Lang leve de pillen…..

‘k Las in een blad een zinnetje dat me trof: “Mijn moeder werd maar 53 en morgen word ik zelf 53.” Het stond als titel boven een artikel dat ging over de last die de bijna jarige had alleen al van het idee. Het psychologische effect daarvan. Mijn vader werd maar 47 en toen ik zo oud was kwam ik nogal plotseling in het ziekenhuis terecht, zo’n tien dagen, omdat ik onderuit ging, niet meer aanspreekbaar was, afwezig en toch aanwezig. Dat gebeurde op een vrijdag en ’s maandags lag ik dus in het ziekenhuis. Rare uitvalsverschijnselen had ik en die moesten verklaard natuurlijk. Er volgde een behoorlijk onzekere tijd voor mij.

Ik kreeg allerlei onderzoeken en er werd een lichte vorm van epilepsie vastgesteld. Daar kreeg ik pillen voor, ik mocht een hele tijd geen auto meer rijden (en dat was in ons geval knap lastig, maar wel logisch). En daarna heb ik van die heftige wegraaktoestanden geen last meer gehad. Ben wel zo’n twintig jaar onder controle geweest halfjaarlijks, maar toen de neuroloog de medicatie wilde afbouwen en meteen zijn carrière ook maar, was ik er gelijk met hem ook klaar mee. De pillen heb ik via de huisarts aangepast nog wel, maar zoals gezegd: geen last meer.

Maar wat die vrouw had met haar moeder, dat had ik dus met mijn vader. Ik was toen echt een beetje somber over mijn welzijn, hoor, als 47-jarige. Gelukkig bleek dat dus onzin, want dat gesomber hoort ook niet bij mij. Onze dokter kwam ’n paar dagen later, toen ik dus alweer thuis was, even langs om te kijken hoe ’t ging en die vertelde toen, dat er eigenlijk een hersentumor werd vermoed. Nou, dat klonk achteraf behoorlijk dramatisch natuurlijk, maar bleek dus mooi niet zo te zijn.

Dat het goed met mij ging kon ie trouwens meteen wel zien, want ik was toen hij kwam net bezig een boekenkast te versjouwen in de kamer. Ik had zin in wat verandering en er lagen overal boeken over de grond. En niet ik deze keer. Ik schaamde me over de rommel, maar hij vond ’t helemaal niet erg.

Maar ’t blijkt heel prettig uit te pakken als de dokters meteen doorhebben wat je precies mankeert, welk stofje je mist, want dat wás ’t euvel, en dat er dan ook nog pillen voor
zijn! Dat is geluk hebben. Ik ben nu het omgekeerde van 47 en dat is toch niet slecht! Vind ik dan. Maar die twijfels en onzekerheden uit die voltooid verleden tijd, die herinner ik me nog zeer goed………..


Trafestiviteit……

Vanavond was ik weer eens in het Apeldoorns theater Orpheus. Mijn dochter nodigde me uit (ze had tot haar verrassing twee kaarten verdiend met collecteren voor het Reumafonds) om mee te gaan naar ’n musical. “La Cage aux Folles” heette die, is gebaseerd op ’n gelijknamig toneelstuk van Jean Poiret, waar ik ook nog nooit van gehoord had. Ik herinner me achteraf wel, dat ik op tv een promofilmpje heb gezien, maar de titel was me verder totaal onbekend.

Het verhaal speelt zich af in de wereld van travestieten met de glitter en glamour die daar bij hoort. Daar moet je even aan wennen, ik tenminste wel, hoor. Dat is trouwens snel over. Dan kun je je alleen nog maar verbazen over het feit, dat er mannen zijn, die nog vrouwelijker zijn dan vrouwen. Die maken er tenminste wat van, van dat vrouwzijn. Kunnen wij nog het een en ander van leren, dames!

De show, die neergezet werd, was zonder meer geweldig. Wat hebben we een vaklui in Nederland! Een goed orkest, perfect zingende cast, die er ook dansend wat van kan, mooie pakkende muziek en aan veren en boa’s natuurlijk geen gebrek! Het Apeldoornse publiek was dan ook na afloop superenthousiast.

We hadden mooie plaatsen ook. Ter verhoging van de sfeer zat in de stoel vlak voor ons een rasechte (hoewel dat woord hier misschien niet helemaal past!) travestiet met een huizenhoog kapsel waar niet overheen te kijken was. Mijn dochter en ik hebben zelfs van stoel moeten wisselen. Ik dacht eerst: “Wat een overdressed mens is dat, zeg!”, onervaren als ik ben in die sector, maar ’t wás er dus een met ’n lange witte glitterjurk en veel sieraden. Een man. Er was zelfs iemand die wist hoe hij heette. Ingehuurd was ie niet, want hij/zij was er met zijn/haar hele familie.

Ik had dus een zeer leerzame avond. En genoten heb ik, hoor! Uit is écht goed voor je…….!


Vergaand…….

Dat gisteren eigenlijk de wereld had moeten vergaan was mij totaal onbekend, zeg! Toch een opmerkelijk feit, dat zoiets belangrijks mij ontgaat. Wat heeft zo’n maandelijkse alarmcontrole nog voor zin als je niet eens behoorlijk op de hoogte wordt gehouden over een dergelijk gebeuren! Ik heb verdorie internet, een mobiele telefoon, we hebben de ganse dag de radio aan, we volgen het nieuws op de televisie en nóg weet je niet, dat je op ’t punt staat te worden weggevaagd!

Tenminste, zo denken veel mensen dat het zal gaan. We hebben dus ook al een paar rampjes gehad om vast aan het idee te wennen. Dat er ’n keer een eind aan komt, dat zal best. Wij mensen gebruiken maar tien procent van onze hersens, las ik ergens, maar zelfs dan zou je dat kunnen weten. Andere planeten schijnen ook wel eens uit elkaar te klappen dus waarom deze niet?

Maar waarom zou je d’r over in gaan zitten? Dat kan nog wel effe duren. Onzin om daar nu al angst over te hebben. Stroomopwaarts heeft ’t in zijn laatste post over angsten, die ons van tijd tot tijd overvallen (hebben). En later ongegrond bleken. Angst over het vergaan van de wereld is er ook zo een, onzin en verspilling van tijd, die je beter kunt gebruiken.

En hoeveel door mensen verzonnen data zijn er inmiddels al niet langs geweest, zeg! De eerstvolgende, waar ik wél van weet (en waar ook weer in geloofd wordt!) is 21 december 2012. Nou, daar hoeven we gelukkig niet zo heel lang op te wachten, dat scheelt weer zenuwpillen. En ik zet tóch de kerstboom op, hoor! Ik ben een eigenwijs type, dat het altijd beter denkt te weten. Of dat terecht is merken we dan wel. Op 22 december 2012……


Papa’s viool……

Mijn vader, die ’n paar weken geleden negenennegentig zou zijn geworden als hij andere genen had gehad, speelde vroeger viool. Niet professioneel, maar wel goed. We hebben vaak samen gespeeld als duo. Bij het opruimen van het ouderlijk huis heeft mijn zus zijn viool meegenomen en een plaats gegeven in haar huis. Na een verhuizing vond ze, dat ze er toen geen goede plek meer voor kon vinden en daarom bracht ze hem samen met haar man deze week bij mij.

Daar ben ik heel blij mee. Vooral omdat ze zei, dat het instrument hier wel op het goede adres was, vanwege dat samenspelen en zo. Dat vond ik al eerder, maar zou er nimmer een punt van hebben gemaakt, want mijn zus had wel een speciale band met onze vader. Ik ook, maar anders dus. De viool moet opgeknapt worden, want er missen snaren en hij is wat verstoft. Wel goed opgeborgen geweest, hoor, maar hij ziet er ’n beetje zielig uit.

Hoe mijn vader destijds aan die viool gekomen is, is wel een mooi verhaal, waarvan ik eigenlijk niet weet of mijn zus dat ooit gehoord heeft. Onze pa werkte in en ook vlak na de oorlog als administrateur bij een gasaccumulatorenbedrijf (ik vond dat als kind een heel mooi en moeilijk woord!) dat gevestigd was aan het water in Duivendrecht. Op een dag kwam er een troep zigeuners langs de weg getrokken, die langs het water liep. Voor de fabriek hielden ze stil, stookten een vuurtje in de berm, dat kon nog in die tijd, de vrouwen deden even ’n wasje in de Duivendrechtse vaart (of die zo heette, weet ik helemaal niet, hoor, dat verzin ik zo maar even, maar je ziet het tafereeltje toch wel voor je?) en omdat het lunchtijd was hadden ze nogal wat belangstelling van de mensen uit het bedrijf, want ze maakten ook muziek!

Mijn vader, als muzikant, kwam toen in gesprek met een man, die hem zijn viool wel wou verkopen. Kennelijk kwamen ze een goede prijs overeen, want mijn vader kocht hem. En heeft er zijn hele verdere leven op gespeeld. Dus hoe oud de viool is en waar hij, voor mijn vader hem had, allemaal geweest is? Geen idee. Maar ik moet zeggen, dat ik ’t altijd een superromantisch verhaal heb gevonden. En nu mag ik ‘m……..!


Volgeling…..

…..dat woord zou suggereren, dat ik een fervent aanhanger ben van Twitter en dat is niet zo, want ik doe zelf weinig, maar ik volg wel wat twitteraars tegenwoordig. Dat rooft tijd, maar is wel leuk. Je komt nog es wat tegen. Zo las ik een tweet van Mike Boddé, die mij aanspreekt.

Hij schrijft: “Leef morgen of gisteren. Het nu is zwaar overschat. Wat gebeurt er nu? Zie je wel: geen reet. Ik heb gelijk.”

Ik ben ook zeer onder de indruk van z’n geweldige pianospel. We zagen op Humor TV 24 een programma van ‘m samen met Thomas van Luijn, ook al zo’n muzikaal mannetje, waarin ze ‘even’ ’n stuk van het derde pianoconcert van Rachmaninoff deden. Mike de orkestpartij en Thomas de prachtige beginmelodie op ’n elektrische gitaar. Heiligschennis, net wat u zegt, maar zó knap en zó schitterend gedaan, Sergej Vasiljevitsj had ’t vast geweldig gevonden. Het was al ’n ouder programma van ze dus iets van gisteren, dat ik morgen zó weer wil horen. Niet nu…….


Schaalverdeling…….

Ajax is kampioen. Het is, dat ik het Frank de Boer zo gun, maar ik vind het jammer voor Twente. En Ajax was gewoon beter, daar kun je niet omheen.

Nou, voor wie d’r heel blij is: gefeliciteerd dan maar. Grolsch blijft ons merk…..


Zangfestijn…..

Wat flarden van het songfestival gezien vanavond. Zo’n beetje tegen ’t eind zaten IJsland en Spanje, die ik echt leuk vond. Van de rest kreeg ik zo nu en dan epileptische neigingen vanwege de enorme lichteffecten. En er zijn zoveel nummers, waar ik helemaal geen lied (song!) uithaal en natuurlijk ligt dat aan mij. Hoewel onze zoon de kamer binnenkwam toen de Duitse deelneemster bezig was en zei: “Ik dacht dat het testen van het alarm altijd op de eerste maandag van de maand was!”.

Hij is zeer veel jonger dan ik dus ik ben goddank niet de enige die vindt dat ze allemaal zo blèren! En wie dat niet doet, hoor je weer niet. Vrijwel iedereen zong in het Engels. Dat zag je gelukkig aan de titel van het desbetreffende lied.

We hebben de telling niet afgewacht. Dat vind ik altijd zo’n gebed zonder end. We horen ’t wel. Morgen Twente-Ajax, sorry, Ajax-Twente!
Dát is pas een contest….!


Verrekijker……

Dat je identiteit op het internet nou niet bepaald onbekend is, dat weet iedereen zo zoetjesaan. Je kunt nog zo zuinig zijn met het vrijgeven van persoonlijke gegevens, wie weten wil wie of wat je bent komt er toch wel achter.

Als je als jongere alcohol wilt aanschaffen moet je je bewijzen in de winkel en is legitimatie verplicht. Als je ’n jong koppie hebt ben je sowieso de klos. Als het goed is. En dat is het, vindt deze ouwe muts. Maar met name in supermarkten schijnt er door drukte of onoplettendheid nog wel es iets mis te gaan. Wettelijk dan, want de jeugdige ondermaatse drinker heeft succes natuurlijk. Dat moet strenger, zegt de overheid. Die op het gebied van gestrengheid wel es vaker iets zegt tegenwoordig. Erg véél zegt zelfs.

Als eerste in de regio heeft nu een slijterij in Beekbergen ( ’t Keteltje) een apparaat met ’n camera er in, de z.g. “Ageviewer”. Iedere klant moet daar even in kijken om gekeurd te worden of hij wel volwassen is. Dat gaat snel, het is binnen drie seconden bekend. Er zijn gevallen, waarin zoiets ’n heel leven duurt.

Die ‘keuring’ gebeurt niet door de slijter, nee, het gaat op afstand. Ergens ver weg in Breda zit een controleur, die je moet goedkeuren. Zonder toestemming kan er niet worden afgerekend. Wat ik me nou afvraag, hè… zou dat nu ook moeten bij Gait-Jan, die al jaren z’n borrel voor het weekend komt kopen of voor Annie, die al net zo lang haar Boerenjongens bij de slijter haalt, omdat ze die bij de super niet hebben? Het stáát er niet, maar zo’n controle hoeft toch alleen maar voor de jongelui? En ik vind het weer zo allemachtig éng, ook! Wat weet zo’n Bredanees d’r nou van? En wat doet hij anders dan een oplettende winkelier: bij twijfel vragen naar de legitimatie?

Maar hé, ik bedenk me net! Het is natuurlijk preventief! Het is weer vakantieseizoen in Beekbergen. Veel vreemd volk over de vloer, dat met teveel alcohol achter de knopen natuurlijk vernielzuchtig wordt. Nee zeg, dát doen ze dan maar in Apeldoorn! Dáár hebben ze ook meer blauw op straat.
Slim, hoor, Beekbergen……ha, ha…!


Drooglegging….

***Toen we vanmiddag de supermarkt uitkwamen liep ons een moeder met ’n paar kinderen tegemoet om naar binnen te gaan. Het zoontje van een jaar of vijf sommeerde zijn moeder op hoge toon: “En nu ga je drinken kopen, want ik heb dorst!!” ’n Idioot gehoor van zo’n onderdeur.

Het is heel raar, maar ik raak nog steeds ’n beetje van slag als een kind zo doet. Tja, als ie z’n vader imiteert had zijn moeder wellicht verstandiger moeten zijn en was het jong er niet eens gekomen. Maar we liepen elkaar voorbij dus ik weet ook eigenlijk helemaal niet hoe de moeder reageerde. Helemaal niét, hoop ik van harte, want dan is er nog hoop voor de toekomst, die van haar en van het kind.

Maar tjee, wat zou ik dat jong graag op ’n droogje laten zitten, zeg….een hele middag op z’n minst…….


Schaap……

Na het droevige verhaal van het vorige stukje moet ik nu even iets leukers kwijt. Mijn man kwam vanmiddag namelijk thuis met een leuk mopje, dat ie gehoord had. Dat ging zo…..

“Twee meisjes gingen op vakantie naar Schotland en één van de twee had, voordat ze op pad gingen, haar blonde haar rood geverfd. Nou, die meiden wandelden dus gezellig door Schotland en kwamen op ’n dag een schaapherder tegen met een flinke kudde. De roodharige vroeg aan de man: “Als ik nou raad uit hoeveel schapen jouw kudde bestaat, mag ik er dan een uitzoeken?” “Dat is goed”, zei de herder. “Dan denk ik…..tweehonderdzevenentachtig!”, zei het meisje. “Hoe bestáát het!” riep de Schot “Je raadt ’t precies!” Hij kwam z’n belofte na en zij zocht er een uit.

“Nu wil ik ook een weddenschap om ‘m weer terug te krijgen”, zei de herder. “Als ik raad welke kleur jouw haar oorspronkelijk heeft.” “Da’s goed”, zei ze. “Blónd!”, zei de man “en mag ik nou m’n hond terug…..?”