Britannia rules…..

Vrijdag gaan we voor nog een dag of tien naar Devon. In Engeland, ja. Anglofielen, niks aan te doen. Ik had, toen ik voor het eerst in Engeland was, het gevoel: “Hier ben ik eerder geweest” en die herkenning is eigenlijk niet meer weggegaan.

Ze zeggen van Hollanders altijd, dat ze de mentaliteit hebben van ‘doe maar gewoon, dan doe je gek genoeg’, maar Engelsen kunnen er ook wat van. Moet je die gekte rond de dood van Diana destijds even niet meerekenen. Daar snapten de meesten zelf ook niks van toen. (Hadden wij niet Fortuyn?).

Maar wateroverlast, aanslagen,gekke koeien en schapen, allemaal drama’s. Ze ruimen flegmatiek de rommel op, maken ‘a cup of tea’ en dat was het. Hun humor doet de rest. Die vind ik zonder meer absolutely fabulous.

En ik kan ze verstaan. Dat hebben ze voor op de Fransen, die, als je met veel pijn en moeite een redelijk Frans zinnetje hebt gefabriekt, metéén denken dat je hun taal uiteráárd helemaal machtig bent en tegen je beginnen te ratelen alsof je hun buurvrouw bent.

Ik ga dus graag naar Engeland. Ondanks dat gekke geld, dat linkse gerij, die rare miles op de borden, waardoor alles veel verder weg is dan je in eerste instantie denkt en je ook altijd maar moet zien, dat je eerst al dat water over komt. Of d’r onderdoor, dat kan ook natuurlijk. Maar dat vinden ze wel mooi daar. Het moet nou ook weer niet te makkelijk zijn om er te komen. Je moet een beetje moeite voor ze doen, want we blijven ‘continentals’ natuurlijk……


Naaidoos……

In Rotterdam opent iemand deze maand een “naaicafé”. Te vergelijken met een internetcafé. Je komt er in eerste instantie niet voor koffie of een drankje, maar omdat je iets te naaien hebt. Zoom uit je jas, zin in een nieuwe jurk of een nieuw kussentje op de bank of je hebt geen trek in draadjesrommel in je huis, dat kan ook, en dan ga je gewoon naar het café.

De uitbaatster heeft een hekel aan het tuttige imago van een handwerkjuf, zegt ze, en daarom heeft ze dit zo verzonnen. Ze geeft ook adviezen en cursussen als je daar behoefte aan hebt.

Ik vind het wel geinig. Kun je als vrouw ook eens onbezorgd naar de kroeg onder een dekmantel die je desnoods zelf nog kunt naaien ook. Hoewel ze er geen sterke drank schenken, dus dronke’lappen’ hebben er niks te zoeken.

Ik heb jaren de afdeling Textiele Werkvormen van een revalidatiecentrum onder mijn hoede gehad.

Daar was met name koffie ook zeer belangrijk én van het huis. Nu weet ik eigenlijk pas wat ik al die jaren heb geëxploiteerd: een naaicafé……!


In de kinderschoenen……

Nu per 1 augustus de buitenschoolse opvang een verplichting is voor elke basisschool en de meeste scholen het zo goed en zo kwaad als het gaat hebben geregeld (“Al is het in de hal”, las ik ergens), komen ze toch nog 20.000 kindplaatsen tekort. Dat was natuurlijk wel te voorzien geweest, vooral in de grote steden. Ik hoorde gisteren staatssecretaris Dijksma op de radio zeggen, dat ze d’r ook niks aan kon doen, maar wát er aan gedaan zou kunnen worden, nou, dat ging ze doen. Dat schiet lekker op, want een termijn kon ze niet noemen.

Volgens mij heeft ze veel te veel willen doordrukken in een te korte tijd. Zo’n tiepje is het wel. Er is veel te weinig ruimte en ook veel te weinig gekwalificeerd personeel. En dat kún je ook niet een-twee-drie oplossen.

Maar wat ik me ook afvraag, hè: worden ouders ook nog even gescreend op de reden waaróm ze hun kind naar de BSO sturen? Of dat is omdat ze inderdaad een baan hebben of omdat het makkelijk is om een paar uur de handen vrij te hebben om voor relatief weinig kosten andere dingen te gaan doen? Lijkt me wel handig om te weten en dan ook verschillende tarieven te hanteren. Werktarief en prettarief.

Hier in Apeldoorn loopt het allemaal wel, dacht ik. Ik zag leuke foto’s in de krant van kinderen die lekker aan het spelen en knutselen waren dus die redden zich wel. Eén jochie zei: “Thuis is het veel saaier”. Nou, dat is mooi meegenomen, maar ik zou me als ouder wel even achter de oren krabben bij zo’n uitspraak!

Maar de leidsters kunnen zich natuurlijk ook uitsluitend met de kinderen bezighouden, terwijl moeders thuis altijd moeten koken, wassen en stofzuigen, vooral als ze weinig tijd hebben door hun werk. Dat neemt niet weg dat er dan waarschijnlijk nog 20.000 kinderen rondlopen met een saai huis. Dat is toch vreselijk. Dijksma, opschieten…..!


Hakken en zagen……

Om zo’n uur of half acht ’s avonds, als we net het eten achter de knopen hebben en gezellig aan de koffie zitten, komt er strijk en zet een medisch programma op de televisie. Persoonlijk ben ik daar niet zo gek op en ga ik even wat anders doen, maar mijn echtgenoot vindt het bijzonder leuk om zoiets te volgen.

Vooral als er orthopedisch aan iemand gesleuteld moet worden, zodat er hakken, zagen en boren aan te pas komt, kan hij daar erg van genieten. Laat z’n blindheid nou ook nog een voordeeltje hebben: hij kan de bloederige toestanden, waar ik dus niet tegen kan, niet zien dus die storen ‘m niet. Hij hoort graag de enthousiaste uitleg van de chirurg, die nou eens precies mag vertellen waaróm zijn patiënt die zestig centimeter lange pin door z’n been gejenst moet krijgen en met hoeveel schroeven dat allemaal moet worden vastgezet. Dat zijn namelijk leuke technische hoogstandjes voor die mensen.

En al die piepjes en brommetjes van al die machines, mijn man houdt er wel van. Ik vind het ook geweldig, hoor, wat de artsen allemaal kunnen en ik heb er het volste vertrouwen in, mocht ik ze ooit nodig hebben, maar van die medische programma’s word ik altijd een beetje onrustig. En als er kinderen bij betrokken zijn zelfs treurig.

Ik stop heus mijn kop niet in het zand ergens voor, als je gezond bent mag je verschrikkelijk dankbaar zijn ook, maar ik sla die medische thrillers toch liever even over. Hoewel, morgenavond weer een nieuwe serie ER! Om kwart over tien. Dat wil ik niet missen! Ja, ik snap mezelf ook niet helemaal, hoor. Verzonnen verhaal, in het Engels en ver van mijn bed, denk ik, dat zal het wel zijn……..


Muizen met en zonder staart……

Volgens mij is het de zomer van de muizen. Ik hoor er zoveel mensen over. Onze zoon in Utrecht heeft er meerdere. Ik geloof dat ie ondertussen aan zijn achtste gevangen muis toe is. Hij vangt ze niet met gif, want dat vindt hij zielig en milieuonvriendelijk, heeft er dus ouderwetse muizenvallen voor gekocht, zodat ze met één klap uit hun lijden zijn verlost. Dat vind ik dan weer zielig, maar ja, ik heb dus ook geen last van muizen. Hij woont ( nog) in een huis dat meer dan 100 jaar oud is, dus allicht dat je daar wat inwoning hebt.

Maar onze jongste dochter woont in een supermodern huis, dat helemaal niet oud is en zij heeft er ook een, ’n huismuis. Bovendien heeft ze een slome kat op leeftijd, die na een uitbundig muizenvangend leven thans het principe huldigt: “Leven en laten leven”, dus dat is fijn voor de muis, maar dat schiet natuurlijk niet op.

Hé, en ik las dat Walter er ook een heeft, maar die vindt het alleen maar gezellig vanwege de aanspraak.

En ik las in de de krant, dat een jongen op de fiets gisteren een muis de weg zag oversteken, zich omdraaide om dat tegen z’n vrienden te vertellen die achter ‘m reden en dat ie vervolgens tegen een boom reed. Naar ’t ziekenhuis met een zware hersenschudding. Maar ja, daar kan die muis natuurlijk niks aan doen. Dat was gewoon mensendommigheid.

Wij hebben zelf al jaren een tuinmuis. Zo’n lief klein veldmuisje. Nou, die mag blijven, zolang hij buiten blijft. Binnen houden wij alleen maar van muizen met draadjes eraan. Draadlóós zelfs. Diervriendelijk genoeg toch……?


Vaatstelsel……

Tijdens de afwas kunnen er tegelijk met de zeepbelletjes in het sop briljante ideetjes opborrelen, zegt Irene van serendips in een postje van een paar dagen geleden. Het is dom werk, afwassen, dus dan ga je vanzelf aan het nadenken. Het zou kunnen, ik weet dat niet zo.

Wij hadden vroeger bij mijn moeder thuis altijd aardig wat af te wassen, zodat we dat met meerdere mensen moesten doen. Er was altijd wat gehannes over wie er mocht afwassen, want drogen en wegzetten was veel arbeidsintensiever.

Bovendien was er altijd wel een, die zogenaamd erg veel huiswerk had. Of “even” naar het toilet moest en dan helemaal niet meer terugkwam. Uiteindelijk waren het wel vaak dezelfden die de klos waren, maar dat werkte veel creativiteit in de hand, want wij zóngen onder de afwas. Meerstemmig zelfs.En als we het zelf erg geslaagd vonden dan werd het afwaswater wel eens koud van ontroering. Dat misten degenen die voor het zingen de keuken uit waren dan toch maar mooi.

Afwasmachines zijn (vind ik ook, hoor) een zegen voor de mensheid, maar cultureel gezien een verarming. Er wordt niet veel huishoudelijk meer gezongen, heb ik het idee. Want wie haalt er nog zingend de machine leeg? Hoewel, er stond van de week in de krant, dat tijdens het stofzuigen het meest wordt meegezongen met Frans Bauer en dat het nederlandstalig repertoire sowieso zich daar het best voor leent. Onze stofzuiger maakt zoveel herrie, dat het verspilde energie zou zijn.

Ik neurie wel es, hoor, maar ja, dat is geen zingen natuurlijk.Maar ik stoor d’r niemand mee. Voor alles is een tijd……..


Van miljonair tot krantenjongen…..

In de Telegraaf van vandaag stond een foto van een top-man van Heineken, die bezig was met een krantenwijk. Dat was geen bijbaantje omdat hij anders niet kon rondkomen, maar hij had ’t even overgenomen van zijn dochter van 16, die met vakantie is.

Vooropgesteld dat ik het mooi vind dat kinderen van rijke ouders ook krantenwijken moeten lopen om hun zakgeld bij te spijkeren, vind ik het ook een aardige vader. Hij zei dan ook:”Vroeg je bed uit (het was de Telegraaf namelijk) laat je weer eens voelen hoe de euro verdiend moet worden”. Dat was ie even kwijt kennelijk. Maar dat er dan een foto voor de krant tegenaan moet vind ik dan weer minder. Alleen omdat het een “dure” jongen is.

Want het is namelijk heel gewoon, hoor, dat je je kinderen helpt bij zoiets. Mijn zoon had ook een krantenwijk van de Telegraaf, waar hij ontiegelijk vroeg z’n bed voor uit moest. Daar had hij op zich helemaal geen moeite mee. Hij vond het zelfs wel lekker, zo ’s morgens vroeg als het nog zo rustig was overal.

Hij is wel eens aangehouden door de politie in de buurt van het winkelcentrum, omdat er was ingebroken in de buurt en ze vermoedden dat hij zijn fietstassen vol had zitten met gestolen waar. De dieven deden zich ook voor als krantenbezorgers namelijk. Maar dat vond ie wel spannend eigenlijk.

Op een dag was het zó verschrikkelijk koud, meer dan 20 graden onder nul, dat ik met de auto met ‘m mee ben geweest. Dat bleek verschrikkelijk onhandig. Hij moest telkens naar de auto terug om nieuwe kranten te halen en hij heeft die ochtend drie keer zoveel moeten lopen als anders. Ik mocht dus niet meer mee, ondanks mijn goede bedoelingen.

Hij kwam trouwens ook nog al eens kranten tekort. Daar werd hij steeds op aangesproken, terwijl na onderzoek bleek, dat mensen op weg naar hun werk gewoon kranten meepikten van de stapels die bij de apotheek voor de deur klaarlagen om opgehaald te worden door de bezorgers. Ik heb me erg opgewonden over de beschuldigingen dat hij wel verkeerd bezorgd zou hebben.

Het leven van een krantenbezorger gaat niet over rozen. Je moet het dan ook niet te lang doen, maar zorgen dat je zo snel mogelijk een dure jongen wordt……..


Oog voor detail……

Onze dochter fietste afgelopen zondag met man en kinderen naar Vaassen. Vanuit Apeldoorn is dat een leuk ritje. En als je er dan toch bent, kun je net zo goed eens even kasteel De Cannenburgh aan de binnenkant bekijken. Ze was daar voor het laatst geweest met school toen ze in de zesde klas van de lagere school zat.

Er was een rondleiding in het kasteel en alles was nog zoals toen en zo hoort het natuurlijk ook in een historisch pand. Alleen een schilderij, voorstellende het Salomonsoordeel ( een beetje bijbelkenner weet, dat dat het verhaal is van die twee moeders met die ene baby) hadden ze verhangen naar een andere ruimte.

Onze dochter vroeg dan ook aan de gids: “Dat schilderij hing eerst toch ergens anders?”. Dat was inderdaad zo en de vrouw was dan ook heel verbaasd. “Dat u dat wéét!”, zei ze. “Nou, ik was twaalf toen ik hier voor het laatst was en toen hing het in een andere kamer”, zei Karin. “Dat u dat dan onthoúden hebt!”, zei de gids, “goed, hoor!”. Ze was onder de indruk.

“Nou, en dat na twee-en-dertig jaar!” riep mijn schoonzoon enthousiast, trots op een vrouw met zo’n olifantsgeheugen. Die zei: “Ja, ja, je wordt bedankt, nu weet iedereen precies hoe oud ik ben!”. Toen is ze haar kinderen maar gaan uitleggen wie koning Salomo was, want ze is eigenlijk ook heel wijs, hoor, dat kind van mij……….!


Gehoord……

* Moeder en zoon van ’n jaar of 12 passeren gelijk met ons een winkel met “woonaccessoires”, je weet wel: lampjes, kussens, kaarsjes en véél frutsels. Moeder blijft staan, kijkt in de etalage en wil eigenlijk wel even naar binnen. Zoon heft zijn handen ten hemel en roept theatraal: “Nee moeder! Doe me dit niet áán!”. Talentje, hoor, rijp voor de toneelschool……


Zondag….

Een buurman aan de overkant is z’n huis aan het schilderen. De man heeft een eigen bedrijf, daardoor weinig tijd, denk ik, dus hij schildert ook op zondag.

Vroeger had je een paar uitdrukkingen zoals: “Zondagswerk is niet sterk” of “Een zondagsteek houdt geen week”. Bij hem is het een zondagstreek, maar eerlijk gezegd zie ik geen verschil met gisteren, hoor……..