Verbeeld ik me dat nou of gaat het tegenwoordig overal steeds maar over eten? Dat het gezond moet en dat iedereen daar zijn mening over heeft en er ook best wel verstand van heeft als men iets beweert, neem ik direct aan. Het gaat tenslotte over de volksgezondheid als uitgangspunt. Maar als je soms die kook- en bakprogramma’s op de televisie volgt, nou, dan wordt er erg makkelijk over alle calorieën heengestapt. De nadruk ligt op ‘het grote genieten’. Het woord voeding komt niet ter sprake.
Ik heb er niet veel verstand van, hoor, dat scheelt ook natuurlijk. Het was bij ons thuis vroeger “eten wat de pot schaft’. Dit weekend hebben we op uitnodiging van een vriend gegeten in een Balkanrestaurant. Dan moet ik me veel laten uitleggen, maar lekker was het wel, dat Zagreb-menu. We kregen als appetizer-drankje, waarvan ik natuurlijk de naam niet weet, een krentenwijntje, dat mij zeer blozende wangen bezorgde, al na twee kleine slokjes. Zoiets schuif ik dan door naar mijn kloris, die nergens van bloost. Zoals ik ook een deel van de enorme lap vlees, die ik voorgeschoteld kreeg, wel met ’n heerlijke saus en groenten, hoor, aan hem overdeed. Een restant terug naar de keuken vind ik zielig voor degene die al dat heerlijks heeft bereid en bovendien ben ik van voor de oorlog. Dan kijk je toch anders tegen voedsel aan. En kloris is een geweldig innemende persoonlijkheid.
Je hebt natuurlijk een heleboel fijnproevers vandaag de dag. Je kunt eten vanuit alle windstreken. Dat is leuk en interessant ook nog. Maar de vreemde benamingen van al die gerechten onthoud ik niet. Van kruiden weet ik alleen zo’n beetje wat mijn moeder ook al gebruikte. Ik ben dus gewoon een eenvoudige kok van niks. Maar wát ik maak vinden mijn huisgenoten doorgaans prima en dat stemt mij tevreden. Dan laat ik het extravagante wel over aan de kookliefhebbers en de professionals. En dat is genieten, hoor…..