Cadeautip……

contant of pinnen....?

Nou, meisjes, tot je 21e krijg je de pil vergoed en daarna zelf betalen, want dan ben je ’n grote meid. Een setje pillen, leuk cadeautje voor je verjaardag, ’n beetje gezellig ingepakt…. Eigenlijk is het leeftijdsdiscriminatie, want ik zou het verstrekken van de pil door het ziekenfonds op heel ander criteria willen beoordelen. Nagaan hoe de omstandigheden van de gebruikster zijn en of hij uitsluitend als anticonceptiemiddel wordt gebruikt, want anders is het gewoon een medicijn, zoals ik mijn pillen tegen hoge bloeddruk vergoed krijg. Terwijl niemand tegen mij zegt:”Mevrouw, ga eens even lijnen en pas uw eetgewoonten aan om te bewijzen dat het daar niet aan ligt, dat u die pillen nodig hebt. Anders vergoeden we ze niet meer”. Els Borst heeft zoiets al eens voorgesteld, dacht ik. Ik doe trouwens niet aan de lijn, maar leef aardig gezond en mijn bloeddruk is op grond van dat het in de familie zit wat aan de hoge kant, maar al jaren stabiel wat te hoog dus ik ben wel blij met die pillen. Ik wacht de volgende move van het kabinet wel af

Zouden we ook toestanden krijgen, dat iemand die rookt als eerste voorwaarde daarmee moet ophouden en als ie dat niet doet, hij geen behandeling van zijn, reeds op het pakje sigaretten aangekondigde, klachten mag verwachten? Ik zou niet graag in de schoenen van een dokter staan, die een patiënt in opdracht moet wegsturen, hoewel dat misschien wel een beetje logisch zou zijn. Het wordt een dure klant dan.

Maar toen mijn zoon laatst een operatie had ondergaan kreeg hij voor de wondbehandeling thuis zes 10×10-gaasjes en een rolletje Leukoplast op recept mee. Niet genoeg natuurlijk en de rest hebben we zelf gehaald en dat kán ook wel, maar dat doet dan weer zo kruidenierderig en halfslachtig aan. Laat het dan helemaal achterwege, want zet dat nou zoden aan de dijk als bezuiniging?

Die lijkt op de Wilnis-dijk, die alleen maar verschuift, maar ondertussen wel alles onder water zet en de mensen onverzekerd met de modder laat zitten. De tandartsen krijgen het vast ook heel rustig als de plannen van het kabinet doorgaan. Iedereen, die al bang was voor de tandarts, wordt dat nu zeker van zijn rekening! Nou ja, is dat tekort aan tandartsen ook meteen opgelost…….


Slachtbank…..

als je haar maar goed zit....

Sinds de kapper, waar ik al jaren kom, onderdeel is geworden van een grote keten, ken ik daar niemand meer. Ze zijn opleidingsplaats en het wemelt er van de stagiaires. De gediplomeerde kapsters werken veelal parttime en door de hele keten. Afwisselend, dat zal wel.

Omdat van tijd tot tijd, net als bij een schaap, de schaar d’r wel eens doorheen moet ga ik naar de kapper, niet omdat ik het leuk vind. Dat komt omdat ik me dan ook schaapachtig voel. Je bent een soort slachtoffer, onderworpen aan de scheerder, die je dan vraagt: “hoe had u het gehad willen hebben?”. En dat weet ik nooit precies, dus zeg ik: “Nou ja, kórter. Kijk maar even hoe of wat”. Dat is knap schaapachtig, dat weet ik ook wel, maar ik heb nou niet van dat geweldige haar en ik wacht al jaren op net dát coupje, dat mij eens helemaal ophaalt. En hoe ouder ik word, hoe minder kans daarop is natuurlijk! Dus ik lever me iedere keer maar weer over. Een prettig gevoel is dat eigenlijk helemaal niet, maar ja.

Vanmorgen trof ik een donkere jongen, sportschooltype, zijn haren stijf in de gel recht overeind. Ik zag hem aan voor één van de stagiaires, want hij kreeg opdracht van de moeder overste om mijn haar te wassen. Dat deed ie lekker stevig, mijn hoofd werd gemasseerd, beknepen en beklopt en als extraatje was de lichte hoofdpijn, waarmee ik was binnengekomen, na de wasbeurt verdwenen.

Toen bleek hij geen leerling te zijn, maar knipbevoegd. Gezien zijn uiterlijk begon ik licht te vrezen voor mijn eigen uiterlijk. Maar ik heb gezegd, dat het korter moest en dat ie maar even moest zien. Zoals gewoonlijk. Nou, dé coupe is het niet geworden, maar met z’n eigen oma in het achterhoofd heeft hij het niet te gek gemaakt. Heeft me wel een extra versteviging in- en aangesmeerd, maar in mijn blijdschap, dat hij me geen punkhoofd heeft bezorgd, neem ik ‘m dat niet kwalijk. En misschien heeft hij gelijk. Ik ga eerst mijn haar maar eens lekker uitkammen, dat is namelijk het eerste dat ik doe, als ik bij de kapper vandaan kom. Dan zit het tenminste weer zoals ik gewend ben……Bèèèhhhh!


Bazig…..

de baasis....

Er stond vanmorgen een foto in de krant van een drietal Groen Links-dames, waaronder de zeer zwangere Femke Halsema, dat een t-shirt droeg met, zoals vroeger de Dolle Mina’s, het opschrift “Baas in eigen buik”. Vooral van Femke vind ik dat wel geestig, want als er één is, die absoluut geen baas meer is in haar eigen buik, is zij het wel. Ze heeft rustig af te wachten, wat dat baasje of bazinnetje daarbinnen allemaal voor haar in petto heeft. Die t-shirtdemonstratie was bedoeld om te protesteren tegen het feit, dat “de pil” uit het ziekenfondspakket dreigt te worden genomen.

Laat ik voorop stellen, dat ik de pil een prima uitvinding vind, een zegen voor die oververmoeide moeders van destijds met almaar groeiende gezinnen. Wij hebben hier ook heel wat minder tienerzwangerschappen dan in, ik noem een willekeurige dwarsstraat, Amerika. Een beetje ouder, die in de gaten krijgt, dat de tienerdochter wat dat betreft gevaar loopt, praat daarover en stuurt haar langs de dokter als ze dat idee door goede voorlichting al niet zelf geopperd heeft. Voor bepaalde groepen moet de pilverstrekking blijven zoals die is, vind ik. Dat scheelt de samenleving veel geld en daar ging het toch om? Maar dat er groepen zijn, die de pil best zelf kunnen betalen, lijkt mij ook duidelijk. De pil zit in het “zieken”-fonds en je bent niet ziek, integendeel zeer gezond. “Baas in eigen hoofd” zou toch ook kunnen als slogan?

We zagen trouwens gisteravond bij “Andere tijden” het geworstel met IVF-behandelingen. De termen reageerbuisbaby, zelfs “diepvriesbaby” vielen, omdat de vaderlijke bijdrage ingevroren werd bewaard. Ook die behandeling, die een collega van ons aan twee prachtige dochters heeft geholpen, die ze anders niet zou hebben gehad, staat, wat vergoeding door het ziekenfonds betreft, ter discussie. Moeilijke materie allemaal. Wat heb ik mijn clubje dan toch ongelooflijk simpel cadeau gekregen. Geluk gehad. Nog steeds……..


Wie wat bewaart…….

zo'n kast, daar zwijmel ik van...!

Ons huis wordt aan de buitenkant geschilderd op dit moment en daar wordt een mens opruimerig van. Weggooierig ook. Kringloop en Leger des Heils gaan gouden tijden beleven. Vanmorgen was onze buurman even hier, ook een man op leeftijd, die z’n schuur aan het kuisen is. Hij gooit moeilijk weg, zegt hij. Omdat je dat wat je pas weggegooid hebt. net nodig blijkt te hebben als het er niet meer is. Hij heeft het vooral met hout, want hij timmert veel en is ook houtsnijder. Dan heb je wel wat met hout. Latjes, plankjes, balkjes, hij heeft ze in alle maten.

Ik zelf heb ’t met lapjes, knoopjes, haakjes, ringetjes, kraaltjes en lintjes. Op de afdeling textiele werkvormen in mijn laatste werkkring wisten de mensen, die nou net dat éne knoopje of die speciale kleur garen zochten, dat ik zo bewaarderig was en ik kon ze vrijwel altijd aan het gewenste helpen.

Toen ik met pensioen ging heb ik zo goed als ik kon schoon schip gemaakt. Ik kon mijn opvolgster moeilijk opzadelen met mijn vergaardrift. Toen ik later nog eens bij haar ging kijken was het mijn afdeling niet meer, logisch, maar het leek er ook niet meer op. Zij heeft namelijk helemaal geen last van vergaardrift. Er ligt nergens iets teveel. Dat werkt efficiënter en ziet er netter uit, maar ik vond het altijd wel gezellig met al die frutsels in bakjes, mandjes, doosjes en potjes.

In mijn tijd zetten we ook nog zelf de koffie en de thee. Nu staat er een supersonische replicator met vele knoppen voor vele soorten vocht. Keurige hotelporseleinen kopjes met het logo van de instelling in plaats van een allegaartje van mokken. Klantvriendelijk, zonder meer, maar niet gezellig. Tuurlijk, ze moeten meegaan met de tijd, dat wéét ik ook wel……


Omleiding…..

allebei de plaatsen op één bord, dát hadden ze eerder moeten doen!

Iets waar ik tot aan mijn dood mee gepest zal worden is het feit, dat ik in mijn leven vele kilometers ben omgereden. En het moet gezegd: ik vertrouwde een beetje veel op de ANWB door te denken, dat er wel een bord zou staan op de plek waar de beslissingen moesten worden genomen betreffende richting en/of afslag. Hoewel ik mij tegenwoordig, met routeplanner en gedegen vooronderzoek thuis, op elke rit voorbereid, kom ik nooit meer van dat warrige imago af.

Er zijn dan ook plenty verhalen in omloop, die van tijd tot tijd met veel sadistisch genoegen worden opgerakeld. Inderdaad ben ik wel eens een beetje verkeerd gereden, toen ik komend van mijn zus, die toen in Maarssenbroek woonde, na verloop van tijd weer achter haar huis bleek te staan. Maar een beetje dankbaar, dat ik ze prachtige landschappen, zelfs reigers en kasteel Haarzuylens had laten zien, ho maar!

En ja, ook wel eens een kwartier in een aardedonker bos voor een rood “werk-in-uitvoering”-stoplicht gestaan. Op zondagavond. Geen werklui te zien en ook geen verkeer, maar ik durfde er niet langs. Ze waren gewoon vergeten dat stoplicht weg te halen, maar dát ik er stond kwam ook weer door het op een verkeerde plaats verlaten van de snelweg.

Het verhaal, dat al het langste stand houdt, is wel, dat ik, alweer komend uit Utrecht, op de weg naar Arnhem terecht was gekomen in plaats van naar Apeldoorn. “Nou ja”, dacht ik, “geen slapende honden, kinderen en man wakker maken, zoveel scheelt ’t niet”. Ik vertel mijn blinde ega nooit meteen dat ik verkeerd zit. Ja, ik ben gek, zeg! Hij heeft de hele route in z’n hoofd zitten, leest kaart zonder die te zien en vraagt regelmatig : “Heb je de afslag Amersfoort nou nóg niet gehad?” en meer van die onzin, dus ik maak ‘m niet wijzer.

Toentertijd was onze oudste zoon net aan het leren lezen. “p-i-m, r-oo-s” , je kent dat wel.Toen hij dus “T-ie-l” zat te spellen achterin de auto, vloog mijn man overeind en riep:”Wáár zitten we in godsnaam!?”. Sinds die tijd was het afgelopen met stiekem omrijden en het na vele kilometers recht breien van de route!

Maar van het stempel, dat mij elk richtinggevoel ontbreekt (en daar klopt ondertussen niks meer van, ik heb heus wel bijgeleerd) word ik nooit meer verlost. Het zij zo……..


Verandering van spijs…..

niet kieskeurig.....

De dochter en schoonzoon van kennissen van ons hebben deze zomer hun adoptiekindje uit China opgehaald. Ze zijn lang bezig geweest met de procedure, het jongetje is nu anderhalf en een schatje om te zien. Onze vrienden zijn nu dus zomaar opa en oma van een chineesje.

Ik heb de foto’s gezien en hun dochter staat daar op alsof ze al jaren moeder is, zo’n anderhalf jaar om precies te zijn, zo “gewoon” en natuurlijk ziet het er uit, zij met dat kindje op schoot. Omdat ze ook heel donker en glad haar heeft lijken ze zelfs op elkaar en dat is mooi meegenomen natuurlijk!

De eerste avond, dat het jongetje thuis sliep, is hij behoorlijk te pakken genomen door een stel onvervalste Hollandse muggen. “Ach ja”, zei z’n moeder, “wat wil je, die muggen dachten ook: hé, we eten vanavond Chinees!”…….Wereldhumor vind ik dat!


Zakken…..

een hele familie, wachtend op de bus.......

Vanmorgen is Circulus weer geweest, de firma met de mooie naam, die in Apeldoorn de afvalstroom regelt. Het was vandaag “groene-bakken-dag”. Het tuinafval, dat onze tuinhulp gisteravond heeft verzameld is dus alweer onderweg naar het grote composteren. Volgende week is het “grijze-bakken-dag” en vanmiddag wordt in een aparte rit het oude papier opgehaald. Dat is altijd de derde woensdag van de maand. We kunnen in de retourette van het winkelcentrum het glas, blik en de batterijen kwijt. Het is hier erg netjes geregeld met de afvalverwerking. Er zijn mensen, die vinden dat we te veel moeten betalen aan de gemeente voor deze diensten, maar ik vind dat je voor het opruimen van je rotzooi best een navenant bedrag mag betalen. Dat een paspoort of een rijbewijs zoveel moet kosten is weer een ander verhaal, maar voor de troepsector mag je best wat overhebben.

Bij L-rs in Utrecht werken ze nog met vuilniszakken, zag ik. En dat zal op veel plaatsen nog wel zo zijn. In België moet je speciale vuilniszakken kopen, anders nemen ze ze niet mee. We hadden er in onze vakantie veel nodig. Vier kinderen in de luiers en zes mannen aan het blikbier, dat tikt wel aan!

Bij het opruimen van mijn kamertje vond ik nog een bewaard gedichtje over vuilniszakken. Dat heeft me destijds kennelijk getroffen. Het is van Victor Vroo, heet “Vuilniszakken” en gaat zo:

“Zoals ze daar ’s morgens
op de stoep tegen elkaar
aan geleund , warmte zoekend
in hun plastic jassen
staan te wachten, grijs,
vormeloos, vol afgedankt
leven, tegelijk broos
en weerloos. Je zou ze
weer naar binnen willen
halen, je ouders
wachtend op de bus.”

Zo’n gedicht maak je niet over bakken……..


Oud en nieuw….

inleveren....

Het station van Apeldoorn gaat, als de NS en de gemeente het eens worden, tegen de vlakte. Een gebouw uit 1876. Ze willen meer ruimte rond het station en hoe kun je dat beter realiseren dan door het station zelf te slopen. Vanmorgen stond er een foto in de krant waarop je kon zien hoe familie van de vroegere stationschef, die nog in de dienstwoning boven het station woonde, de sleutel inleverde bij een vertegenwoordigster van NS. De weg is vrij om te slopen. Er is een groepje mensen actief hier om te proberen het station overeind te houden, maar of dat zal lukken is twijfelachtig, want er zijn andere belangen.

Ik vind het jammer, dat zo’n gebouw verdwijnt. Als je bij de Hema boven in het restaurant er in slaagt een tafeltje bij het raam te krijgen, is het leuk om naar buiten te kijken, naar al die shoppende consumenten, ja, maar ook naar al die leuke geveltjes in de Hoofdstraat. Daar zijn prachtige staaltjes van creatief metselwerk te zien, gemaakt aan het begin van de vorige eeuw door mensen met liefde voor hun vak. Als je op straatniveau bent zie je die niet, omdat je nooit naar boven kijkt. Alle winkelpuien zijn “gemoderniseerd” tot eenheidsworstpanden van eenheidsworstwinkelketens.

Ik heb een boekje over oud-Apeldoorn en daarin kun je zien hoe het geweest is en daar hadden ze met wat moeite best wat van kunnen behouden. Als dingen kapot gaan moeten ze hersteld, maar dat zou ook in stijl en met wat historisch besef moeten kunnen. Er was in de binnenstad een man, die zijn huis ging renoveren en die schilderingen tegenkwam boven de deuren, gemaakt in de jaren twintig, dat hebben ze nagegaan. Zijn renovatie werd er heel wat duurder van, maar toch heeft ie ze laten herstellen. ’t Stond laatst in de krant hoe het geworden was. Prachtig vind ik dat. Hij had er ook een behangetje overheen kunnen plakken.

Ik begin ook een monument te worden, geloof ik, want ik wind me op als ze iets willen slopen of iets anders onherstelbaars van plan zijn! Nou ja, zulke mensen moeten d’r ook zijn. Ik reed laatst achter een auto van Van Gend&Loos op de snelweg. Die bestaan ook niet meer, maar die maken tenminste de ouwe spullen nog op, dat dan wel weer………


Prinsendag…..

Het programma van Joost Prinsen, dat een beetje egotripperig “Maandag Prinsjesdag” heet, hoewel dat natuurlijk niet zijn eigen idee hoeft te zijn geweest, vind ik best aardig. Een beetje veel Prinsen, maar dat moet dan maar. Hij is jaren jonger dan ik, maar ik denk altijd: “Wat een oubollige man! Ik zal toch ook niet…..?”. Dat moet je toch een beetje afmeten op onze leeftijd!

Er zijn mensen, die hem een begenadigd zanger vinden. Ik ben het daar niet mee eens. Voor een cabaretliedje, soit, maar vanavond begon ie ineens “Leise flehen meine Lieder”van Schubert te zingen! Dat mag hij nooit meer doen, thuis ja, onder de douche, maar niet dat andere mensen het kunnen horen.

Pianist Cor Bakker en Karin Bloemen, van wie ik de laatste liever niet zie met haar theemutsjurken, maar wel erg graag hóór, waren prettig op dreef. Zij zong een liedje “Geen kind meer” over de dag waarop je moeder sterft en dat deed ze kippenvel-mooi. Over dat je vanaf die dag geen kind meer bent. Dat is ook zo. Je schuift een generatie op. Ik kan me dat nog zo goed herinneren, dat gevoel van:” nu ben ik de oudste” . Daar moest ik vanavond erg aan denken, toen ik dat liedje hoorde.

Verder zou Bloemen veel meer jazz moeten zingen, dat doet ze fenomenaal. Liefst met Cor Bakker als begeleider. En Joost dan fijn met het mes op tafel in de sketches van Klokhuis…….


Blijspel…..

klavertje....

In Libelle 34 van deze week staan 15 manieren om je levensvreugde te verhogen. Afgezien van het feit, dat ik 15 manieren maar een schijntje vind, er zijn er beslist veel meer, zijn er niet zoveel die me ook aanspreken in het door Margreet Botter geschreven artikel. Maar dat ligt niet aan haar, meer aan mij en mijn omstandigheden. Je moet het artikel eigenlijk zelf lezen.

Ik citeer: tip 7 “Eet je blij”. Daartoe moet je bananen, sinaasappelen, paprika en sojabonen eten. Nou, ’n banaantje gaat er op z’n tijd best in, maar sinaasappels pellen is gewoon rotwerk, terwijl je van tevoren nooit precies weet hoe ze zullen smaken en daar word ik wat vreugdeloos van. Paprika’s vind ik lekker, maar dan moet er op z’n minst toch wel wat versiering bij. En sojabonen…? Ik word van het eten van heel ándere dingen blij!

Bij tip nummer 9 wijst de schrijfster op ” het genieten van het imperfecte”. Japanners noemen dat wabi-sabi. Nou, dan kan ik wel even vooruit. Om een voorbeeld te noemen: na jaren moeten er bij ons nog steeds latjes langs het parket gelegd worden. We hebben wabi-sabi-plinten en ik geniét me daar toch van! Grapje, hoor, ik weet echt wel wat ze bedoelt: schoenen of kledingstukken die het aanzien eigenlijk niet meer waard zijn, maar die je nog steeds draagt omdat ze lekker zitten. Dat is genieten. Of dat kopje zonder oor, dat je niet wegdoet, omdat het nog van oma is geweest. Wabi-sabi dus.

De laatste tip van de reeks, nummer 15, zegt dat “het afronden van een reeds lang liggende klus” je ook heel gelukkig maakt. Een boekenkast opruimen. Dat is voor mij een ramp, want ik ga alles lezen wat ik tegenkom en dat schiet dus niet op. Onkruid wieden. De tuin is zo armetierig droog, dat ik al blij ben, dat er überhaupt nog iets groens de kop opsteekt. En dat ga ik niet weghalen, ben je gek! Een berg wasgoed wegwerken schijnt je ook aan meer levensvreugde te helpen. Maar wél doorgaan tot de klus helemaal klaar is, zegt de Libelle, en ik ben bang, dat dát nou net mijn probleem is. Bovendien, er is eigenlijk niks mis met mijn levensvreugde…!