Onze tuinman heeft vanmiddag onze tuin winterklaar gemaakt. De heg is geschoren en kan de hele winter weer onderdak bieden aan kouwelijke vogeltjes, die zich even willen verbergen. De tuin is redelijk kaal, want er is veel uitgesloopt. Dat hadden we ook zo afgesproken, want het was na deze regenachtige zomer op z’n Hollands gezegd een zooitje.
Er zijn planten verzet, die ik op een verkeerde plaats had gepoot en het komt als alles goed gaat helemaal goed van ’t voorjaar. Onze wel érg enthousiaste bruidssluier, die je zo ongeveer kon hóren groeien, is weg en er komt een clematis voor in de plaats. Lijkt me leuk.
Omdat de tuinman wel ’n pauze kon gebruiken na al z’n getrek, dronken we heerlijk in de zon even koffie buiten. Dat was leuk, want het is een gezellige prater. Over z’n werk, wat hij vroeger deed, dat hij nu bezig is om, met het oog op de herfst en kerst ook, wat creatieve dingetjes te maken met hout en zo. En dat hij van plan is het grotere ruige bestratingswerk meer uit te besteden, omdat z’n knieën daar niet zo best meer tegen kunnen.
Vroeger, vertelde hij, had hij achter zijn huis in de binnenstad een hele grote tuin, waar hij allerlei dieren had. Het is daar nu helemaal volgebouwd met nieuwbouwhuizen. Hij had in die tuin ook tientallen konijnen. Leuke beesten, zei hij, maar tegen de kerst ook erg lekker. Zo had hij, voor eigen gebruik, ’s avonds toen zijn nog kleine kinderen in bed lagen en hij ze geen enge dromen over hun bloeddorstige vader wou bezorgen, een konijn geslacht. Dat had hij opgehangen in de schuur. “Slachten, laten besterven en de dag daarna eten”, vertelde hij “zo hoort het.” Dat zal wel, ik heb daar tot mijn geruststelling geen verstand van.
Maar zijn dochtertje zag de volgende dag tot z’n schrik toch in de schuur wat het beest was overkomen. Toen zei hij tegen haar: “Dat was een héél stout konijn, hoor! Hij wou mij bijten!” Ze slikte dat verhaal probleemloos: “Ik ben héél boos op jou, konijn!” Geen punt, het was z’n verdiende loon. ’t Was gewoon ’n Kadaffi-konijn……..