Pret…..

kindvriendelijk.....

‘k Had niet gedacht, dat ik ooit nog eens in een prétpark zou komen. De naam alleen al bezorgt mij namelijk een beetje de kriebels. Ik heb nooit pret. Plezier ja, dat wel, maar nooit pret. Zeg het maar eens een paar keer, het is een raar woord: pret. Nou ja, ik was vanmiddag dan toch in een familiepretpark en dat was leuk. Onze jongste dochter heeft met haar gezin een abonnement voor de Koningin Juliana Toren hier in Apeldoorn, een attractiepark voor jonge kinderen. Daar is het ook op afgestemd en vervelende pubers zie je er dan ook niet. Wel veel buggy’s. De attracties worden bemand door oudere mannen, vutters waarschijnlijk, die met het geduld van echte opa’s de kindjes overal in en uit helpen en dat is leuk om te zien.

Op de gezinskaart van mijn dochter prijken, behalve de foto’s van haar man, haarzelf en de jongens, ook de pasfoto’s van de wederzijdse opa’s en oma’s. Die zitten in het voordeelpakket. Ik ben oma en heet ook zo, omdat ik de oudste ben en de andere oma is omi. Het grut moet ons een beetje uit elkaar kunnen houden en die zijn daar ook heel precies in. Ze zullen zich niet vergissen!

Deze oma mocht dus mee vanmiddag. Er zijn attracties waar de kindjes niet alleen in kunnen en als mijn dochter even mee ging draaien, schommelen of in de achtbaan (het kind in haar heeft zich helemaal uitgeleefd!) bleef ik even bij de jongste om te zwaaien als ze langskwamen. Want dat moet. Oma moet zien wat hij al durft! Van zijn moeder weet ik dat al jaren.

Ze hebben trouwens in dat park een carrousel uit 1887 met van die prachtig deinende paarden en een stoomfluit (waar je je een ongeluk van schrikt!) om het begin van de rit aan te kondigen. Prachtig. Elk jaar restaureren ze een deel ervan. Ik vind hem nu al mooi, om te zien zeker. Er zit zo’n echt dansorgel aan vast, heel leuk.

Nou ja, ik heb een leuke middag gehad en mijn kind en kindskinderen ook. Ik denk, dat we pret gehad hebben…….


’n Eitje…..

zoek....

Onze oudste kleinzoon ging gisteren met zijn school paaseieren zoeken in het bos. Om te beginnen vind ik het geweldig, dat mensen op hun vrije Tweede Paasdag zoiets organiseren voor de kinderen van hun school. In hun dorp gebeurt zoiets. En in het ruimschoots aanwezige bos is dat spannend.

Onze kleinzoon is een heel slim ventje, maar om eieren te zoeken moet je ook andere eigenschappen hebben. Je moet aardig gehaaid zijn en dat is ie (nog) niet. Hij had dus maar één ei. Hij vond dat best genoeg, maar zijn moeder vond het zielig voor hem. Want er waren klasgenoten, die met een gevulde tas rondliepen. Een van hen kwam wel heel schattig aanbieden, dat Stijn er wel een van hem mocht hebben, maar die wilde dat niet, want hij had hem dan niet zelf gevonden. Had ik ook niet gedaan: eieren zoeken is eieren zoeken.

Onze familie is niet zo handig in die dingen. Zo zou ik ook nóóit drie minuten gratis winkelen in de supermarkt willen winnen. Daar zou ik me echt doodongelukkig bij voelen en mijn prijs gráág afstaan aan een behoeftige familie of zo. Je ziet wel eens in een reclame iemand door een winkel rennen en graaien, grijpen en grabbelen, zoveel mogelijk en zo duur mogelijk. Als ik maar nooit hoef. Ja, eitjes zijn we. Onze kleinzoon is tevreden met één ei, hoewel dat volgens het liedje nog maar een half ei is ook of nee, géén ei zelfs! Hij vond de Paashaas ook erg groot, zei hij………


Test……

ook voor max havelaar...!

‘k Ga even Consumentenbondje spelen. We waren gisteren n.l. in een coffeeshop. Nee, niet om de zware wiet te testen, want we waren in de keurige koffie-en theewinkel van Simon Lévelt. Daar hebben we een permanent café-filter gekocht, dat geschikt is om te gebruiken in een Senseoapparaat. Geen padjes meer, maar een filter, waar je je eigen losse koffie in kunt doen. Of die van Simon Lévelt natuurlijk, dat zouden ze daar graag zien. Ze hadden “Paaskoffie”in de aanbieding, die verhipte lekker rook en daar hebben we maar een pak van meegenomen, maar niet om de naam, want die slaat nergens op. Tegen de kerst noemen ze diezelfde koffie waarschijnlijk “Kerstkoffie”.

Maar nu even over dat filter. Ik las “ergens”, en ik weet niet meer waar, over het bestaan daarvan en ook dat ze die bij Simon Lévelt verkochten. Omdat we de Senseo veel gebruiken en eigenlijk alleen nog maar koffie zetten in het koffiezetapparaat als er meer dan vier personen in het pand aanwezig zijn én omdat we altijd wel in zijn voor wat nieuws, zijn we er achteraan gegaan. Hoewel het ding niet bepaald goedkoop te noemen is, voor een redelijk eenvoudige constructie van kunststof met wat gaas, waren we benieuwd hoe onze eigen Van Nelle via de Senseo zou smaken. Senseobezitters willen we graag gratis en voor niks laten delen in onze eerste ervaringen .

Om te beginnen smaakte de koffie prima. Men zegt, dat je er een speciale fijnmaling voor zou moeten hebben en die hebben we geprobeerd. Maar ook onze eigen snelfiltermaling en wij denken, dat die ook prima geschikt is. Smaak dus oké, maar als je haast hebt ’s morgens, omdat je de trein moet halen, hou je dan maar even bij de pads. ’s Avonds, als je meer tijd hebt, kun je er een ritueel van maken en de heerlijkste dessertkoffie bereiden, die dan ook snel klaar is, maar ’t is meer werk.

Het filter bestaat uit een soort doosje met dekseltje. Je vult het met koffie en daarna druk je het dekseltje er op. Het past dan in de 2-kopjes-houder van de Senseo, maar je zet toch 1 kopje tegelijk. In je eentje niet erg, maar als je er meerdere moet maken is het lastiger. Het filtertje moet uitgespoeld voor het volgende kopje, maar is natuurlijk nog loeiheet en er ligt ook nog wat niet-doorgelopen water op. Niet veel, maar toch. Een gootsteen in de buurt is wel handig. Ik had de eerste keer iets te veel koffie in het filtertje gedaan, dat teveel moest er weer uit, een heel geknoei, maar dat is een kwestie van “oefening baart kunst”. Het handigste is het filtertje te vullen boven de koffiebus en pas daarna in de Senseohouder te zetten.

Op het doosje van het filter staat, dat je op basis van 4 koppen per dag 66% bespaart op je “koffiekosten” oftewel € 100,- per jaar. Nou heb ik me nooit zo beziggehouden met mijn jaarlijkse koffiekosten, maar bij die 66% hebben ze vast het arbeidsloon niet meegerekend! Het bekende schuimlaagje blijft overigens wel behouden. Er zijn dus voor- en ook nadelen. Vóór: Meer variatie door eigen melange, prijsvoordeel wellicht, eenvoudig schoon te houden, schuimlaagje blijft behouden én je ruikt de koffie! Tegen: Maar één kopje tegelijk, filter is heet als er meerdere kopjes achter elkaar gemaakt moeten worden, er blijft water achter op het filter, kans op geknoei met koffiemaalsel, duur in aanschaf.

Bij de website van Lévelt zit ook een forum, waarop iemand over dit filter eigenlijk wel iets zinnigs zei: “Over drie maanden ligt zo’n zelfde filter bij Blokker waarschijnlijk voor een derde van de prijs!” en weet je, ik denk dat ie gelijk heeft! Maar het hebben van een primeurtje heeft ook wel wat……!


Oogafwijking……

Als je langdurig hebt gewerkt met en voor mensen met ernstige oogproblemen kun je je niet voorstellen, dat er mensen zijn die voor de mooiigheid gaan knoeien met hun ogen. Piercings vind ik al eng en de plaatsen, waar mensen ze laten aanbrengen, vind ik zo mogelijk nog enger. Maar ik kan niet begrijpen, dat iemand een simpel hartje, dat dan een jewel of the eye wordt genoemd, in zijn oogwit laat aanbrengen. En dat moet nog operatief ook, want het moet onder het slijmvlies van het oog worden geschoven.

Dat er oogartsen zijn, die het maken van een gaatje in een oog, just for fun, als een gaatje in de markt zien vind ik nóg onbegrijpelijker. Het kán gewoon niet goed zijn voor je ogen. Het gekke is ook, dat je zo ongeveer op de schoot van de draagster of drager moet gaan zitten om het te zien, maar dat kan natuurlijk de bedoeling zijn. Je ziet dan meteen de rode adertjes door iemands oogwit lopen en na bijvoorbeeld een nachtje doorzakken of gejank in een chagrijnige bui moet je dat toch niet willen.

De ogen zijn de spiegel van de ziel. Zielig, hoor………


Lia op de Story-tour……

scheve schaats...?

Engeland schijnt in rep en roer te zijn, want held David Beckham is vreemd gegaan. Zeggen ze. Met een Nederlandse nog wel. We hoorden vanmiddag een verslag van Lia van Beckhoven, die voor het radiojournaal vertelde hoe in de war ze daar waren van de scheve schaats van de voetballer. Ze vertelde, dat de tabloids vól stonden over “de tussenbeense activiteiten” van David. Ik vind dat een meesterlijk gevonden uitdrukking. Helemaal voor een voetballer…….


Burgerlijke stand…….

kasseien....

De gemeente Apeldoorn heeft een enquête gehouden onder burgers over wat zij vinden van de besteding van het gemeentelijk budget. Democratisch of niet? Je mag er in ieder geval iets van vinden. De uitslag stond zaterdag in de krant. Ik zal niet alles noemen, want er stond ook wel wat tussen, waarvan ik dacht, dat het algemeen belang ver te zoeken was en mensen persoonlijk wat grieven hadden.

Zo vond iemand, dat de stad te vies wordt. Daar mag wel wat geld tegenaan. Om schoonmakers in te huren of om mensen eens een beetje op te voeden, dat staat er niet bij! De gemeente mag haar eigen waterhoofd wel wat laten inkrimpen en gezond maken, want dat zou haar sieren, vond een ander. Ik vond dat wel een aardig beeld. Drainage of zo.

Wat ik ook wel mooi vond: iemand was van mening, dat de gemeente haar subsidie aan de Bond tegen het Vloeken wel kon afschaffen, want het hielp toch niet. Er werd niet minder gevloekt. Waarop de gemeente Apeldoorn liet weten 45 euro per jaar te subsidiëren. Voor zo’n bedrag ga je vanzelf knopen laten rollen natuurlijk, dat schiet niet op.

Verder had een burger het idee om gaten en scheuren in de weg maar eens een poosje te laten zitten, want alle moderne auto’s hebben tegenwoordig comfortabele vering. Nou, die man had vast een van de reportages gezien, die de NOS maakt over de nieuwe lidstaten per 1 mei van de EU. Als je het nou over slecht onderhouden wegen hebt….

Trouwens, gisteren zagen we de Ronde van Vlaanderen. De Belgen doen het gewoon expres. Die enge kasseien laten liggen om zoveel mogelijk moeilijkheden te creëren voor de wielrenners, die dan ook regelmatig met z’n allen onderuit gaan op die dunne bandjes. Maar dat is mooi, dat is sport, zeggen ze. Ha, zo houden ze hun weg-onderhoud-budget wel op orde………..!


Ontrommelen…..

je kunt er 'n boek over schrijven...

Mijn zus in Australië mailde me, dat ze haar buurvrouw had geholpen met het unclutteren van haar huis. Ik kende die uitdrukking niet, maar na enige beschrijving van wat ze hadden gedaan begrijp ik precies de bedoeling. Haar buurvrouw Tracey is Engels van oorsprong. Ze houdt van pluche, ouwe zooi en is erg bewaarderig. Ik ken dat. Schoteltjes waar geen kopjes meer bij zijn, vaasjes en meer van dat soort spul waar je niks aan hebt en dat alleen maar plaats staat in te nemen.

Mijn zus beschreef hun conversatie tijdens de bezigheden. “Hé, wat vind je: kan ik hier nog iets mee?”. “Nee, gooi weg!”. “O, kijk, een kerstkaart van aunty Celeste!”. “Leeft ze nog?”. “Nou, nee, maar ze was erg aardig…”. “Dan kom je haar wel weer tegen in het hiernamaals. Gooi weg”. Het was niet de enige kerstkaart.

De buurvrouw had ook veel “sieraden”, allemaal kitsch. Eenzame oorbellen, die hun wederhelft kwijt waren, maar waarvan Tracey dacht er nog een kettinkje van te maken. “Ga je dat ook doen?”. “Most probably not….”. “Gooi wég dan!”. Aan het eind van de dag hadden ze 5 vuilniszakken vol. Voor alle zekerheid hebben ze die meteen weggebracht. Ruimte in laden en kasten en ruimte in het hoofd. Ze zag er voor elke vuilniszak een jaar jonger uit, de buurvrouw, zei m’n zus. Ze hebben de uncluttering uitgebreid gevierd.

Ik zag trouwens dat het in Amerika een echt beroep is! Donna Smallin is zo’n unclutter-woman! Ze schreef er maar liefst drie boeken over. Hier in Nederland heten dergelijke mensen in goed Hollands “professional organizers”. Ze hebben zelfs een beroepsvereniging.

Gisteravond bij Ivo Niehe zag ik die moeder en dochter van het programma “Hoe schoon is jouw huis?”. Zij maken op de televisie de meest vervuilde en verslonsde huizen schoon en die komen nog wel wat anders tegen dan een paar uitpuilende kasten en laden! Zo erg is het bij mij gelukkig niet, maar zo’n figuur die helpt weggooien wat je te langdurig onnodig hebt bewaard….Eigenlijk heb ik die al in de persoon van mijn echtgenoot, maar die is me weer te rigoureus. Geen gevoel voor nostalgie, dat is het probleem……


Motormuisstil…..

Kleinzoon Niek, nog 16 jaar wachten....!

Gisteren was onze schoonzoon jarig. Hij heeft een motor, wat zég ik, hij heeft er wel twéé! Een van die twee staat in de schuur en de andere staat buiten onder een afdak met een hoeslaken eroverheen. Dat bracht ons op het idee om hem een echte motorhoes cadeau te doen. Een soort motorpyjama. Op de doos waar de hoes inzat stond ook nog een in leer gestoken mooie dame, maar die zat er niet bij.

Het kopen van die hoes was voor ons een leuke belevenis, want we komen nooit in dergelijke winkels. Een enórme ruimte vol met motoren, veel glimmend chroom en klanten, die uiteraard op de motor waren gekomen en daar dus op gekleed waren en daar staken wij maar raar bij af! Erg aardig personeel daar en we werden prima geholpen. De jarige was d’r blij mee, vond het alleen jammer van die mooie pitspoes op de verpakking, maar ja.

Motorrijders worden nogal eens in verband gebracht met Hell’s Angels-achtige types, maar daar klopt natuurlijk niks van. Helemaal als je weet, dat mijn schoonzoon en zijn buurman, ook motorrijder, op de fiets naar hun werk gaan, terwijl ze best op de motor zouden willen. Weet je waarom? Omdat ze de buurt niet wakker willen maken met hun startende motoren op zo’n vroeg uur. Ik vind dat érg aardig. Ja, als het regent pakken ze misschien de auto wel, dat is waar, maar dat start toch anders……….


Hoort, zegt het voort….

paulussie, zei eucalypta altijd.....

We lazen, dat “Het bureau” van J.J.Voskuil als hoorspelfeuilleton uitgezonden gaat worden. Vanaf 5 april elke werkdag ’s middags via Radio 747 AM en ’s nachts herhaald op Radio 1. De afleveringen komen ook op internet. Dat zijn er 360, uitgesmeerd over 2 jaar. Ondanks de beeldcultuur van tegenwoordig hopen de bedenkers van het project dat ze de mensen aan de radio zullen kunnen kluisteren met een hoorspel. Ons wel, maar verder is het natuurlijk afwachten.

Er is ook een “Genootschap van de Twaalfde September” dat zich bezighoudt met het fenomeen hoorspelen . Afgezien van het feit, dat ik de naam een beetje red alert-achtig vind klinken, is het leuk, dat er mensen zijn, die zich sterk willen maken voor het behoud van hoorspelen. Ze komen aan die naam doordat 12 september, ja, sorry, het scheelt maar één dag, de verjaardag was van Francis Whittaker, de slechterik uit het in de jaren vijftig bijzonder populaire hoorspel “Sprong in het Heelal”. Ik kan me de sfeer bij ons thuis rond dat hoorspel nog erg goed herinneren. Volgens mij werd het uitgezonden in de late zondagmiddag en er werd naar uitgekeken door mijn broer(tje). Het was erg spannend.

Verder hadden we toen natuurlijk Paul Vlaanderen met de indrukwekkende Sir Graham Forbes en Ina, de vrouw van Paul. Die moest altijd gered worden. “Pául, Pául!”, riep ze altijd. “Ina, kindje, waar ben je?”, antwoordde Paul dan. In plaats van dat het mens ging koken moest ze altijd mee en liep dan in de weg. Maar heel populair dat hoorspel, geschreven door Francis Durbridge. En wat ik nérgens ben tegengekomen op de diverse hoorspelsites, de intrigerende muziek was van Koos van de Griend. Waarom onthoud je die namen toch?

De makers van “Het bureau” zeggen dat dit de langstlopende hoorspelserie wordt, maar dat is niet helemaal waar. Dat is “Paulus de Boskabouter”. Daar waren maar liefst 717 afleveringen van, weliswaar maar van tien minuten elk, maar toch. De maker van die serie, Jean Dulieu, heb ik altijd een heel bijzondere man gevonden. Die besloot, terwijl hij violist was in het Concertgebouworkest, 23 jaar oud, om te gaan tekenen en schrijven. Hij had jarenlang de Paulusstrip in Het Vrije Volk en voor de hoorspelversie sprak hij álle stemmen zelf in. Die van Paulus, Eucalypta, Gregorius de das, Oehoeboeroe de uil, Salomo de raaf, Krakras de kraai en Rein de vos en nu moet ik heel goed uitkijken, dat ik niet in de war raak met de Fabeltjeskrant! Ook beesten in een bos…..maar geen hóórspel!