’t Was gisteravond natuurlijk uitgelezen weer om in aangenaam gezelschap te barbecuen en dat hebben we dan ook gedaan bij onze dochter (die van het jubileum, weet je wel?) en haar toetsenman. Hun buren waren er ook. Ze hadden er veel werk van gemaakt en het was berengezellig. Wat later op de avond de terrashaard erbij aan. Daar hadden de buren geen last van, want die zaten bij ons. De pyromanen in het gezelschap leefden zich uit en het werd een vurige avond. En het werd laat.
Onze andere dochter, die haar kinderen in vriendschappelijk overleg deelt met hun papa, was er ook en zij had een mooi verhaal over haar jongste zoon. Die wordt acht dit jaar en je weet, dat is een leeftijd dat er al van alles is, dat je zelfstandig mag en andere dingen, die je beslist even aan je moeder moet melden. Naar een vriendje in de buurt, dan zég je even, dat je gaat. Spelen op het schoolplein (ze wonen in een dorp) mag best, maar je moet het even vertellen, zodat ze weet waar je zit.
Het was mooi weer, dus mama zat buiten. Haar andere zoon deed iets op z’n kamer of zo en Joost keek televisie. Dacht ze. Maar hij was weg. Niet te vinden en in ieder geval niet in huis. Broer ging zoeken, mama ging roepen ( en neem van mij aan, dat ze dat kán. Ze is leider van een voetbalteam!) maar wég was ie. Bellen naar vriendjes, je weet het tenslotte nooit met ’n kind. Maar na een poosje kwam hij rustig aanwandelen, likkend aan een ijsje.
“Waar wás je nou?”vroeg z’n moeder boos. “Even ’n ijsje halen. Ik heb ’n euro uit mijn eigen portemonnee gepakt. Mag toch?” “Jawel, maar dat je niks zégt, dáár ben ik boos om! Dan word ik toch ongerust! Stel, dat ik zomaar wegga en dat jij niet weet waar ik ben, dat kán toch niet?” “Och……” zei Joost. “Oké, dan ben ik nú weg en ik zeg niet waarheen!”, zei z’n moeder en beende de kamer uit.
Ze sloeg met een klap de voordeur dicht, ging niet naar buiten, maar sloop de trap op naar boven. De paniek die ze had verwacht bleef vervolgens uit. De televisie ging weer aan. Ze besloot een poosje boven te blijven om het effect van haar verdwijning af te wachten. Nou ja, om een lang verhaal kort te maken: het is, dat je op ’n gegeven moment honger krijgt, maar anders had ze er nu nóg gezeten.
Gôh, valt nog niet mee, hè, dat opvoeden…….