Grof geschut…..

.....modern vloeken.....

…..modern vloeken…..


“De Bond tegen het vloeken” bestaat 100 jaar. Tijd voor een feestje? Als de Bond geslaagd was in zijn streven zou een jeugdiger jubileum leuker zijn geweest en een vroegtijdige opheffing zelfs nog beter. Of men had zijn naam moeten veranderen in Bond tegen grof taalgebruik, want vloeken is eigenlijk alleen godslasterlijk. Nu zoveel mensen de band met het Hogere hebben losgelaten of er in ieder geval alleen op papier nog iets van te vinden is als RK of NH achter hun naam, vloeken onkerkelijken vrolijk mee natuurlijk.

Grof taalgebruik vind ik erg vervelend klinken. En het nare ervan is, dat er gewenning optreedt, je gaat het normaal vinden als horend bij deze tijd. Kijk, als ik eerlijk ben (en dat ben ik bijna altijd…..) dan ontsnapt mij ook wel eens wat, waarvan ik dan zelf denk: “Zo, moeders, gá je lekker?”. Als iets niet lukt of zo, meestal iets fysieks.

Als onze premier “Pleur op!” zegt, lig ik daar niet wakker van. Meer van het de reden waaróm ie ’t zegt. Hij is een netjes opgevoede Hagenaar, want was hij een Hagenees, dan had ie d’r nog een ‘t’ achter geplakt. Ik had Haagse familie, daarom weet ik zoiets. Maar er wordt in de hogere Haagse kringen sowieso wat ‘losser’ gesproken tegenwoordig, dat weet iedereen.

Als je trouwens wel eens van die ouwe reportages hoort, die ze de laatste tijd nogal eens van stal halen en de verslaggevers zo uiterst keurig hoort praten met onderdanig respect voor de ge-interviewde politicus, nou, dat waren Andere Tijden, hè? En Philip Bloemendal van het Polygoonjournaal in de bioscoop, nog niet eens zo heel lang geleden, kon er ook wat van. Gooide er nog wel eens een grapje doorheen, maar verder zuiver Nederlands, hoor.

De Bond tegen het vloeken ergert zich aan het hedendaagse grove taalgebruik, las ik. Ik erger me aan het gemak waarmee het gebeurt. Het wordt ook niet gecorrigeerd, want wie zou dat moeten doen? Ouders in de eerste plaats natuurlijk, scholen zouden er op kunnen letten. Maar als vader zich op z’n vingers slaat bij het klussen, zegt ie niet “potverdriedubbeltjes” en een docent met een klas vol pubers die zitten te klieren leest ook wel eens het woordenboek voor, neem ik aan. Dus “De Bond tegen het vloeken” heeft nog wel bestaansrecht. Schuttingtaal werd straattaal en daar moet je verstand van hebben. Er komt nog wel wat bij, bij die honderd jaar. Best lang, hè? Hónderd jaar, verdomd lang eigenlijk…..


Zeuren in de krant…..

.....home alone.....

…..home alone…..


Ligt dat nou aan mij? Dat ik vind dat er zoveel gezeur in de krant staat? En dan bedoel ik gezanik van mensen die iets overkomt, wat op zich héél vervelend is, maar waar je overheen zou kunnen stappen als er niet zoveel aandacht aan zou worden besteed. Vorige week bijvoorbeeld stond er een heel verhaal in de krant van een vrouw, die haar hondje tot ver in de nacht alleen had gelaten, omdat ze op bezoek was gegaan bij een vriendin.

Niks aan de hand zou je zeggen, maar dat hondje heeft vanaf negen uur ’s avonds tot half drie ’s nachts constant geblaft. De buren belden de politie, vanwege de overlast, maar ook omdat ze dachten dat er misschien iets was met de buurvrouw. De politie kwam, kreeg geen gehoor en verschafte zich toegang tot de woning door de deur te forceren. Niemand thuis, de agenten legden een briefje neer voor de bazin van het hondje, waarin ze uitlegden wat ze hadden gedaan, namen het beestje mee en brachten dat naar het asiel.

Toen de vrouw om half vier ’s nachts thuiskwam, miste ze haar hondje natuurlijk en was zeer verontwaardigd, dat de politie “zomaar” haar huis was binnengegaan. Zo’n verhaal komt dan in de krant. Ze was bovendien ook boos, dat ze een tientje moest betalen voor het logeren van de hond in het asiel. Sinds oud en nieuw was het hondje al wat zenuwachtig, zei de vrouw, dus dan blaft ie wat vaker. Ja, van negen uur ’s avonds tot half drie ’s nachts. In ieder geval diende mevrouw een klacht in bij de politie, omdat die zo vrij was geweest een situatie op te lossen, die ze zelf had kunnen voorkomen door haar zenuwenhond mee te nemen op visite of voor gezelschap te zorgen voor het beestje. Ik hoop, dat ze dat tientje niet terugkrijgt.

Een zielig verhaal vandaag. Een jongen met een hartafwijking, en geloof me, dat vind ik vreselijk voor hem, gaat naar school op een elektrische fiets, die hem is verstrekt vanwege zijn beperking. Daar was iets mee, met die fiets. Ze dachten, dat het de accu was, maar dat bleek het niet te zijn. De fiets moest nader onderzocht worden en zijn moeder vond dat te lang duren. Het verhaal kwam in de krant. Een foto van de jongen, mistroostig turend door een fietswiel op de voorkant van het Apeldoornse deel van De Stentor. Ook dat nog. (Die hondjesmevrouw stond trouwens ook, met haar hondje liefdevol in haar armen geklemd, op de foto vorige week!)

Er was de jongen wel een vervangende fiets aangeboden, maar dat was een driewiel-fiets en die had moeder geweigerd. Dan is hij het mikpunt van spot op school, zei ze. Daar kan ik me nog wel iets bij voorstellen, het is een puberklas waar ie in zit. Maar toen las ik: “Hij kan nu niet zelf naar school fietsen, ik moet hem elke dag met de auto brengen!” De reparateurs hebben beloofd, dat de elektrische fiets de eerste week van februari in orde zal zijn. Dat is over een goeie week! En moeder heeft dus een auto! Wat is dan het probleem? Prima toch, met die kou? Die me ook niet goed lijkt voor iemand met hartproblemen. Er wordt gezeurd en een krant gaat daar in mee, vind ik. Je leest steeds vaker dat iets wordt gemeld, waarvan je denkt: waarom bel je de krant? Die dat gaat brengen met boter en suiker (of liever gezegd zout en azijn).

Natuurlijk lees je ook verhalen waar je je zelf over kunt opwinden, omdat er dingen echt verkeerd gaan. Maar dat is een andere opwinding dan die ik nu bedoel. Meer ergernis omdat je ook iets wel eens zélf zou kunnen oplossen en daarbij niet aan de grote klok zou hoeven hangen. Maar ja, het zal wel tot “klein nieuws” horen bij een redactie. Groot nieuws hebben ze al genoeg…..


Kras…..

Toen we zaterdag nog een paar slimme boodschappen deden bij de Jumbo en mijn blinde kloris even in de auto bleef zitten, omdat het maar een paar dingetjes waren die we nodig hadden, mijn zoon en ik snel terug zouden zijn vertelde hij bij terugkomst dat er iemand tegen onze auto was aangereden. Hij had de auto maar niet verlaten, omdat hij in zo’n situatie weinig kan uitrichten. Maar dat er schade zou zijn was wel duidelijk. Toen we boodschappen gingen doen was het parkeervak naast ons leeg.

Nu stond er naast ons wél een auto geparkeerd en de bejaarde bestuurder stond er nog bij. Onze zoon vroeg hem of hij tegen onze auto was aangereden. Dat ontkende hij. Wij hadden schade aan de linkerachterkant van de auto en hij aan de rechtervoorkant van de zijne. Toen mijn zoon hem daarop wees, zei de man, dat dat een “ouwe” schade was, die iemand anders had gemaakt. Zijn auto zag er met deuken trouwens uit, alsof ie wel meer ‘aanrijdinkjes’ had gehad. Zoon was zo handig om van het kenteken en de schade een foto te maken en van onze beschadiging ook. Diepe krassen en de parkeersensor hing er uit, maar de man zei dat ie zelfs nog rondgekeken had naar een dader, waarop hij in zijn auto stapte en wegreed.

Zoon vroeg aan een jongen van de Jumbo, die bij de retourette bezig was of er camera’s hingen en dat was zo. De jongen ging naar binnen om iemand te halen en toen kwam de Jumbobaas, meneer Wiegmans zelf even poolshoogte nemen. Hij zou de camerabeelden even bekijken, zei hij en ons dan bellen. Dat deed hij al snel en hij vertelde, dat het wel zeker was, dat onze tijdelijke parkeerbuurman de boosdoener was. Die dus, zonder zich bekend te maken, ‘de plaats delict’ had verlaten. Hetgeen een strafbaar feit is. Wiegmans heeft de beelden op een stick gezet, die hij niet aan mijn zoon mocht meegeven, zei hij, maar die de politie kan opvragen.

Pas vanmiddag kon er trouwens pas aangifte gedaan worden bij de politie, want weekend, hè? Op afspraak ook nog. Maar melden bij de verzekering kan niet zonder politieaangifte dus nu wachten we af. Er kan met de auto gereden worden, maar het is weer zo’n gedoe. En reparatie kost toch aardig wat. Waarom zo’n man dan gewoon ontkent dat ie zoiets gedaan heeft, dat snap ik niet. Tenzij hij niet verzekerd is, bang is zijn rijbewijs kwijt te raken omdat hij niet goed genoeg meer ziet, gezien de deuken in zijn voertuig. De agent mocht geen persoonlijke gegevens geven van de bestuurder, maar zei wel dat ie nogal aardig op leeftijd was.

We zien het wel. Onze auto staat op mijn naam en volgens het procesverbaal ben ik de ‘benadeelde’. Ik kan nog slachtofferhulp krijgen ook. Bof ik even, zeg! Nou, voorlopig hoop ik dat het gewoon netjes wordt afgewikkeld. De politie houdt ons op de hoogte. Krasse(nde) knarren, het is toch wat met die mensen…..

.....dat hebben we even uitbesteed.....

…..dat hebben we even uitbesteed…..


Voor het vaderland weg…..

Nou, daar is ie dan: Trump. En daar was dan zijn eerste presidentiële toespraak, die helemaal ging over Amerika en de Amerikanen, die met z’n allen onder leiding van hun gloednieuwe first man (nou ja, hij is 70 dus zo gloedjenieuw is ie niet meer, bovendien na drie echtgenotes) hun vaderland weer great moeten maken.

Alleen zijn d’r zoveel Amerikanen van wie het hun váderland helemaal niet is! Ja, als ze het na aankomst in The States aanvroegen mochten ze misschien, na veel moeite, blijven en kregen ze zelfs het staatsburgerschap en een Amerikaans paspoort in het land van de onbegrensde mogelijkheden, zoals Amerika vroeger werd genoemd. Nou, die mogelijkheden zijn inmiddels dus begrensd als je Trump zijn plannen hoort vertellen. Er komt niemand meer in. En er moeten een heleboel het land uit. Dat wordt nog een hele klus. Of die Verenigde Staten trouwens zo verenigd zijn ? Ik vraag het me af. Als ze een man als Trump president laten worden.

De Verenigde Staten van Europa zullen er nooit komen, dat weet ik wel zeker. Als je al die vaderlandslievende hoofden naar rechts in Koblenz op de televisie zag gisteren, weet je dat iedereen voor zijn eigen land bezig is. Dat lijkt ‘samen’, maar dat is het niet echt. Ik noem het geen nationalisme, dat klinkt zo vervelend na twee wereldoorlogen, maar patriottisme is de dames en heren niet vreemd. En ze hebben hetzelfde probleem als Trump: teveel mensen van wie hún land geen vaderland is. Dat hoeft niet erg te zijn als iedereen nadenkt over z’n toekomst.

We leven in een moeilijke wereld in een moeilijke tijd. Het zal mijn tijd allemaal wel uitduren, maar ik benijd mijn kinderen en kleinkinderen niet. Als iedereen inderdaad nadenkt valt het misschien mee, maar makkelijk zal het allemaal niet zijn. Er zijn veel goeie ontwikkelingen ook uiteraard. Zo pessimistisch ben ik nou ook weer niet. Veel goede mensen, die protesteren als er iets niet goed dreigt te gaan. Moeten ze vooral blijven doen. Je er niet onder laten schoffelen is een prima optie. Mijn zus had altijd een uitdrukking als ze net verhuisd was of zo. Als je dan vroeg hoe het ging, zei ze: “Het moet nog in de vorm schudden.” Vond ik altijd wel een mooie.

Eigenlijk ben ik best tevreden met mijn leven en kijk mee naar al het gedoe. Ik heb niet echt last van vaderlandsliefde, maar heb het wel naar mijn zin waar ik me nu bevind. Zo nu en dan kijken we eens rond in de tot nu toe nog onbegrensde andere landen van Europa en gaan dan lekker weer naar huis. Ik denk dat ik lijd aan Apeldoornisme…..

.....bij mij dan.....

…..bij mij dan…..


Mancave…..

.....geen commentaar.....

…..geen commentaar…..

Vorige week stond er een artikel in de krant over een man, die in zijn schuur een ‘mancave’ had ingericht. Een mannengrot dus. Daar kon ie zich terugtrekken als het huiselijke verkeer hem teveel werd. Vrouw en kinderen ontvluchten. Er stond ook een foto bij hoe rustig ie d’r bij zat. Helemaal aan het ontspannen.

Zoiets haalt dus de krant. Waarom? vraag je je af. Ter aanmoediging voor andere mannen om de schuur es op te ruimen, desnoods een fietsenhokje te bouwen, want die dingen hebben geld gekost, die kun je niet zomaar buiten zetten en dan een barretje, koffiezetter, televisie en een makkelijke stoel in de schuur en vader heeft een mancave. Waar vrouwen niet welkom zijn en kinderen al helemaal niet. Zijn zoontje mocht er pas in als ie z’n eerste glas bier achter de knopen had. Vader en zoon samen als mannen aan het bier.

Ik heb op Google es even gekeken bij het woord ‘mancave’. En dan vooral de plaatjes. Nou, dan zie je wat, hoor! In sommige van die caves staan pooltafels, auto’s en ze zijn ingericht als kroeg zelfs met dartboard en al. Daar zit heel wat in van het familiekapitaal. Ook barkrukken, dus de vrienden mogen er in. Als die het verkeer thuis even niet zien zitten.

Wat ik me wel kan voorstellen is, dat je je best wel eens even wilt terugtrekken. Dat heb ik zelf ook. Ik heb een fijn zolderkamertje, waarvan de verwarming niet optimaal werkt, ondanks frequent ontluchten van de radiator, maar dat vind ik wel wat hebben. Dat ‘schrijft’ beter, het is er nooit te warm. Behalve soms in de zomer, want ik zit wel pal op ’t zuiden met mijn zolderraam. Ik lees er, ik luister er muziek bij onderwijl. Ben een grote fan van allerlei klassieks, brassbands vind ik mooi, maar ook bewonder ik de meiden van O’G3NE. Wat die doen vind ik fantastisch, zo muzikaal. Ik ‘draai’ ze vaak.

Maar goed, dit kamertje is dus mijn cave zo’n beetje. Iedereen mag er komen, hoor. Ik ben geen man. Vroeger hadden de dames een boudoir, maar dat was meer voor de optut, geloof ik. Daar kwamen geen mannen. Optutten doe ik heel ergens anders, maar ook zonder mannen natuurlijk. Ik gun alle vrouwen eigenlijk een womancave, maar die bestaan niet echt, denk ik. Vrouwen komen van Venus en mannen van Mars, zo is het nou eenmaal. En dat hindert niet. Ja, soms, maar dat terzijde.

Wat ik wel een vreemd aandoende uitspraak vond in dat artikeltje over die man met z’n schuurcave in De Stentor is, dat ie zei, dat zijn vrouw zijn mancave ‘spic en span’ hield. Kijk, dát had ik ‘m nou mooi helemaal zelf laten doen…..!


Serinus canarius…..

Dat is de zondagse naam van een kanariepiet. Hoe ik daar op kom? Nou, we reden vanmorgen langs de Americahal richting de Maten (allemaal Apeldoorns gebied, hè) en kwamen min of meer in ’n verkeerschaos terecht. Dat kwam doordat er in die hal een vogelshow wordt gehouden, met ook kampioenschappen voor de kwekers van die beestjes. Daar wilden heel veel mensen heen, verkeersregelaars waren er nodig, volle parkeerterreinen zagen we. We verbaasden ons ’n beetje over al die belangstelling.

Ik noem die vogels allemaal kanariepieten, maar dat is natuurlijk iets van een simpele onwetende. Ik weet dat het voor heel veel, met name mannen, een geliefde hobby is, dat vogels kweken en waar je veel verstand van moet hebben ook. Dan kun je dus naar een vogelshow met je kampioensvogel in een kooitje. Waar ze op beoordeeld worden door de jury weet ik niet precies, maar dat zal zeker ook op hun zangkwaliteiten zijn.

Toen wij nog niet zo lang getrouwd waren zijn we daar ’n keer voor gevallen, voor dat gezellige gekwinkeleer. Nu zouden we dat niet meer gedaan hebben, want vogels in een kooitje vind ik nu zielig. Als ze ruimte hebben in een grote volière wat minder, maar toch. “Loesje” had ’n keer een spreuk “Beter 10 vogels in de lucht dan 1 in de hand” en die vind ik wel wat hebben.

Maar goed, we hadden toen dus een kanarie. Hij stond op de vensterbank in de zon en zong dat het een lieve lust was. We noemden hem Lodewijk. Hij had niet het eeuwige leven, hoewel we hem goed verzorgden en zo is ie opgevolgd door Lodewijk II en zelfs door een Lodewijk III, maar die laatste is weggevlogen na slordig sluiten van het deurtje, terwijl de balkondeur openstond. Het was zomer dus het zal wel goed gekomen zijn met ‘m, veel bomen in de buurt, maar we hebben hem niet meer teruggezien. Dat was het einde, geen kanariepieten meer voor ons.

We wijden ons nu maar aan de vogels in de tuin, die helemaal zelf komen aanvliegen. Dat zijn er nog al wat. We hebben meer dan 30 mussen in de heg, er komen roodborstjes langs, verschillende soorten meesjes, merels en eksters, die de boel komen verstoren en veel lawaai maken soms en duiven, die eigenlijk veel te groot zijn voor het vogelhuisje en zich moeten bezighouden met opruimen van het voer dat de rest van de vliegende gemeente laat vallen. Vlaamse gaaien zien we ook wel eens. Leuk, hoor, al die vogels zonder kooitje.

We hebben ondertussen heel wat beesten gehad in ons leven, katten, honden, cavia’s, muizen, konijnen. Allemaal ter lering en de vermaak van ons huisgezin. Maar die kanaries waren de start en daarvan zitten er nu héél veel in de Americahal in kleuren en maatjes. En waarvan er enkele samen met hun baas of bazin kunnen zingen “We are the champions!”…..

.....één kanarie is eigenlijk ook erg ongezellig, voor die kanarie dan.....

…..één kanarie is eigenlijk ook erg ongezellig, voor die kanarie dan…..


Koud, hè…..?

Vannacht hebben we voor het eerst de verwarming niet teruggezet op de gebruikelijke nachtstand, want dan duurt het opwarmen van het huis des te langer als we er weer in verticale stand gebruik van maken. En dat is economisch gedacht. We hoorden trouwens dat ons pensioen niet minder wordt, zoals aangekondigd. Het wordt ook niet meer, want dat zou economisch niet verantwoord zijn. Hoeft van ons ook niet, want zulke economisch denkende lui, zoals wij dus zijn redden zich wel. Er kwam net ook een brief binnen van onze begrafenisverzekering, gezellig, gezellig. Het bedrag waarvoor wij uitvaren lijkt aardig en hopelijk voldoende, zodat de familie niet zal hoeven crowdfunden. Een slimme bejaarde is op zijn toekomst voorbereid. Nou, voor zover het economisch overzicht. We zijn daar niet dagelijks mee bezig, hoor, dat je dat niet denkt, ha, ha!

We hebben namelijk heel gezellig het jaareinde doorgebracht. Eerst de kerstdagen natuurlijk. Dat stamppotbuffet was namelijk erg leuk en lekker. Hadden ze wel aardig wat werk aan gehad, maar er is goed van gesmikkeld. De tweede dag heeft onze eigen chef aardig zijn best gedaan en waren we met wat minder mensen en met oudjaar bleven er natúúrlijk weer oliebollen over en ook de nieuwjaarsrolletjes zijn nog niet op. Dat komt wel goed, met die rolletjes dan, want overblijvende oliebollen hebben bij ons een minder goed uiteinde. Deze hele alinea gaat over eten. Maar we zijn inmiddels weer ‘gewoon’ wat dat betreft. Bloemkool en zo.

De zon schijnt ondanks de kou heerlijk onze weer kale kamer binnen. Helemaal ontkerstend is ie natuurlijk nog niet. Er hangen nog kerstkaarten en er staan nog kerststukjes, waar ik de glim-glim heb uitgehaald, maar waarin de hyacinten en krokusjes staan te bloeien alsof het al lente is! En daar gaan we dus weer naar op weg, mensen! Van de oliebollen naar de bloembollen. Als het goed is wordt dat hier leuk, want ik heb er, deze keer nog op tijd ook, samen met mijn zoon heel wat gepoot op de lege plekken in de tuin, die zijn ontstaan doordat de tuinman eindelijk eens wat van die enorm groot geworden ‘supermarkthortensia’-struiken heeft verwijderd. Ik verheug me er op.

Of er nog geschaatst gaat worden dezer dagen is twijfelachtig, want de kou zal wel niet doorzetten. De televisie haalde de Elfstedentocht van Angenent nog eens van stal. Herhaling, herhaling. Twintig jaar geleden of zo. Maar hier in Apeldoorn gaat geschaatst worden! Waar? In theater Orpheus! Daar zijn ze bezig met ijsblokjes een vloer te leggen voor een Russisch gezelschap kunstschaatsers, dat “De Notenkraker on Ice” op muziek van Tchaikovsky gaat uitvoeren. Stond in De Stentor. Het publiek moet een dekentje meebrengen, want warm zal het in het theater niet zijn, zeggen ze. Koud, hè…..?

.....zij hebben het vast niet koud.....

…..zij hebben het vast niet koud…..