Tien, tien, tien…..!!

Vandaag werd mijn weblog tien jaar. Best wel lang om met iets bezig te zijn, tien jaar. Dat lijkt niet zo, omdat ik ’t leuk vond en vind. Nog steeds. Ik heb nog es wat stukjes gelezen van toen ik begon. Ik beleefde toen wel wat meer, zat nog iets soepeler in elkaar en was ook wat onbezorgder, geloof ik. Dat is nu anders. Ik ben geen pessimist, verre van dat, maar je moet verdorie wel veel meer zoeken naar aardige dingen.

En die zijn er wel, hoor! Als je oplet. Ze komen vaak van de kinderen, die ook veranderd zijn in die tien jaar. Ja, hè, hè ze gróéien! Wat is oma toch slim. Maar onze oudste kleinzoon is ondertussen al langer dan ik. Ik krimp, denk ik, dat helpt ‘m ook natuurlijk! Maar ik bedoel in hun manier van praten, woordkeus en woordenschat vooral. Het dochtertje van zeven van een vriendin van mijn dochter bijvoorbeeld. Ze waren ergens en haar moeder zei, terwijl ze op ‘m wees: “Kijk eens, wat een mooie vogel!”. En geen bordje in de buurt, hoor, waar dat op stond, maar haar dochter sprak met kennis van zaken: “Dat is een geelstaart ara, mama!”.

En mijn kleinzoon dan, bij wie ik van de week ’n avondje oppaste, ook al zo’n humorist. Mijn dochter deed voordat ze wegging met een nogal wilde zwaai het gordijn dicht van het zijraam en mepte toen een stenen paddenstoeltje, waarmee ze net zo’n schattig herfsttafereeltje had gemaakt op de kast op de grond. Ze zei toen géén potverdriedubbeltjes, maar iets richting onze lieve heer. Dat doet ze nooit, in ieder geval niet in mijn bijzijn. Mijn zoon die er ook was zei nogal schijnheilig (roomser dan de paus zullen we maar zeggen): “Nou, nou, dat gevloek wil ik niet horen, hoor!” “Ja, mama”, zei haar zoon van acht, bijna negen, “dit is een heilig huis!”. Nou, en om zulke dingen moet ik dan lachen. Waar halen ze ’t vandaan, die kinderen.

Nou, of jullie ’t nog leuk vinden of niet, ik ga gewoon nog even door na deze tien jaar. Zolang we nog zo’n cabaretesk gezelschap in Den Haag hebben zitten is er ondanks de ellende zo nu en dan toch wel iets te lachen, hopen we maar………


Autopech……

De ANWB meldde laatst, dat er tegenwoordig weer veel meer auto’s met pech langs de weg staan en dat dat komt doordat de mensen wegens bezuiniging hun auto minder goed onderhouden. We zagen dat in Engeland trouwens ook, hoor, in onze laatste vakantie. Wij hadden vroeger ook nogal eens ’n auto, waarvan we bepaald niet de eerste eigenaar waren. Dat was niet erg, want het reed meestal nog best en mijn kloris wist altijd “mannetjes” te vinden, die voor weinig geld een eventueel euvel konden verhelpen.

Totdat we op een dag op weg waren naar Vlissingen en bij Utrecht de koppeling kapot ging en we niet meer verder konden. Heel vervelend omdat mijn jongste dochter naar een vriendinnetje in Engeland zou gaan en de boot moest halen. En we waren pas bij Utrecht. De Wegenwacht kwam en stelde vast dat de auto naar Utrecht gesleept moest worden voor reparatie.

Er werd een taxi geregeld die ons naar Vlissingen zou brengen. De chauffeur vond het wel een geinig ritje, vooral omdat we zo in tijdnood zaten. De vaart zat er dus goed in. Ze heeft ‘m gehaald, de boot, al was ze de laatste passagier die aan boord ging en ze moest hóllen ook! Tijd voor ouderlijke vermaningen en een uitgebreid afscheid was er niet en ze was pas zestien, dus ik vond het wel een onderneming, zo’n kind alleen naar het buitenland.

Mijn kloris had geregeld, dat de chauffeur ons voor een vriendenprijsje weer mee terug nam naar Utrecht, want eigenlijk hadden we met de trein teruggemoeten naar huis. De ANWB betaalde alleen de heenreis voor ons en de terugrit voor de chauffeur ook, maar daar hadden wij niks aan. Wat er met het ‘vriendenprijsjesgeld’ is gebeurd weten we niet, maar we hebben zo ons vermoeden.

Nou ja, onze jongens, die mee waren om hun zus weg te brengen en toen iets van negen en elf waren, hadden de dag van hun leven. Ga maar na: eerst de spanning van die kapotte auto die gesleept moest worden, een rit met een snelle taxi, een mega-veerboot zien vertrekken, van Utrecht met de trein naar Apeldoorn en daar met de bus naar huis.’ Beleef het openbaar vervoer’ staat er hier op de bussen. Nou, dat hebben ze destijds al gedaan. Wat een dag!

Verder dan een lekke band zo nu en dan hebben we het op pechgebied langs de weg niet gebracht en dat was maar goed ook, want die ene keer was een duur dagje en toen hadden we de Utrechtse reparatierekening nog niet eens gezien.

We hebben in Engeland een aanrijding gehad in deze laatste vakantie. Die hoeven we niet te betalen, omdat het onze schuld niet was en we allang gewend waren aan het links rijden daar, dus daar lag ’t niet aan, maar zijn wel de auto nu een paar dagen kwijt vanwege het schadeherstel. Maar hij is vanmorgen tijdelijk omgeruild door een leenauto. We kunnen dus blijven rijden. Rechts……..


Back……

We zijn d’r weer. Terug van even weg. Ja, naar Engeland geweest natuurlijk. We rijden altijd naar Calais om naar Dover te varen. Dat is de kortste oversteek, net lang genoeg om uit te rusten van de drielandentrip en wat te drinken. Eten hoeft niet, want dat boot-eten is net zoiets als vliegtuig-eten, voorgekookt en voorgebakken, want het moet allemaal snel, snel. Niks aan.

Er was nogal wat klein volk aan boord en als je twijfelt of je eigenlijk wel kinderen wilt: neem de boot naar Engeland en je weet ‘t. Ik kan me niet herinneren dat onze kinderen ooit zoveel lawaai hebben gemaakt en onze kleinkinders zijn ook best rustige types. Maar dat zegt elke oma natuurlijk. En als je je best doet kun je ook Pools leren onderweg, want daarvan waren er hele families. De mededelingen via de luidsprekers werden ook gedaan in Engels, Frans, Duits én Pools. We zagen in de supermarkten ook hele afdelingen met Polish Food.

Na een mooie rit kwamen we aan in Kington, een marktstadje op de grens van Engeland en Wales. Op de deur van het huis waar we werden verwacht zat een briefje met de mededeling dat een buurman ons er in zou laten. Een vriendelijke man, die Holland wist te liggen, want hij was er geweest. Hij had een “rivercruise” gemaakt, vertelde hij. Toen kwam ook de mevrouw van het huis aanrijden, die de sleutels kwam brengen.

Je stapte via de voordeur meteen de woonkamer in. Die was niet groot, dat leek op de internetfoto anders, maar wel knus. Een originele antieke open haard en dat klopte wel, want mevrouw vertelde dat het huisje stamde uit de veertiende eeuw en had gehoord bij ’n kasteel of zoiets. Ze wist er veel van. Vertelde over de kings, die battles waren komen voeren in de buurt, allemaal heel heavy. Zoiets als een rugbywedstrijd tussen Wales en Engeland nu. Fanatiekelingen.

Het huis, met name de keuken, was verder voorzien van alle gemakken, al kraakte het. Lekkere bedden, belangrijk in een vakantie, goed sanitair, er was een (niet veertiende eeuws) draadloos netwerk en er zat een satellietschotel aan het huis. De IT-techneut die we bij ons hadden zit dan net zo lang te knutselen tot we op zijn ‘tablet’ de voetbalwedstrijd van het Nederlands Elftal kunnen zien. Ik snap daar niks van, want op de tv kon dat niet. Maar gelukkig hoef ik dat ook helemaal niet te snappen. Heerlijk.

We hebben veel van de prachtige omgeving gezien. In Leominster hadden we nog een aanrijding met een dom afslaande Brit, zíjn schuld, die hij ook meteen erkende, hoor, maar toch een heel gedoe met een Nederlands schadeformulier, waar geen woord Engels op te vinden is! Maar we hebben al een afspraak met de schadehersteller hier en alles wordt keurig geregeld door InShared.

Nou, je kunt beter geen blikkerige ontmoeting hebben in het buitenland, maar het was weer es iets anders. We konden nog rijden en krassen en deuken zijn te herstellen, beide voertuigen reden niet hard, het valt dus mee allemaal. Het meisje van InShared vroeg wel heel lief hoe het met ons was. Dat klonk aardig.

We zijn in Worcester geweest, Woester zeggen ze hier, zoals ze ook Lemster zeggen tegen Leominster. Mijn leraar Engels had gelijk toen hij bij de eerste Engelse les zei:”Engels spreek je uit zoals het er niét staat”. Cardiff hebben we ook bezocht, want ja, het weer was niet denderend. Temperatuur was prima, maar er was nogal eens wat nattigheid, maar dat was bij jullie nog erger, zagen we op het nieuws. Onze bloembakken thuis hangen er trouwens “Engels” bij. Nog nooit zo mooi gebloeid, nu ze zoveel natuurlijk water krijgen. Daar ben ik in Engeland ook altijd van onder de indruk: de hanging baskets, de bloembakken, de tuinen en de heggen. Schitterend. In “onze” tuin daar kwam trouwens ook een mevrouw langs voor de ‘gardening’, zoals ze zei. Stond ineens achter het huis. We moesten ons maar niks van haar aantrekken, zei ze. Aardig mensje.

Het was maar een kort weekje. Vrijdag waren we alweer op weg naar de boot terug. Langs een andere route gereden. Ondanks dat we door onze navigatie dwars door Londen werden gestuurd, wat een crime is dat, zeg, waren we te vroeg voor de overtocht die we hadden geboekt, maar konden een boot eerder mee. Toen was het rustig, erg rustig zelfs. We vroegen ons af of het wel uitkon, zo weinig passagiers. Ze zullen het wel van het vrachtvervoer moeten hebben en veel mensen nemen de nachtboot, die goedkoper is. Maar wij waren ’s nachts al thuis om in ons eigen bedje te slapen. Leuk, even weg, maar toch ook weer “home sweet home”. Dat is het leuke van er even tussenuit………


Donatie……

Onze buurvrouw is vanmorgen geopereerd. Ze kreeg een nieuwe heup. Voor de tweede keer, want ze had er al een aan de andere kant. Onze buuv is een stoere, die van zo’n gebeurtenis niet meer maakt dan het is. Ze wilde namelijk geen anesthesie, maar een ruggenprik, zodat ze eens mee kon maken hoe dat allemaal ging, dat hakken en zagen. Ik zou haar dat niet nadoen, dat weet ik alvast zeker.

Ik was net even bij de buurman om te vragen hoe ’t met haar was. ” Haar bloeddruk was wat aan de lage kant”, zei hij, “maar nadat ze wat te eten had gekregen kwam dat alweer aardig op stoom. Ze had nog niet zoveel praatjes.” En dat is ie niet gewend! Maar hij maakte zich niet bezorgd, want bij de vorige heup was alles ook vlekkeloos verlopen. Een krappe acht weken later zat ze alweer op de fiets richting de markt. Ik zei al: ze maakt er niet meer van dan het is. Tachtig is ze, een voorbeeld voor ons allen.

Buurman vertelde ook nog, dat haar gevraagd was of ze het verwijderde bot van de heup mochten gebruiken voor “andere doeleinden”. Had ze geen bezwaar tegen, want ach, ze hadden toch geen hond……..


Het landelijke Apeldoorn…….

Ons winkelcentrum haalde maandagavond zomaar het nieuws, zeg! Regionale televisie, de krant, het kon niet op. Er was namelijk een aanrijding tussen een vrachtwagen en een personenauto. De betrokkenen raakten slaags met elkaar en dat werd een behoorlijke rel. Heel veel omstanders bemoeiden zich ermee en daarom liep het ook erg uit de hand. Het was half tien ’s avonds, maar omdat de gigantisch verbouwde C1000 sindsdien tot 10 uur open is, in plaats van om 8 uur dicht te gaan, was er nogal wat publiek.

De gealarmeerde politie moest een waarschuwingsschot lossen. En waarom? Omdat een man een riek uit de achterbak van zijn auto haalde en daarmee iemand te lijf wilde. Waarom heeft iemand nou toch als wapen een riek in z’n auto liggen? Je verwacht toch iets moderners in deze tijd! Mijn dochter heeft haar zoon zelfs uit moeten leggen wat een riek was. Dat wist die jongen niet, want hooivorken zitten er niet in zijn computergames.

Het gebied rondom het winkelcentrum moet nog aangepakt worden. Het leuke parkje met bankjes, waar ik trouwens nog nooit iemand op heb zien zitten, gaat ondanks de bezwaren weg, maar zover is het nog niet. Daarom is er nu weinig ruimte voor de megagrote vrachtwagens die hun spullen komen afleveren. Ik heb veel respect voor de chauffeurs die soms de moeilijkste manoeuvres moeten uitvoeren. Dan is een aanrijding maar zo het gevolg. Eerst hadden ze na achten een lege parkeerplaats, maar door die moderne openingstijden staan er nog lang auto’s in de weg. Voor de klanten is het soms ook kruip-door, sluip-door, maar die komen alleen maar halen en niet brengen.

Nou ja, het is weer rustig, er zijn nogal wat mensen gearresteerd, las ik. En een mevrouw op de vijftiende etage van een aangrenzende flat had snel haar balkondeur dicht gedaan, want als de politie in de lucht gaat schieten weet je het maar nooit, zei ze. Met die moderne pistolen, je weet niet hoe ver die komen, toch? Gevaarlijk!

Wij hebben natuurlijk weer niks gehoord. Gebeurt er es iets “wildwest-achtigs”, krijgen wij er niks van mee. Toch jammer. Maar die aanrijding…. als niemand zich ermee had bemoeid was die gewoon op de aloude plattelandsmanier opgelost: met een hooivork…….


Kijkdichtheid……

Onze oudste kleinzoon is een slimme jongen, maar tekenopdrachten op school vindt hij niet geweldig. Zijn betovergrootvader was kunstschilder, maar soms gaan er onderweg wel es wat genen verloren of die gaan gewoon een andere kant op in de familie. Dat kan zomaar gebeuren.

Hij kreeg van zijn meester de taak opgedragen om een sleutelgat te tekenen. En dan niet alleen dat gat, maar óók wat je daardoorheen allemaal zou kunnen zien. Hij dacht daar lang (nou ja, niet zo heel lang, denk ik) over na, maar de inspiratie wilde niet komen. Dat sleutelgat dat wou nog wel, maar die peepshow zag ie helemaal niet zitten. Hij kleurde het hele gat effen grijs.

Toen zijn onderwijzer dat zag, zei hij geërgerd: ” Maak dat maar over! Wat stelt dat nou helemaal voor, zeg!” “Tja”, zei Stijn “de sleutel zat er nog in!” Z’n meester kon er niet om lachen. Maar zijn moeder en oma vonden het briljant……..

*** Updeetje***: Toen mijn kloris het bovenstaande stukje las dacht hij dat hij een magiër was. Las hij “betover-grootvader” in plaats van “bet-overgrootvader” ! Een hele teleurstelling. Bovendien is ie heel slecht in schilderen……


Computerkraak…….

Vorige week was ik met mijn computer bezig, heel gewoon, ik deed niks bijzonders, en toen werd ineens alles zwart. Niet voor mijn ogen, nou ja, eigenlijk wel dus, maar hij deed helemaal niks meer. Nu heb ik een etage lager in dit huis, ik zit op zolder namelijk met m’n hele handeltje, een technische dienst die zo vriendelijk was even te komen kijken. Ook de deskundige kreeg ‘m niet meer aan de gang en constateerde dat de computer definitief de geest had gegeven.

Na kantoortijd werd hij uit elkaar geschroefd en toen bleek waar de crash door kwam: er lag een geëlektrocuteerde dooie muis in. Ik heb hier op zolder nog nooit een muis gezien dus we zoeken naar gaten in de vloer of zo. Niks gevonden. Nou ja, hij zat er dus wel degelijk in, in die computerkast, die aan de zijkant ’n beetje open was. Ook voor muizen is het een prutzomer dus het was waarschijnlijk lekker warm daarbinnen.

Gelukkig heb ik via zeer goede relaties alweer een andere computer, die bovendien hartstikke snel is. Ik moet er de weg nog ’n beetje leren, maar dat komt vanzelf goed. ( In ieder geval reuzebedankt, jongens, voor de snelle bediening! Ik zit toch maar mooi op de voorste rij bij computerrampjes.)

Ik had een aardig stukje klaar vorige week, maar ja, dat is nu niet meer leuk, omdat het tijdgebonden was. Zo snel is iets niet meer actueel. Nu zou ik natuurlijk kunnen gaan nabeschouwen, maar als ik zie hoe dat bijvoorbeeld bij voetbalwedstrijden gaat, dan ben ik daar totaal ongeschikt voor.

Ik zou het over die muis kunnen gaan hebben. Hoe zielig ik dat vind, maar ik vind het alleen maar een stom beest dat uit mijn computer had moeten blijven………..


Time is money……

In onze krant staat regelmatig een column van een huisarts. Die vertelt dan over wat ie meemaakt met mondige patiënten, wat hij allemaal aan narigheden tegenkomt en wat hij er, indien mogelijk, aan doet. Daar kun je dan als lezer, indien mogelijk, weer je voordeel mee doen.

Vandaag had hij ’t over de lange wachttijden bij artsen. Hij stak de hand zeer diep in eigen boezem en zei dat e.e.a. wel vaak ligt aan de planning die dokters hanteren. En dat ze geen of weinig rekening houden met het feit, dat er wel eens iets kan uitlopen. En dan heb ik gewoon over de tijd en niet over iets dat eventueel uit de patiënt….nou ja, je snapt me wel….

Hij had een mooi verhaal over de wachttijden in de Amerikaanse ziekenhuizen. Ik heb ’t idee, dat ’t daar erger is dan hier, maar echt weten doe ik het niet, hoor. Mijn zus in Australië heeft op het moment nogal te maken met de ziekenhuizen daar en die zegt, dat het nogal scheelt of je bij een privé ziekenhuis klant bent of bij een public hospital. Over Amerika dus. Een IT-mevrouw moest ruim twee uur wachten tot de arts haar kon ontvangen. Toen zei ze: “Ik kost zelf 50 dollar per uur, ik stuur ‘m een rekening”. En laat hij die nou nog betalen óók, zeg! Dat vind ik dan wel sportief.

Mijn zoon, die ook een IT-bedrijf heeft (zie onder aan deze bladzijde) heeft wel eens overwogen de belastingdienst een rekening te sturen voor de keren dat hij opnieuw gegevens moest indienen, omdat ze de reeds ingediende kwijt waren. Of hij dus maar……En voor het wachten aan de telefoon, dat is misschien ook nog wel ’n ideetje. Misschien leren bedrijven daar wel van als het in de papieren gaat lopen……….


Verslagen…….

Op de startbaan van vliegveld Teuge heeft een paar dagen terug een Apeldoornse man ’s nachts zijn leven verloren doordat hij op de trekhaak van een auto was gaan staan, eraf viel en ongelukkig terecht kwam. Er was meteen een bericht dat, hoewel er ’s nachts geen vliegverkeer is, die auto niks te zoeken had op die startbaan.

De mannen kwamen van een feestje in het publieke restaurantgedeelte van het vliegveld en de indruk werd gewekt, dat ze aan het racen waren en er tenminste drank in het spel was. Onze reactie was zoals die van veel krantenlezers waarschijnlijk: “eigen schuld, dikke bult”. Met je dronken kop op een trekhaak klimmen, dan vraag je d’r om.

Vanmorgen stond iets heel anders in de krant. Het was een barbecuefeestje van de zweefvliegclub en de mannen waren bezig om de barbecuespullen terug te brengen naar de opslag, die aan de andere kant van het vliegveld ligt. Kijk, dat klinkt wel heel anders, hè? Dat van die trekhaak blijft een onhandige actie, maar het was dus gewoon een ongeluk waarbij iemand fataal viel. Met z’n hoofd op het beton of het asfalt. Hárd in ieder geval. En het gebeurt wel vaker dat er conclusies worden getrokken, doordat de manier van berichtgeving daar aanleiding toe geeft. Dat is heel naar voor de nabestaanden.

Een poosje geleden, die politiechef in Groningen. Die ging toen ook zo vreselijk de mist in met die slachtoffers van een koolmonoxideongeluk. In Meppel was dat, geloof ik. “Het zal wel een zelfmoord zijn”, schreef ze op Twitter. Gelukkig is ze daar op aangesproken, maar zó stom is dat: conclusies trekken voordat je de feiten op een rijtje hebt. En altijd zo ongunstig mogelijk natuurlijk. Dat scoort. De geest van de tijd? Daar word je niet vrolijk van, mensen………


Lellebellen……

Weet je wat ik nou mijn hele leven graag had gewild? Gaatjes in mijn oren. In de lellen dus. Ik kreeg net een folder in de bus en daar staan leuke oorbellen in met van allerlei ‘bijpassends’ en dat kan ik dus vergeten, want ik heb daar geen gaten voor. Iedereen heeft gaatjes in z’n oorlellen, behalve ik. Het is er gewoon nooit van gekomen.

Vroeger had je dan als alternatief van die klemoorbellen, die na een paar uur zo verrekte zeer gingen doen, dat je ze vanzelf weer uitdeed. Bovendien ben ik een hele tijd telefoniste/receptioniste geweest dus dan was er steeds ’n oor belloos, want met zo’n ouwerwetse telefoonhoorn ‘kletterde’ dat teveel en dat was geen gehoor, maar eigenlijk ook geen gezicht, één bloot oor. Magnetische oorbellen waren d’r ook. Bel in het zicht aan de voorkant en dan een magneetje aan de achterkant van je oorlel. Maar magneten zo vlak bij je hoofd….je weet niet wat zoiets doet met je geheugen en je gedachtegoed, hè? Nee, het is altijd kommer en kwel geweest: oorbellen en ik.

En nu vind ik mezelf te oud. Ik zie me al zitten bij zo’n juwelier. Want dat is óók wat me tegenhield, geloof ik: de manier waarop je die gaten moet laten slaan. Dat je naar een winkel moet voor zoiets. Als tiener, dat was de leeftijd waarop onze dochters zich lieten perforeren, is het wat anders. Dan doe je het gewoon, misschien met een paar giechelende meiden tegelijk.

Je ziet soms ook hele kleine meisjes, peuters soms nog, al met oorbelletjes in hun oortjes. Die hebben vast moeders met oorbellen en ze zullen mijn probleem dus nooit hebben. De eerste de beste koe, schaap of geit ook niet. Maar daar vind ik de oorbellen weer niet zo mooi van……..