Haakjes……

dit is een haakje van niks....

Dit jaar had ik er zin in om de kerstboom al vroeg neer te zetten. Ik ben niet de enige als ik zo rondkijk op straat. Donkere dagen, winterse temperaturen, het werkt allemaal mee. De benedenverdieping van ons huis is zover klaar en de rest, hebben ze beloofd, in ieder geval voor de kerst. Daar kijken we gewoon even niet.

Dus haalden we de dozen en doosjes, waar de kerstspullen inzitten naar beneden, we zetten Beethoven, die als borstbeeld op onze piano staat, zoals elk jaar zijn kerstmuts op, waar hij, echt waar, ineens veel minder chagrijnig van gaat kijken, en we gingen aan de gang. Na de nodige tegenslag met de boom, de lampjes, de snoertjes en de stekkers, niks bijzonders, want dat is élk jaar zo, komt het leukste. Ik vergeet elk jaar wat we ook alweer aan toeters en ballen hebben qua versiering dus dat is steeds weer een verrassing. Ik koop haast nooit iets bij, want ik hou van een nostalgische ouderwetse boom met de kleuren die volgens mij bij kerst horen.

Ik heb zelfs een vogeltje op zo’n knijpertje met een veren staartje dat nog van mijn moeder komt. Het beestje moet tientallen jaren oud zijn en je moet hem goed vastknijpen aan een tak, want anders hangt ie binnen de korste keren ondersteboven. Ik koester hem en pak hem na gebruik altijd zorgvuldig in papier. Vandaar dat ie nog leeft. Ik hoorde in een programma over “styling”, dat de kleur “lime” het helemaal gaat maken dit jaar. Ook voor kerstballen. Dat staat dus niet bij mijn vogeltje.

Maar ik had meer tegenslag, want ik heb de kerstboomballenhaakjes, die ik altijd netjes terugdoe in het doosje, zo goed opgeborgen, dat ik ze nérgens meer kan vinden. Ik moet dus wachten tot morgen als de kerstboomballenhaakjeswinkel weer open is. Onze boom heeft nu dus alleen maar lichtjes en een vogeltje. Mooi eigenlijk wel……….


Kookpunt…….

 een farce......

De “geen fratsen”-kruidenier heeft momenteel een geinige reclamespot. Staat er een mevrouw een joekel van een kalkoen klaar te maken. Ze volgt keurig het recept. Dan zegt de voice-over: “Farceer nu de kalkoen”. Ze draait het beest een paar keer ondersteboven, kijkt verwilderd in de camera, want ze heeft geen idéé wat ze moet doen. Zoals veel mensen waarschijnlijk, die zo’n opdracht zouden krijgen.

Nou, ik kan best koken, mijn familie leeft nog, maar echt recepten volgen doe ik eigenlijk sporadisch. Ik ben meer van de snufjes, scheutjes, beetjes en handjes. En je doet wel eens aardige vondsten doordat je kookt met wat er toevallig in huis is. Of omdat er spullen óp moeten of omdat de diepvries nodig ontdooid moet. Geen haute cuisine in ieder geval.

Het moet er wel altijd lekker uitzien. Als je niet precies kunt zien wat het is vind ik het al niet geslaagd. Ik hou van kleur en daarom vind ik salades opmaken het leukste dat er is.

Ik kan me de wanhopige blik van die kalkoenmevrouw echter heel goed voorstellen. Mij weerhoudt de kookterminologie in recepten vaak om ze te gebruiken of ik geef er mijn eigen draai aan. “Farceren” heb ik even opgezocht: dat is vullen met gehakt vlees, truffels of vis. Dat weten we dan weer. Ik ga maar eens ’n kookwoordenboek kopen, als dat bestaat, want je moet toch niet op een wóórd te vangen zijn als huis-tuin-en keuken-voedseldeskundige………..


Rouwrandje…..

.......

Prins Bernhard is dood en dat heeft een langdurige nasleep. Voor mijn gevoel veel langer dan bij de twee vorige konink-lijken. Het programma voor de hele week is bekend, wordt correct afgewerkt en toch moet er in elk nieuwsprogramma, of het nou tv is of radio, overgeschakeld worden naar een verslaggever, die ter plekke staat te zijn. Want veel meer doet ie niet, er gebeurt niks dus heeft ie eigenlijk ook niets te melden.

Die man gaat dan mensen interviewen die in de rij staan te wachten om langs te baar te lopen. Er was een mevrouw die zei dat ze het “wel leuk” vond om even te gaan. Ze schrok er zelf van: “O nee, het ís niet leuk natuurlijk!”, giechelde ze. Twee mannen uit Brabant maakten er een dagje uit van, zeiden ze. Ze waren toevallig vrij. Eerst even langs de prins, maar daarna de stad in, wat drinken en misschien nog even naar het strand. Gezellig. We hoorden ook een mobiel gesprek, dat een vrouw in plat Haags met haar schoonzuster voerde:”Ja, ik staat in de rij, maar gelukkig is het goed weer. O gunst, ze houwe een luidspreker voor me gezicht! Ik kom straks nog wel even bij je langs voor een bakkie als ik naar de mart ben geweest. Ja, doeg!”. Dat is dan kennelijk nieuws.

Mensen staan met plastic boodschappentassen in een condoleancerij. Het volk, ja, net wat u zegt, maar ik vind het eigenlijk geen gezicht. Ach, Bernhard zal het niet zo erg vinden, hij las de Telegraaf, maar van sommige mensen snap ik niet wat ze daar doen.

Die veteranen zondag, toen Bernhard na 67 jaar Soestdijk verliet, dat was ontroerend. De jagers met hun saluut, wat je ook van jagen vindt, het was de afsluiting van een tijdperk. “Einde van de jacht” ook voor Benno. Maar ondertussen zal ik blij zijn als het zaterdag is. De verslaggevers ook, denk ik……..


Sint…..

dat zullen we doen, sint!....

We vierden gisteravond Sinterklaas, zodat de kinderen de hele zondag de tijd hadden om met hun nieuwe spulletjes te spelen. We waren in het huis van onze jongste dochter en haar man. De kinderen waren wel wat opgewonden, maar ze zijn zo zoetjesaan door de wol geverfd, hoor! Ze zien hem aankomen op televisie of “in het echt” in stad of dorp. Vanwege al een Sinterklaasfeest op school of kinderspeelzaal en dan nog Sinterklaas op papa’s werk dus dan kan Sinterklaas gewoon thuis er nog wel bij.

Dat had je vroeger minder, dan concentreerde de spanning zich op één avond. En wat moesten wij ons in bochten wringen om het allemaal een beetje natuurlijk te laten lijken! Er was meestal een leuk Sinterklaasverhaal op de televisie ’s middags om in de stemming te komen. En dan ’s avonds een plotseling wc-bezoek compleet met waterspoeling om de afwezigheid van een van de ouders te verklaren, er moest hoognodig even iets aan de buurvrouw worden gevraagd, je holde je ongelukkig om op tijd weer binnen te zijn na het gebonk op de ramen.

Onze dochter vertelde gisteravond gewoon, dat ze voetstappen had gehoord buiten en even was gaan kijken. In werkelijkheid had ze de in de garage verzamelde zakken met cadeautjes op haar gemakje achter het huis gezet en toen pas alarm geslagen! Het is makkelijk als je wat buitenaf woont, waar het donker is en je de ruimte hebt! Ze was niet eens gemist, want er was andere familie zat! De vreugde bij het “vinden” van een en ander was uiteraard groot en hoe dat spul daar gekomen was? Volkomen oninteressant!

Sinterklaas vieren is het leukst met kinderen eigenlijk. Alleen de gedichten moeten superkort zijn, want daar hebben ze geen geduld voor. Dat is wel jammer, want wij zijn een familie van rijmelaars. Maar dat komt later wel weer. We spreken elk jaar af, dat we het niet te gek zullen maken, maar het was toch wel weer zo, dat er veel cadeautjes waren voor iedereen.

Ik begin zelf al in augustus rond te kijken, dat is een afwijking, ik weet het. Ik kan niet tegen “last minute”. Behalve bij gedichten, dat is heel gek, die rammel ik er zo uit als er druk op staat. Nog een afwijking waarschijnlijk.

Onze oudste kleinzoon, die al leuk begint te lezen, was zeer trots dat hij de namen op de pakjes zelf kon lezen. Hij mocht ze uitdelen. Hij was de hele avond in topvorm. Erg leuk. “Dit cadeau is voor…..”, zei hij dan. Z’n vader zorgde voor de eerlijke verdeling.

’n Hele gezellige avond en nu óp naar de kerst. Ik heb het idee, dat de mensen in deze donkere tijden en dat donker dan in meerdere opzichten, behoefte hebben aan licht en warmte. Ik ook. Ik heb al veel buitenkerstverlichting in de tuinen gezien . Onze kerstboom staat ook vroeg dit jaar, dat is zeker en dan met onze nieuwe verwarmingsketel……..


Bruidstaart met muisjes……

boeketje......

Kijk, tegenwoordig is het niks bijzonders meer als de vrouwelijke helft van een bruidspaar uitgedijd voor de ambtenaar van de burgerlijke stand verschijnt en zelfs een pastoor blijkt er niet mee te zitten.

In vroeger tijden was dat een schánde en ik herinner me daarover een liedje van Jules de Corte: “Het bruidspaar”.

Het jonge paar kwam stijfgearmd van het stadhuis
Geëscorteerd door slechts een paar familileden.
Er zou geen bruiloft zijn, omwille van de vrede
Alleen een heel bescheiden schijnreceptie thuis.

En in de ouderlijke woning van de bruid
Kreeg iedereen een kopje thee en een gebakje.
Er waren vier felicitaties plus een pakje
En na een uur liet men de laatste gasten uit.

Toen was het allemaal gelukkig weer gewoon.
Ze gingen zwijgend naar hun zolder met zijn beiden
Waar niemand zag hoe hij haar troostte toen ze schreide
En vijf maand later werd ze moeder van een zoon.

Die kreeg de namen van papa van vaders kant
Als een gebaar van goede wil aan de familie.
Men stuurde kaartjes rond naar ieders domicilie
En plaatste voorts een advertentie in de krant.

Welnu, de enige die kwam was Truus van Hoof
En alle anderen lieten taal noch teken merken.
Die zaten ’s zondags vroom en vredig in hun kerken
Om God te danken voor hun spijkerhard geloof.

Ach ja, het christelijk mededogen was kennelijk ver te zoeken in die dagen. Tijden verbeteren ook wel eens! Een stel hier in Apeldoorn had het, terwijl ze breeduit op de voorpagina van de krant stonden vandaag met de op hun trouwdag geboren baby in hun armen, toch heel wat gezelliger! “Wat een trouwcadeau!”, verzuchtte de bruidegom, die niet eens tijd had gehad om zijn trouwpak uit te trekken.

De avond voor de bruiloft waren de vliezen al gebroken, maar de bruid had nog geen weeën dus hadden ze de festiviteiten maar gewoon door laten gaan. Je moet maar durven! De burgerlijke stand haalden ze ongestoord, maar in de kerk moest de pastoor zijn verhaal snel afraffelen, omdat de bruid wel érg rare gezichten begon te trekken!

Ze moesten rap naar huis, waar om half vijf ’s middags dochter Isabelle werd geboren. De familie zat toen al hoog en breed in het restaurant waar de receptie en het diner plaats vonden. Zonder het bruidspaar, want dat was even verhinderd. De familie heeft er een heel gezellig feest van gemaakt. De bruid was dus in haar allerlaatste zwangerschapsweken en dan vind ik het toch wel een staaltje van spannende timing, hoor, zo’n bruiloft! Ze doen ook vast aan bungyjumpen of zo……….


Vriendelijke vriend……

wie dit kan weerstaan is zelf een robot....!

In Japan is een zogenaamde “knuffelrobot” op de markt gebracht, las ik. Bestemd voor eenzame ouderen. Het beest kan rollen met z’n ogen om diverse gemoedstoestanden te simuleren en als je bepaalde zinnetjes tegen hem zegt heeft ie de mogelijkheid om terug te praten. Hij is, echt Japans, ook zeer beleefd in zijn optreden en dat is mooi meegenomen natuurlijk.

Ik ben wel ouder, maar niet eenzaam dus voor mij hoeft zo’n ding niet. Bovendien heb ik een knuffel, die best wel beleefd is in de omgang, regelmatig terugpraat waarbij ik niet op mijn woorden hoef te letten. Dat rollen met z’n ogen wil alleen niet zo lukken, maar hij weet door een zogenaamd “gefocuste” blik op zijn lege glas en door daarna zijn ogen op mij te richten zonder woorden wel te bewerkstelligen dat ik opsta en nog een borrel voor ‘m inschenk. En wie is hier dan de robot? Met afstandbediening.

Als ik ooit in een eenzame toestand mocht geraken denk ik toch, dat ik liever een hond zou hebben of zo. Die kunnen dingen met hun ogen doen waarmee je subiet voor de bijl gaat. Zijn gemoedstoestand is overduidelijk af te lezen aan zijn bodylanguage, terugpraten kun je hem best leren en ’n onbeleefde hond heb ik nog nooit gezien. Ja, als méns en die zijn meestal nog ondankbaar ook……..


Verjaard……

hij wel......

Soms wou ik wel, dat ik, zoals mijn echtgenoot, in de zomer jarig was. Hij heeft altijd mooi weer, het is vaak lekker warm, we kunnen buiten zitten en leuke buitendingen doen. Dat hadden mijn pa en moe wel eens wat beter mogen plannen destijds. Want vandaag was het koud en grijs en het enige buitending, dat ik heb gedaan vanmorgen was, op een holletje, wat boodschappen doen. Het is niet anders.

Mijn zusje is geweest en tegen de avond kwam mijn familie gezellig eten en hoewel dat allemaal binnen plaats vond was ik daarna toch best tevreden met mijn winterse verjaardag. Ik ben weer een jaar ouder, dat wel.

Hoewel mijn zoon vannacht om twaalf uur, toen mijn verjaardag begon, iets heel diepzinnigs zei. Zelfs op dat uur en na wat pilsjes, maar toch. Hij stelde, dat het eigenlijk onzin is om je verjaardag ver”jaar”dag te noemen. Je gedenkt je geboortedag. Ik ben op een leeftijd, dat ik geen zin meer heb in jaartallen dus ik vind dat een mooie gedachte.

“Happy birthday” is een mooie wens. Leuker dan de mij vaak gestelde vraag vandaag:”En hoe oúd ben je nu geworden?”. De hoeveelste “return of the day” het was is eigenlijk onbelangrijk en dat heeft ie mooi verzonnen, of niet dan……?