grijze op haar 93e zo gezond is. Geen mens heeft het ooit in het hoofd gehaald om haar als een kind te behandelen of toe te spreken. Daar zorgde ze wel voor – en nu blijkt haar gelijk!

    • http://www./

      februari 28, 2017 at 9:17pm

      "Whiskey is not going to respect you guy's whimpy movie choices."Truth demonstrates his high intelligence by making two spelling and punctuation mistakes in one small sentence – and his passive-aggressive "let's you and him fight" attitude.

Laat een reactie achter op Hansje Reactie annuleren

Naam en email velden zijn verplicht. (emailadres wordt niet gepubliceerd)