![]() |
Het was uiteraard uitstekend weer om naar een tuincentrum te gaan. Ik heb viooltjes gehaald en vergeet-me-nietjes. Die gingen per traytje van zes. Toen ik bij de kassa kwam bleek er op het hengseltje van de vergeet-me-nietjes geen prijsstickertje te zitten en de kassamevrouw moest een collega de winkel in sturen om te kijken wat ze kostten. Ik val als een blok voor vergeet-me-nietjes dus had niet eens gekéken naar de prijs. Niet erg bewust, ik weet het.
Het duurde erg lang voordat de collega terugkwam. Heel erg lang en dat werd de rij achter mij ook, want er was op dit redelijk vroege uur maar één kassa open. Je voelt je dan toch wat opgelaten, hoewel het oponthoud helemaal mijn schuld niet was.
De mevrouw ging bellen om te vragen of haar collega misschien verdwaald was of zo. “Wat moest ze dan doen?”werd er kennelijk aan de ander kant gevraagd. “Ze moest kijken hoe duur die blauwe bloemetjes zijn”. “Wélke blauwe bloemetjes?” veronderstelde ik dat er werd gevraagd. Want ze hebben bij Intratuin héél véél blauwe bloemetjes. De caissière raakte nu toch wel een beetje in paniek. “Ja, weet ik veel hoe ze heten: van die kleine blauwe bloemetjes!”. “Vergéét-me-nietjes!”, zei de hele rij, die ook wel es naar huis wilde, in koor.
“O, zijn dát nou vergeet-me-nietjes!” zei de kassadame opgelucht, “nou, dát vergeet ik niet meer!”. En toen kwam de collega terug met de boodschap dat ze qua prijs nog niet in de computer zaten. “Wat dóe ik dan nou?”, vroeg de caissière. “Doe maar net of het viooltjes zijn”, was het antwoord.
Dus nu heb ik vergeetviooltjes……..









