BPM…..

Het plan van minister Eurlings met betrekking tot die kilometerheffing is hier in huis uiteraard onderwerp van gesprek. Het deel: afschaffing van de wegenbelasting en de bpm vinden we natuurlijk gunstig. Dat is wel wat. “Maar waar is bpm eigenlijk een afkorting van?” vroeg ik als ondeskundige. Daar moest diep over worden nagedacht. Je denkt in Nederland toch gauw aan iets Engels of zo. Die ‘b’ zou toch wel eens voor ‘belasting’ kunnen staan, dat lijkt logisch, maar de rest? Nou, dat bleek gewoon ‘personenauto’s en motorrijtuigen’ te zijn. Hoe simpel kan iets zijn. Maar ‘aanschafbelasting’ hoorde ik het ook al noemen.

Het schijnt trouwens iets typisch Nederlands te zijn, die belasting, die het aanschaffen van een auto of motor lekker prijzig maakt. In België is dezelfde auto in aanschaf duizenden euro’s goedkoper. De minister zei het zelf. Maar hij was op zoek naar een ‘eerlijker’ systeem. Hij zegt dat in de kilometerheffing gevonden te hebben. En nu moet de overheid kastjes in auto’s gaan bouwen, dan ben je via GPS mooi te volgen (al zéggen ze van niet, maar wie controleert dat?) en ze moeten ook hele moeilijke computerregistraties gaan invoeren, omdat je op een landweggetje minder betaalt dan op een dure snelweg om overheen te rijden.

Wat een gedóe, zeg! En wat gaat dat op voorhand allemaal niet kosten! Behalve voor de overheid gaat het nog járen duren voordat íemand er profijt van heeft van dit plan. In het nieuws meldde men, dat Nederland dan het eerste land ter wereld zal zijn met zo’n systeem. Daar gáán we weer! Uitslovers en vooroplopers van kijk óns eens!

Ik zou zeggen, pak de goeie dingen uit het buitenland erbij. Maak gewoon tolwegen. Dan betaal je metéén als je er per se overheen wilt of móet, dat kan ook, en iemand die daar geen zin in of er de tijd voor heeft, kan dan, net als in Frankrijk, een alternatieve route kiezen. Dat zal toch óók fileverminderend werken? Of denk ik nou een beetje teveel in vakantietijd en bovendien sluiproutebevorderend? Daar zou je dan plaatselijk iets aan moeten doen. Niet dóór een dorp, maar er omheen of zo.

En verder de kosten voor particulieren bij het tanken leggen. Net als in Duitsland, waar ze geen wegenbelasting hebben. Wie veel wil rijden, betaalt meer. Een grote bak is onvoordeliger in het gebruik, dan koop je vanzelf een kleinere en wellicht schonere. Of je moet zeven kinderen hebben, dan moet je wel. Maar dan heb je weer kinderbijslag hier, dus ach. En anders koop je een paard en wagen. Hoef je alleen maar op de bpm van het paard te letten. De beats per minute…….


Bak…..

Zo, na een paar dagen horizontale dienst vanwege een letterlijk duizeling(op)wekkende hoofdpijn, is hier weer eens ’n berichtje uit kwakkelland. De koppijn is weg vandaag en zo hoort ’t ook. Ik kan de krant weer lezen en (niet te lang) met de computer aan de gang.

Zo las ik, dat we in Apeldoorn voorzien worden van blauwe bakken van 240 liter inhoud om ons oud papier en karton in te verzamelen. Als ik zeg: blauw dan bedoel ik BLAUW. Knál! En eigenlijk vind ik dat niet passen in ons groene Apeldoorn. Ik hoop dan ook, dat de mensen ‘m een beetje uit het zicht zetten. Bij ons moet ie sowieso de schuur in, want onder de poort is het al vol met z’n groene en grijze broers en ’n tuinkast. Ik had de bak al gezien in de “proefwijk” Berg en Bos en daar knalde hij ook al zo tussen het ruim aanwezige struweel. Maar ja, welke kleur hadden ze dan moeten nemen? Alle reguliere kleuren zijn al bezet met andere goede doelen dus we doen het er maar mee.

Maar handig vind ik het wel, hoor! Dat gerommel en gezeul met die dozen oud papier was toch lastig. Vooral als de bodem er dan ook nog es onderuit viel, omdat het een chipsdoos was, die berekend is op lichtgewicht. We hebben ook altijd veel gebrailleerd afval en met een kantoor aan huis nog es veel ‘geshredder’. Dat tikt lekker aan.

Wij hebben een al behoorlijk oude man van ver in de tachtig die ons papier ophaalt voor zijn “ouwemannenkoor” zoals hij dat noemt. Maar die man wordt steeds krommer en we vinden eigenlijk dat dit een mooie gelegenheid is om ‘m een beetje tegen zichzelf te beschermen, want hij sjouwt zich altijd zuchtend een ongeluk. Hij neemt de dozen achterop zijn fiets en we zijn bang dat hij nog een ongeluk krijgt ook. We weten gelukkig waar ie woont en zullen hem dus laten weten dat we kiezen voor het gemak van de bak en dat hij ons maar moet schrappen uit z’n route.

De gemeente Apeldoorn, die de bak laat legen, zoals ze ook met de andere kleur bakken doet, maar dan eens per maand, zegt na te denken over een compensatie voor de verenigingen, die waarschijnlijk een deel van hun inkomsten kwijtraken doordat veel mensen zullen doen wat wij doen: kiezen voor de bak.

Aan de andere kant: ik las ook, dat het steeds moeilijker voor ze wordt om ‘ophalers’ te recruteren. De meeste verzamelaars raken, net als de onze, op leeftijd. Dat zal per vereniging en plaatselijk wel verschillen, hoor. Ik weet ook van families waar het van vader op zoon overgaat, dat werk.

Nou, tot zover de blauwe bak. Ik ga over op een ander bak: koffie! Die gaat er gelukkig ook weer lekker in na al mijn geziek……


Wereldberoemd in heel Apeldoorn……

‘k Kreeg toch wel ’n hele mooie foto doorgemaild van het duo “Two of a kind”, zoals het “de sterren van de hemel speelde” volgens De Stentor. Na wat informatie-inwinning blijken er echter héél veel combinaties “Two of a kind”of “2 of a kind” te heten, zeg! En daarom hebben ze hun artiestennaam maar veranderd! “Twee van hetzelfde” is het nu. Klinkt ook minder Yatzee-achtig, vind ik. Hun website is ‘onder constructie’…..

*Op deze foto speelt ie trouwens wél klarinet, op de foto in de krant was ’t saxofoon! De ‘toetsenist’ is minder wispelturig …..


Sponsorgeld……

* Het door Elswhere.org gesponsorde zwemstertje kwam haar ‘loon’ ophalen. Ze had 22 rondjes gezwommen. Elf euro verdiend dus. Ik had alleen maar een twee-euromunt bij het tientje en ze had wel ’n euro terug, zei ze, maar kom, voor Gambia hebben we er maar 24 rondjes van gemaakt. Je bent sponsor of je bent kruidenier……


Kalenderjaar…….

Er stond in de krant van vanmorgen een grote afbeelding van de Maya-kalender. Dat volkje heeft heel lang geleden berekend wanneer onze wereld haar eindje zou beleven. Of in ieder geval een zodanige verandering zal ondergaan, dat wij, met ons kleine begrijpertje, er geen of in ieder geval zeer moeilijk nog chocola van zullen kunnen maken. Ik heb ’t artikel gelezen en begrepen, dat 21 december 2012 de dag der dagen zal zijn.

Dat is al verrekte gauw, vind ik. Ik ken iemand, die er écht van overtuigd is: dán zal het gebeuren. Waar ik wel benieuwd naar ben is of mijn zus in Australië daar dan eerder iets van zal merken dan wij hier. Het is bij haar toch eerder 21 december dan bij ons. En of ze me dan nog even zal kunnen mailen of zo, dan heb je ’t toch uit de eerste hand en dat zou mooi zijn.

Ik maak er maar gekheid over, maar er waren altijd al mensen, die zeiden dat we in het einde der tijden leefden en als je de krant leest en de televisie ’n beetje volgt heb je weinig moeite om dat nog te geloven ook! Mijn echtgenoot had vroeger op zijn afdeling een man, die Jehova’s Getuige was. Die riep toen, dat 1975 het jaar was dat alles afgelopen zou zijn. En of iedereen zich nog maar even wilde bekeren om nog een kansje op behoud te maken. Toen het bijna zover was verkocht hij z’n auto. Niet om alvast wat voorbereidingen te treffen, nee, hij kocht een nieuwere. Daarna had men wat moeite met zijn geloofwaardigheid.

Het ís natuurlijk ook een moeilijke materie, hè? Laten we wel wezen. Wie kan er nou voorspellen wanneer het genoeg is en waar hangt dat allemaal niet van af, zeg! Dat is niet te bevatten en dan kun je je maar beter niet aan voorspellingen wagen, zou je zeggen. We moeten ‘m maar leefbaar zien te houden, onze aardkloot, dat is wel het minste en dan maar afwachten of ie ’t genoeg vindt en de chemie met het universum nog klopt.

Religie en geloven zijn misschien een houvast voor veel mensen, ik weet dat niet zo, maar het zijn er zo véél en érg veel gunstigs kun je er nou niet aan toeschrijven qua tolerantie en zo. Die Maya-kalender vind ik erg mooi om te zien, hoor, maar ik koop de volgende maand er toch maar weer een van Marjolein Bastin. Die is ook mooi en die maakt tenminste elk jaar weer ’n nieuwe……


Paardenvolk…..

Mijn correspondent uit Australië, oftewel mijn zus, mailde me dat ze daar gisteren de Melbourne Cup Day hadden. Dat is een paardenrace. Heel de natie ligt dan plat, alles is dicht en er worden grote feesten en lunches georganiseerd. Iedereen kleedt zich aan alsof ie naar de uitreiking van de Oscars moet, rode loper incluis. Modeontwerpers sloven zich uit om iedereen, die dat betalen kan en liefst ook beroemd is, netjes aan te kleden en zo hun naam te vestigen. ’n Enorme happening.

Het allermooiste is het natuurlijk als je echt in Melbourne op de racebaan Flemington kunt zijn, want daar is het Engels Ascot-achtig met ook van die hoeden en zo. Zelfs Engelse Royalty laat zich daar zien. Maar je hóeft er helemaal niet heen, hoor, want heel Australië vindt de race een reden om een dag niks te doen, enórm te gokken en zo dronken te worden als een kanon.

Allemaal woorden van mijn zus, hoor! En die kan het weten. Zelf zit ze op de bank, zegt ze, en ziet het op de televisie. Ik neem dat maar aan dan, want controleren kan ik ’t toch niet. Haar mailtje zag er redelijk gewoon uit. Geen vertypingen of zo. Ze zegt trouwens dat ze sowieso thuis blijft omdat de clubs bomvol zitten en er niet te parkeren valt. Bovendien hangen er in elke ruimte enorme tv-schermen en wordt er bij elke race door de mensen zo ontzettend gegild, dat het niet vol te houden is. Dat je een groot land, wat zeg ik: een heel wérelddeel zo gek kunt krijgen met een paar dravende knollen, zeg!

Maar na dit hele opwindende verhaal vroeg m’n zus heel kneuterig-Hollands of ik al druk was voor Sinterklaas! Nou ja, da’s óók een paardenman, zullen we maar zeggen……


Kindsoldaat……

Toen ik vanmorgen de slaapkamergordijnen opendeed zag ik net een groepje kinderen oversteken, op weg naar het park. Ze zagen er leuk uit, zoals kinderen er gezellig uit kunnen zien met hun kleurige jacks en dassen. Er was één klein ventje bij van een jaar of vier, dat van top tot teen gestoken was in een soldatenpak. Zo’n gevlekt camouflagepak dat grote mannen, die dat beroepsmatig dragen, aan hebben als ze op patrouille gaan in een bos of zo. Dit mannetje zag er uit als een mini-uitgave van zo’n militair en had er zelfs een pet bij op in dezelfde uitvoering.

Nou zijn er tegenwoordig zulke leuke kinderkleren te koop, voor redelijk weinig, juist nú, zegt de C&A- reclame, dus waarom hijs je als ouders je kind nu in zo’n outfit? Heeft Marco Borsato zó z’n best gedaan voor die kindsoldatenproblematiek! Heeft ‘m misschien wel z’n bedrijf gekost, omdat ie daar niet goed op gelet heeft, terwijl ie dat allemaal aan het doen was. Zulke ouders zijn dan toch in de War met hun Child? Zij zijn het toch die zo’n klein kind aankleden.

Maar ze zijn kennelijk te koop, zulke kleertjes. Natuurlijk ziet het er wel stoer uit en dat zal dan de bedoeling wel zijn, maar ik vind het naar een kind een verkeerde boodschap.

Gezeur van een oma die ook een gloeiende hekel heeft aan militair getint speelgoed? Nou, dat zal dan wel, hoor! Maar omdat de andere kinderen er heel gewoon bijliepen, zag het er bepaald niet uit als een verkleedpak voor Halloween, waarvan je wéét dat het de bedoeling is dat je griezelt……..


Meer geluk dan wijsheid, of andersom kan ook…….

Van de week hadden we ’t er over of je er ooit bewust over nadenkt of je eigenlijk wel gelukkig bent. Niet of je geluk hebt met iets toevalligs, nee, gewoon of je gelukkig bént voor je gevoel. Een of andere slimmerik heeft namelijk nageplozen en uitgevonden, (dat zal wel weer een proefschrift voor een promotie zijn, waar ze de meest vreemde onderwerpen voor verzinnen) dat een gemiddelde Nederlander zestig en een half jaar gelukkig is. Ja, een Zimbabwiaan maar twaalf en ’n half jaar, stond er bij in de krant, maar dat vind ik niet zo gek met die Mugabe in de buurt.

Ruim zestig jaar gelukkig, ik vind het nogal wat! Tot mijn geluk heb ik die zestig jaar al ruim gehaald ook nog en dat kan niet iedereen mij nazeggen met al die moderne rotziektes waar ze nog te weinig aan kunnen doen. Dus mij hoor je niet klagen.

Ik snap alleen niet hoe zo’n onderzoek werkt. Je kunt als gemiddelde Nederlander wel heel rommelig in elkaar zitten met van die ups en downs in je dagen. Dat kan toch? Hoe krijg je die geluksjaren bij mekaar geteld dan? Iedereen weet dat er heel wat stoorzenders zijn: dingen, mensen, gebeurtenissen, die je geluk danig in de war kunnen schoppen. Van een kapotte wasmachine, een niet startende auto, een geblokkeerde bankrekening, een arrogante baas of onenigheid met je familie tot vergeten de vuilnisbak buiten te zetten. Kan allemaal en dat gaat ook allemaal van je zestig en een half jaar af.

Het gaat toch zoals het gaat, zo heb ik ’t tenminste altijd beleefd, goede tijden, slechte tijden. Onderweg naar morgen heb je dan wel es ’n slapeloze nacht, maar als de sores voorbij is, weet je wel weer hoe aardig je ’t hebt. Ik hoorde van iemand, dat ie wel eens het idee heeft gehad er vandoor te gaan. Niet gedaan, maar wel even gedacht. Die behoefte heb ik nooit gehad.( Zou ook geen idéé gehad hebben waarheen, hoor!) Maar ik was dus kennelijk gelukkig genoeg. Niet constant, maar dat kan ook niet, want wie is dat nou wel? Toch blijf ik zestig en een half jaar (om dat halve jaar moest ik wel lachen eigenlijk!) een héle tijd vinden……..


Voor het oog van de camera……

Dat je niet zoveel privacy hebt als burger tegenwoordig, lijkt me bekend ondertussen. Maar wat we vanmorgen in de krant lazen slaat toch wel alles! Een oude mevrouw in Drente had al meerdere keren last gehad van een insluiper. Je kunt je dan afvragen of ze daar dan voldoende aan heeft gedaan wat beveiliging betreft: de achterdeur niet open laten, slecht hang-en sluitwerk vervangen, ’n alarmpje (je hebt al hele leuke tuinkabouters, die fluiten als er iemand langs komt!) een bewegingsmelder, nou ja er is genoeg te verzinnen. Maar dat terzijde. Haar familie kreeg er in ieder geval genoeg van. Er werden camera’s in het huis neergezet en daardoor was duidelijk te zien wie er zo wederrechtelijk bezig was. Het filmpje zette de Drentse politie op internet met de vraag: wie kent deze man? En toen kwam er een boze reactie van de Bond van Wetsovertreders, want de privacy van de insluiper was geschaad! Niet de privacy van de bewoonster, nee, die van de inbreker! Ook binnenshuis zouden er geen camera’s geplaatst mogen worden, want een crimineel moet ongestoord z’n gang kunnen gaan.

Ik begrijp er niks meer van. Hoe de politie met, op deze manier verkregen, informatie moet omgaan is wellicht weer een andere kwestie, dat denk ik ook, maar al wil ik zevenentwintig camera’s in mijn huis zetten, daar heeft toch geen kip wat mee te maken, zeg! Ik vind het wel zo rustig zonder zevenentwintig camera’s, hoor, maar over de ‘inrichting’ van z’n huis beslist iemand toch zelf.

Dat er trouwens een Bond van Wetsovertreders bestaat! Nooit geweten! Wie zouden daar nou lid van zijn? Grote jongens, zoals witwassers en fraudeurs, paspoortvervalsers misschien wel of autodieven. Of mensen, die geregeld vergeten hun hand uit te steken als ze de hoek omgaan, of die te hard rijden, of zouden het alleen maar eenvoudige insluipers zijn, die niet herkend willen worden? Je wéét het niet, je wéét het niet, zoals je niet meer weet wat wel mag en wat niet in dit land. O, ik zie nu, dat er een stickertje op de deur had moeten zitten waar het op staat, dat van die camera dus. Dan was ie een ongestickerd deurtje verder gegaan. Gat in de markt, mensen! Anti-insluiper-stickers. Dan weet ie ’t niet meer. Scheelt je ’n camera……..!


Spiegeltje, spiegeltje…….

Vorige week of zo was er hier in de regio weer eens ’n miss-verkiezing. Als ik dan zo’n rijtje van die meisjes met een bevroren glimlach op ’n foto in de krant zie staan , er allemaal op gebrand om de mooiste gevonden te worden, wekken ze voor mij de indruk dat het klonen van elkaar zijn. Allemaal van datzelfde lange haar. Ja, volgens klassieke Bijbelse begrippen is dat ‘het sieraad van de vrouw’, maar toch : een leuk vlot rattenkoppie zit er niet tussen. Dat durven ze kennelijk niet. Het is ook de kift natuurlijk, dat ik over dat mooie haar begin, maar toch valt me dat dan op.

Het meisje dat de schoonheidswedstrijd won, het was geloof ik in Twello, kón ook niet anders dan winnen, want haar achternaam was Schoonheijt. En weet je, nou had ik eigenlijk wel eens willen zien of haar vader ook zo’n knapperd is, want die naam moet ze toch wel van die kant hebben, als het allemaal volgens de Bijbel is gegaan. En daar heb je in Twello best kans op……