Elk nadeel enz…..

Mijn kloris leent zijn leesvoer altijd bij de bibliotheek Aangepast Lezen, die er voor zorgt dat hij altijd op de hoogte blijft van alle boeken die op geluidsband verschijnen.( Dat klinkt nogal ouderwets: geluidsband, maar dat zijn natuurlijk gewoon cd’s.) Zo was hij al heel snel in het bezit van “De Verrekijker”, het boekenweekgeschenk, dat dit jaar geschreven werd door Kees van Kooten.

Maar het voordeeltje, nou, noem het maar gerust een VOORDEEL, dat hij heeft is, dat het werkje voorgelezen wordt door de schrijver zelf. Mijn man zegt, dat het geen voorlezen is,  dat bij andere boeken meestal wel gebeurt. Nee, Kees vertélt. Je hoort ‘m zelfs rommelen met papieren en hij vertelt waar hij mee bezig is. Kloris was zeer enthousiast.

De visueel lezende ontvangers van het boekenweekcadeau hebben dat voordeel dus niet. Tja, hád je maar blind moeten wezen…..


24-uurs toezicht…..

Mijn kloris heeft ’n nogal fluctuerende bloeddruk. Van heel erg hoog tot gewoon, zoals bij zijn leeftijd past. Hij voelt daar op zich weinig van, maar het is natuurlijk wel raar. We gingen er dus mee naar de dokter. Die heeft ‘m nu door de assistente een mysterieus kastje laten omhangen, dat elke 20 minuten zijn bloeddruk meet. Hij moet dat ding 24 uur bij zich houden. Bij alles wat ie doet.

Hij houdt nogal van ‘gadgets’ dus hij vindt ’t best interessant. En nu wordt ook es duidelijk waarvan hij nou precies zo opgewonden raakt, dat die bloeddruk omhoog vliegt. Ben ik wel benieuwd naar. Ik moet als zijn secretaresse al zijn activiteiten noteren en opschrijven wat en van hoe laat tot hoe laat. Toiletbezoek zal wel niet hoeven, dat doe ik niet, hoor. Hij gaat natuurlijk wel met z’n secretaresse naar bed, maar dat doet ie al zoveel jaar, dat zal ‘m geen verhoging geven.

Vanavond gaan we trouwens klaverjassen bij vrienden en nou ben ik benieuwd of je in de curve bij de dokter zal kunnen zien of ie gewonnen of verloren heeft! Dat zou wel grappig zijn. Morgen gaan we, om dezelfde tijd dat hij het kastje gekregen heeft, dat weer inleveren en dan kan er uitgelezen worden hoe zijn bloeddruk zich gedraagt.

Het ding mag niet nat worden dus er kan niet gedoucht worden. Dat staat ook in de instructies die we hebben meegekregen. De assistente vertelde, dat het apparaat door een vorige gebruiker ontregeld was geweest, doordat hij ermee in het zwembad was gesprongen.

Gebrek aan intelligentie? Ja, misschien wel. Maar ik heb het nagelezen: er staat in die bijsluiter echt alleen maar wat over douchen. Over zwemmen hebben ze ’t niet, hoor…..tja…..


’n U-bocht…..

Engelstaligen hebben ’t toch maar makkelijk. Die zitten niet, zoals wij, met dat wel of niet tutoyeren.  ‘Je’ waar het mag en ‘u’ waar het moet.  ‘You’ past overal.

Nou kregen wij van de week een mailtje van een verzekering en daar stond: “Je overzicht staat klaar…”enz.  En toen kwam Neckermann er nog overheen met: “Je bestelling is verzonden…..”enz.  Dat was ook zo, is keurig bezorgd en net zo keurig door ons betaald.

De meeste bedrijven op internet hebben het niet zo met de persoonlijke voornaamwoorden. Ze hebben natuurlijk ook goedkoop, jong personeel, dus het moet  er allemaal ‘vlot’ uitzien in de communicatie, maar dat personeel is geen klant.

Dat amicale gedoe, ik begin d’r ’n beetje een hekel aan te krijgen. Je moet meestal  je geboortedatum vermelden als je iets bestelt ergens om enigszins je betrouwbaarheid vast te kunnen stellen, dus ze weten sowieso hoe oud een klant is. Eigenlijk vind ik een en ander dan onder de noemer ‘respect’ vallen. Het zou er best eens ’n beetje op vooruit kunnen gaan als er wat minder  getutoyeerd zou worden in bepaalde gevallen.

Natuurlijk zou ik het erg raar vinden als mijn kinderen en ook de kleinkinderen ons ineens met ‘u ‘ gingen aanspreken. Maar dat is mijn familie. Dat is een warme connectie.

Dat kan ik van meneer Neckermann niet zeggen…..


Zorgzame gemeente…..

Gisteren kregen we een brief van de gemeente Apeldoorn. Een speciaal aan ons op naam gestelde brief. Rats, rats, gauw openmaken, want ik was natuurlijk hartstikke benieuwd wat voor verandering of bezuiniging ze nu weer voor ons in petto hadden.

Maar nee, het was een aanbod! Of we een senioren-adviseur op bezoek wilden hebben, die ons kon inlichten betreffende allerlei voorzieningen, regelingen en hulp, waar we anders niet van geweten zouden hebben en dus ook geen gebruik van zouden maken. Ik heb de brief goed doorgelezen, want er is van alles. Thuiszorg, huursubsidie, vervoersregelingen, maaltijdvoorziening, activiteiten waar je heen kunt als je niks te doen hebt. En je kunt bij het aanvragen daarvan hulp krijgen. Als je bejaard bent, zoals wij, dan kun je daarvoor in aanmerking komen.

Alle punten langs lopend kwam ik tot de conclusie, dat wij eigenlijk al van alles zelf geregeld hebben. Thuiszorg hoeft niet. We hebben een schoonmaakengeltje, dat al zeven jaar controleert of we de boel een beetje netjes houden en ze klaagt nergens over. Haar man is onze handige Harry en hij heet ook nog eens zo. Ook handig voor een bejaarde, dat vergeet je niet zo makkelijk.

We eten elke dag erg lekker, want mijn zoon houdt van koken en zelf heb ik er ook geen hekel aan dus dat zit wel goed. Geen tafeltje-dek-je nodig. Onze mobiliteit is ook nog goed. We carpoolen. De auto staat zelfs nog op mijn naam. Ik rijd nog naar genoegen van mijn kloris. Nou ja, dat even te korte bochtje in de parkeergarage vorig jaar, maar echt ernstig was dat niet.  En het grote werk laat ik sowieso over aan mijn zoon. Als ie tijd heeft.

Verder vervelen wij ons nooit. Dus activiteiten? Niet nodig. Druk zat. We zijn niet eenzaam ook. Gelukkig.  Op het praktische vlak hebben we de glazenwasser voor de ramen en de tuinman voor de tuin. We hebben op dit moment niks nodig. Ja, lente graag, maar dat is wat anders.

We hoeven niet echt op ’n houtje te bijten al zijn we niet rijk. Genoeg is ook rijk. Geen subsidie nodig. Ik ben me ervan bewust dat dat niet voor iedereen geldt. En als ik het voorgaande overlees hebben we die senioren-raadgever dan ook niet nodig. Dat kon je aangeven op een antwoordformulier dat bij het gemeentelijke schrijven zat. Dat je “geen prijs stelt” op dat bezoek. Dat is niet waar, maar het is in ons geval niet nodig. Ik heb op het formulier op de plek waar je ‘opmerkingen’  kwijt kon dan ook geschreven dat ik het áánbod zeer op prijs stel. En dat is ook zo. Het gevoel, dat je in een gemeente woont waar, zo nodig, voor je gezorgd wordt, is in deze mallotige tijd best goed. Moet je ’t wel willen natuurlijk…..


Vrij gezellig…..

In een Engelse kennisquiz die ik zag op de BBC vroeg de presentator aan de kandidaat, een dertiger,  hoe z’n leven er uit zag. Was ie getrouwd, had ie kinderen? “No wife, no kids, no worries!” antwoordde hij vrolijk.

Hoe eenvoudig kan zo op ’t oog iemands leven zijn. En hij won ook nog eens. Vier-en-een-half-duizend pond. ’n Slimme vent dus. Maar wat hij met het geld ging doen wist hij nog niet precies. Kijk, dat had ik nou  weer wel geweten…..


Klikspaan…..

In Amerika loopt ’n blinde rond, die op 1-jarige leeftijd z’n gezichtsvermogen kwijtraakte door kanker. De ziekte heeft hij overwonnen, want hij is er nog. Maar wat bijzonder is: hij heeft zichzelf een soort ‘klik’-systeem aangeleerd, waarbij hij door echo de vorm van objecten die hij tegenkomt kan lokaliseren. Dat klikken doet hij met z’n tong. Ik heb er ooit wel es ’n filmpje van gezien.

Deze man is er zó goed in, dat hij zelfs kan fietsen! Nou ja, ik neem aan niet dwars door New York of zo, maar toch. Hij  ‘ziet’  met zijn hersenen, zeggen onderzoekers. Ze hebben zich aan zijn gebrek aangepast.

De wetenschappers hebben ook mensen getest, die het kunstje op latere leeftijd hebben aangeleerd, maar die hersenen waren er minder handig mee. Het is dus zaak dat je vroeg begint met klikken. Ik zie mijn privé-blinde nog niet zo gauw tongklikkend rondlopen hier. Eigenlijk ben ik daar wel blij mee. Het geeft zo’n onrust in huis, hè? En we hebben nogal wat objecten ook.

Wat hij wel deed vroeger, als hij  tijdens z’n  werk in de  gebouwen van ons revalidatiecentrum  bezig was,  dat ie  ‘vingerknippend’  (met  duim en middelvinger, ik probeer dat wel es, maar ik kan ’t niet!) door de gangen liep, waardoor hij precies wist waar hij was. Zijgangen, open deuren en zo  hoorde hij door echo. Hier in huis hoeft dat natuurlijk niet. Wij hebben geen zijgangen en deuren doen we gewoon dicht.

Ondertussen vind ik het wel bijzonder van die klikman. Ze gaan nu onderzoeken of het systeem bij meer blinden kan worden toegepast. Ik vraag het me af. Je hersens moeten d’r maar aan willen.

Ik  moest trouwens  ineens denken aan Miriam Makeba met haar Clicksong lang geleden. Helaas leeft ze niet meer, maar er is een leuk You Tube-filmpje van haar. Erbarmelijk slecht van beeld, maar daarin legt ze uit waar háár klik vandaan komt. Uit haar  Xhosa moedertaal. Zij was een groot  kliktalent……!

 


Plezierjacht…..

Weer eens ’n grappig onderzoek. Ze hebben proefpersonen onder handen gehad, die vanaf hun vroege jeugd, dat wil zeggen vanaf hun zesde, zevende jaar, muziekles hebben gehad en ook mensen die daar op latere leeftijd mee zijn begonnen. De eerste groep heeft betere hersenverbindingen omdat ze al op jeugdige leeftijd opdrachten hebben verwerkt, waarbij ze visuele, auditieve en motorieke aansturingen vanuit de hersenen moesten aanspreken. Dat kunnen ze nu allemaal meten, die wetenschappers.

Dat die lui dan ook allemaal betere muzikanten zijn geworden staat gelukkig helemaal niet vast. Dat komt doordat er bij het muziekmaken ook nog wel andere eigenschappen nodig zijn. Emotie, enthousiasme, presentatie, beleving en wat voor muziek het is. Je genre, zal ik maar zeggen. Speelt allemaal mee. Het hoeft niet alleen maar klassiek te zijn en ook niet alleen maar heavy metal. Ik noem maar wat. Dat is het leuke van muziek! D’r is van alles van.

Als je wel eens biografieën leest van beroemde musici en er achter komt hoe ze vanaf hun vroegste jeugd worden gedrild, omdat ouders en/of leraren hadden ontdekt, en dat zomaar zonder computer, dat ze van die goeie hersenverbindinkjes hadden, nou, dat vind ik wel es zielig, hoor. ( Maar dat heb ik met de voetballertjes van nu ook, maar dat  zal wel weer een andere hersenafdeling zijn.)

Ik was zelf een jaar of zes, dat ik noten kon lezen. Geen partituren natuurlijk, maar gewoon als een kind van zes. Er was altijd veel muziek in ons huis en dat vormt je wel als kind. Ik had voor het eerst echt pianoles toen ik een jaar of tien was. Van Tootje, een secretaresse van het accountantskantoor van mijn vader. Dat deed ze dan in haar lunch-uurtje, want we woonden achter het kantoor. Ze gaf gezellig les, at onderwijl haar boterhammetje en dat waren dus mijn eerste stappen. Die vast nog goed waren voor mijn al tienjarige hersenverbindingen. Ik heb veel van haar geleerd, want ze was een goeie pianiste.

Maar toen ze veranderde van baan ging ik naar een ‘echte’ muziekschool. Dat was andere koek. Ik kreeg een lerares van het type rechtvaardig, maar zeer streng. Lette op gesmokkel met de vingerzetting en daar was ik nou juist zo goed in. Ik heb door verhuizingen nog andere leraren gehad ook, maar ik heb “nuttig” piano leren spelen. Heb dat zelf ook gelukkig nog door kunnen geven aan aardig wat mensen.

Ik heb een aardig goed muzikaal gehoor en dat is heel nuttig gebleken bij het begeleiden van schoolfeestjes,  koortjes en cabaretgroepjes. Veel plezier van gehad. Zo spelen was erg leuk. Natuurlijk heb ik best wel eens gewild, dat ik het béter kon. Vooral als ik dan mensen hoorde, die vanaf het begin nog beter op de vingerzetting hadden gelet. Maar  ach…..

Mijn kloris en ik hebben, de heer zij geprezen, allebei dezelfde muzieksmaak. Dat is lekker, hoor! Zo hebben wij onze Bach-momenten, Rachmaninoff-uren, jazz-stemmingen en we kijken zélfs naar ‘de beste zangers van Nederland”. Dat vinden ze zelf niet en wij ook niet. Maar er wordt in dat programma plezier-muziek gemaakt. En er zit een fantástisch stel muzikanten achter ze en dan kom je met elkaar tot verrassende dingen. Daar geniet ik van. Leuk toch…..?

 


Wat heb ik nou aan mijn fiets hangen…..?

Nu het economisch allemaal wat minder gaat, zie je dat er veel sociale projecten ontwikkeld worden. Zo is er in Beekbergen een instelling waar ze mensen opvangen die door drank, drugs of andere oorzaken een beetje van de weg zijn geraakt. Door arbeidstherapie proberen ze die mensen weer op de rails te zetten. En dat werkt, letterlijk.

Zo hadden ze een oproep geplaatst om ongebruikte fietsen te verzamelen, die ze gingen opknappen om ze te bestemmen voor mensen, die er tijdelijk of permanent een nodig hadden, maar dat niet zelf konden bekostigen. Op die vraag naar fietsen is goed gereageerd, ze hadden er wel honderd en vandaag stonden de eerste opknappers in de krant. Zowel de fietsen als de mensen. De eerste zending  fietsen werd afgeleverd bij een opvanghuis voor jongeren in een crisissituatie.

Iedereen blij, zou je denken. Maar deze mutsige Elswhere dan weer niet. Het initiatief is schitterend, laat ik dat vooropstellen. Maar wat hebben ze nou gedaan: ze hebben die fietsen allemaal hetzelfde gespoten in opvallend blauw met wit. Als je op zo’n karretje rondrijdt weet iedereen, helemaal na dit verhaal in de krant, dat je een crisisfiguur bent, terwijl je waarschijnlijk hard bezig bent dat etiketje kwijt te raken.

Het doet mij denken aan wat ze in de crisis van de jaren dertig hadden verzonnen. ( En geloof me, ondanks mijn leeftijd heb ik deze wetenschap via  overlevering, hoor!)  In die tijd had je rijwielbelasting en had je een metalen plaatje op je fiets om te laten zien dat je betaald had. Maar als je door werkloosheid en dientengevolge armoede die belasting niet kon voldoen dan kreeg je van gemeentewege een belasting plaatje, om op je fiets te monteren,  met een gat er in. Zo kon iedereen mooi zien dat je geen werk had en moest leven van de bedeling.

Ik vind dat blauw/witte fietsenplan dus niet zo’n goed idee. Misschien was die verf ook een krijgertje, dat kan, maar dan nóg. Knap die fietsen nou gewoon op in hun eigen kleur. Zet desnoods ergens verdekt een nummertje, zodat ze niet in een circuit verzeilen waarvoor ze niet bedoeld zijn en de politie ze eventueel kan herkennen als crisisfiets. GPS is te duur, dat snap ik. Het is crisis tenslotte…..

 

 

 


Húp Henk!……

Dat er in de bevolkingsgroep waarin jij je bevindt iemand is, die voor je opkomt, is in principe natuurlijk helemaal niet verkeerd. Henk Krol van de Ouderenpartij lijkt me een bevlogen man.  De vandaag  jarige koningin zit ook in mijn leeftijdscategorie, ze is zelfs jonger dan ik, maar voor haar wordt wel gezorgd. Daar maak ik me geen zorgen over en Henk ook niet, denk ik.

Tweeëntwintig honderd personen hebben trouwens gezorgd dat er een portret kwam van de koningin. Uit de inzendingen is een keuze  gemaakt en in een expositie te zien  op Het Loo. Ze verwachten veel van de toeloop. Ik hoef er niet heen, vind het wel best. Eén keer Beatrix vind ik genoeg, hoef geen zaal vol.

Wat zouden ze trouwens met al die portretten doen, die d’r af moeten in alle gemeentehuizen, politiebureaus, rechtbanken en belastingkantoren? Of zouden ze in die laatste panden niet hangen? Daar moet trouwens wel een herdruk komen van alle dwangbevelen. Dat ze “In naam der Koningin”  je spullen komen weghalen kan niet meer. Wordt nog een flinke kostenpost met al die faillissementen.

Wij hebben de korting op ons pensioen al gemerkt deze maand. En het wordt misschien nog wel meer in april. Er is een brief aangekondigd. We zien het wel. Vanaf 30 april zijn we in ieder geval met z’n  zeventien miljoenen WA verzekerd……

 

 


Het brandt weer…..

Mijn neef woont in Melbourne in een bosrijk gebied. En het brandt weer in Victoria. Het is er heet en droog dus het is weer zo ver. Mijn zus en hij bellen elkaar regelmatig: hij om te vragen of ze al “blub blub” zegt en zij vanuit Queensland om te vragen of z’n huis gevaar loopt.

Van het huis waar mijn zus woont loopt de driveway (ze mailde: wat is dat verdorie nou in het Hollands? Slááp ik weer niet….O ja, oprit!) omhoog. De straat, ze woont aan een rivier, ligt helemaal onder water, maar het huis is dus droog. En mijn neef zit ook nog veilig, want het brandt (nog) niet in zijn buurt.

Wat een land! Mijn zus zegt dat Australiërs best stoer zijn, maar dat mensen die hun huis na de vorige rampen, brand  en overstroming,  net weer in orde hadden nu hun tranen nauwelijks kunnen binnenhouden.In Queensland is qua weer het ergste wel aan het wegtrekken. In zuidelijke richting naar New South Wales,  Sydney dus.

Zus houdt me op de hoogte. Ik hield haar bij mijn keukentafelpraatjes over de familie ook op de hoogte betreffende ons weer. Ze vindt het altijd  leuk als wij sneeuw hebben. En dan heb ik het over de vooruitzichten van de Elfstedentocht en zo. Stuur haar met kerstmis de meest winterse kaart die ik kan vinden.

In één zondagje regen met bijbehorende hogere temperatuur  is hier de sneeuw, die eigenlijk niks ontregeld heeft langer dan ’n paar uur aan tijd, vrijwel verdwenen. Ik durf voorlopig geen weerpraatjes meer te houden tegen m’n zus…..